Lezersrecensie
Een boek vol (groene) ideeën
Enkele maanden geleden kwam ik het boek “Humus” van Gaspard Koenig tegen als een in het najaar te verschijnen uitgave. De inhoud sprak mij direct aan, want klimaatverandering en wat daar als individu aan te doen vind ik één van de belangrijkste onderwerpen van deze tijd. Toen ik mij verder in de schrijver verdiepte raakte ik nog meer geïntrigeerd. Naast schrijver is de fransman Gaspard Koenig ook actief in de politiek. Zo lanceerde hij in 2013 de denktank GenerationLibre waarbij hij pleit voor klassiek liberalisme. Dit fascineerde mij, omdat in het Nederlandse politieke landschap het niet per se de liberale partijen zijn die ik associeer met ideeën ten behoeve van het tegengaan van klimaatverandering. En waar het binnen Europa veelal gaat om het al dan halen van de Klimaatdoelen richtte Gaspard Koenig een politieke beweging genaamd “Simple” op die als doel heeft om het aantal wet- en regelgevingsnormen sterk te verminderen. Dit alles maakte mij zeer nieuwsgierig naar hoe de schrijver het onderwerp duurzaamheid en klimaatverandering in zijn boek aan zou kaarten.
“Humus” verhaalt over de twee vrienden Kevin en Arthur. Zij ontmoeten elkaar bij een college over regenwormen. Dit is niet een toevallig gekozen setting: na hun studie zullen zij allebei hun levenswerk maken van het inzetten van wormen als middel voor een groenere wereld. Regenwormen zijn immers de makers van humus en:
“De Romeinen wisten het al: Homo komt van humus. Homo leeft van humus. Daarna heeft homo humus vernietigd. En zonder humus geen Homo. Simpel.”
De vrienden zetten zich elk op hun eigen wijze in voor het redden van de wereld. Hoewel hun motieven bij de start soortgelijk zijn, leidt het hun mede door hun afkomst op heel verschillende levenspaden.
Dit is sowieso iets waarvoor Koenig een duidelijke interesse tentoonspreidt: hoe afkomst en de sociale kringen waarin iemand zich begeeft de levensloop voor een groot deel bepalen. Bij het introduceren van nieuwe personages wordt dan ook vaak een korte schets gegeven van diens afkomst en denkbeelden. Zoals Kevin aan het begin van het boek al opmerkt over een groep linkse studenten die zich inzetten tegen klimaatverandering en daarmee wellicht hun kansen op een baan in de waagschaal stellen “die kunnen waarschijnlijk ook rondkomen als ze geen werk hebben. Ik niet.”
Koenig beschrijft de verschillende gelederen in de Franse samenleving op een duidelijke en vaak spitsvondige wijze, waardoor je als lezer een helder beeld krijgt van de gebruiken en ideeën van de verschillende klassen. Zowel de Parijse elite, de zakenwereld als de extreemlinkse radicalen spaart hij niet, waardoor het boek geen aanklacht wordt tegen één bepaalde groepering. Hij weet de vinger op de zere plek te leggen bij iedereen en schrijft zo in zekere zin ook deels een satire over hoe de huidige wereld in elkaar zit, waarbij geld, afkomst, connecties en macht veelal iemands toekomst bepalen.
Het boek wordt door de uitgevers aangeprezen als een boek waarin Gaspard Koenig de paradoxen van onze tijd vertelt: sociale mobiliteit en klassenverachting, de belofte van vooruitgang en ecologische opstand, onmogelijke liefde en heroïsche wanhoop. Inderdaad komen al deze onderwerpen aan bod, maar wie bij het lezen van deze woorden hoopt op een groots en meeslepend verhaal vol vurige emoties kan het boek beter niet oppakken. Koenig is namelijk niet iemand die veel woorden vuil maakt aan het gevoelsleven van zijn personages. Zijn achtergrond als filosoof en politiek denker komt sterk naar voren in zijn manier van schrijven. Veel meer dan wat zij voelen bij bepaalde gebeurtenissen gaat het in dit boek om wat Kevin en Arthur denken. De ideologieën van de verschillende mensen in het boek worden uitgebreid en tot in detail beschreven, waarbij de schrijver niet bang is om grote denkers uit heden en (vooral) verleden bij naam te noemen en aan te halen.
Wie geïnteresseerd is in filosofie en denkwijzen van anderen komt in dit boek dus zeker aan zijn trekken. Maar ook wie niet bij elke naam die genoemd wordt dieper de materie in wil duiken (zoals ik) krijgt van Koenig voldoende informatie om de gedachtegang goed te kunnen volgen.
De manier van schrijven maakt dat het boek hier en daar wat afstandelijk aan kan voelen. Gaspard lijkt soms iets te veel te laten zien hoe goed hij op de hoogte is van de materie en verliest zich hier en daar in ietwat te hoogdravende filosofische uiteenzettingen.
“Hij had het lambertistische trotskisme achter zich gelaten en de kritische theorie van de Frankfurter Schule omarmd omdat die naar zijn mening beter was toegesneden op de hedendaagse wereld van het werk waar het subject zijn eigen vervreemding produceerde…”
Ook komt zijn welbespraaktheid duidelijk naar voren in het woordgebruik: hij schuwt het gebruik van dure woorden niet. Maar juist Gaspards manier van schrijven brengt de pracht van de natuur zo mooi naar voren: hoe emotieloos en sec deze ook beschreven wordt; de schoonheid ervan blijkt zich toch wel te tonen. En uiteindelijk maakt juist die ietwat zakelijke manier van schrijven dat het einde zo knetterhard binnenkomt en zorgt dat de lezer geraakt het boek dichtslaat.
Dit boek werd mij via Hebban aangeboden in ruil voor een recensie.
“Humus” verhaalt over de twee vrienden Kevin en Arthur. Zij ontmoeten elkaar bij een college over regenwormen. Dit is niet een toevallig gekozen setting: na hun studie zullen zij allebei hun levenswerk maken van het inzetten van wormen als middel voor een groenere wereld. Regenwormen zijn immers de makers van humus en:
“De Romeinen wisten het al: Homo komt van humus. Homo leeft van humus. Daarna heeft homo humus vernietigd. En zonder humus geen Homo. Simpel.”
De vrienden zetten zich elk op hun eigen wijze in voor het redden van de wereld. Hoewel hun motieven bij de start soortgelijk zijn, leidt het hun mede door hun afkomst op heel verschillende levenspaden.
Dit is sowieso iets waarvoor Koenig een duidelijke interesse tentoonspreidt: hoe afkomst en de sociale kringen waarin iemand zich begeeft de levensloop voor een groot deel bepalen. Bij het introduceren van nieuwe personages wordt dan ook vaak een korte schets gegeven van diens afkomst en denkbeelden. Zoals Kevin aan het begin van het boek al opmerkt over een groep linkse studenten die zich inzetten tegen klimaatverandering en daarmee wellicht hun kansen op een baan in de waagschaal stellen “die kunnen waarschijnlijk ook rondkomen als ze geen werk hebben. Ik niet.”
Koenig beschrijft de verschillende gelederen in de Franse samenleving op een duidelijke en vaak spitsvondige wijze, waardoor je als lezer een helder beeld krijgt van de gebruiken en ideeën van de verschillende klassen. Zowel de Parijse elite, de zakenwereld als de extreemlinkse radicalen spaart hij niet, waardoor het boek geen aanklacht wordt tegen één bepaalde groepering. Hij weet de vinger op de zere plek te leggen bij iedereen en schrijft zo in zekere zin ook deels een satire over hoe de huidige wereld in elkaar zit, waarbij geld, afkomst, connecties en macht veelal iemands toekomst bepalen.
Het boek wordt door de uitgevers aangeprezen als een boek waarin Gaspard Koenig de paradoxen van onze tijd vertelt: sociale mobiliteit en klassenverachting, de belofte van vooruitgang en ecologische opstand, onmogelijke liefde en heroïsche wanhoop. Inderdaad komen al deze onderwerpen aan bod, maar wie bij het lezen van deze woorden hoopt op een groots en meeslepend verhaal vol vurige emoties kan het boek beter niet oppakken. Koenig is namelijk niet iemand die veel woorden vuil maakt aan het gevoelsleven van zijn personages. Zijn achtergrond als filosoof en politiek denker komt sterk naar voren in zijn manier van schrijven. Veel meer dan wat zij voelen bij bepaalde gebeurtenissen gaat het in dit boek om wat Kevin en Arthur denken. De ideologieën van de verschillende mensen in het boek worden uitgebreid en tot in detail beschreven, waarbij de schrijver niet bang is om grote denkers uit heden en (vooral) verleden bij naam te noemen en aan te halen.
Wie geïnteresseerd is in filosofie en denkwijzen van anderen komt in dit boek dus zeker aan zijn trekken. Maar ook wie niet bij elke naam die genoemd wordt dieper de materie in wil duiken (zoals ik) krijgt van Koenig voldoende informatie om de gedachtegang goed te kunnen volgen.
De manier van schrijven maakt dat het boek hier en daar wat afstandelijk aan kan voelen. Gaspard lijkt soms iets te veel te laten zien hoe goed hij op de hoogte is van de materie en verliest zich hier en daar in ietwat te hoogdravende filosofische uiteenzettingen.
“Hij had het lambertistische trotskisme achter zich gelaten en de kritische theorie van de Frankfurter Schule omarmd omdat die naar zijn mening beter was toegesneden op de hedendaagse wereld van het werk waar het subject zijn eigen vervreemding produceerde…”
Ook komt zijn welbespraaktheid duidelijk naar voren in het woordgebruik: hij schuwt het gebruik van dure woorden niet. Maar juist Gaspards manier van schrijven brengt de pracht van de natuur zo mooi naar voren: hoe emotieloos en sec deze ook beschreven wordt; de schoonheid ervan blijkt zich toch wel te tonen. En uiteindelijk maakt juist die ietwat zakelijke manier van schrijven dat het einde zo knetterhard binnenkomt en zorgt dat de lezer geraakt het boek dichtslaat.
Dit boek werd mij via Hebban aangeboden in ruil voor een recensie.
5
2
Reageer op deze recensie