Voorspelbaar en zelden echt spannend
Sinds Max Verstappen in 2015 zijn intrede in de wereld van Formule 1 deed, zit Nederland massaal aan de buis gekluisterd als op zondag een Grand Prix wordt gereden. Dat deze plotselinge interesse ook op het boekenfront zou toeslaan, was een kwestie van afwachten. Niet alleen boeken van Max verschijnen in een recordtempo in de winkels, maar ook over de Formule 1 in zijn algemeenheid is er aardig wat verschenen.
André Hoogeboom is een schrijver die de laatste periode twee boeken van zijn hand uitbracht; Formule 1 en Max, boeken die verslonden werden. De schrijver is een sportjournalist die voor het Noord-Hollands dagblad en voor de GPD, waarvoor hij de autosport op de voet volgde. In 2007 schreef hij zijn eerste boek over autosport en de laatste jaren verschijnen er meerdere titels van zijn hand. Met Dodelijke ambitie heeft André Hoogeboom zijn eerste fictie boek geschreven en ook dit boek gaat over de Formule 1, een thema wat zo nu en dan in thrillers voorkomt maar nooit echt met groot succes.
William Beck, de succesvolle eigenaar van Dottcom, maakt zijn entree in Monaco als sponsor van Forster Racing, een Grand Prix team dat na een succesvol jaar nu slechte resultaten boekt. Beck is ambitieus en als hij de mogelijkheid krijgt om als hoofdsponsor het team over te nemen, hapt hij gretig toe. De deplorabele staat van het team ten spijt gaat hij aan de slag om de nodige miljoenen vrij te spelen om het team weer naar de top te brengen. Daarvoor roept hij de hulp in van de Finse oud- wereldkampioen Kalle Alhainen om zijn nieuw aangeschafte team binnen korte tijd tot een topteam te maken. Dat dit gepaard gaat met allerlei illegale praktijken neemt hij voor lief. Alleen de Formule 1-wereld is net een klein dorp en geheimen blijven nooit lang geheim. Dat André Hoogeboom een kenner is op het gebied van de F1 wordt vrij snel duidelijk in Dodelijke ambitie. Hij weet welke schandalen en illegale praktijken plaats hebben gevonden in de laatste jaren van deze sport. Dat maakt het voor een lezer die niet of nauwelijks op de hoogte is van deze materie vrij lastig om dit boek te lezen. Het is voor lezers die goed ingevoerd zijn in de F1 herkenbaar, maar dat maakt het nog niet tot een goed verhaal.
Het boek heeft een vrij lange aanloop voordat het thriller gehalte enigszins bovenkomt. Maar zelfs dan blijft de spanning in het boek ver te zoeken. Het verhaal blijft vlak en komt zelden boven een middelmaat uit. André Hoogeboom probeert, naarmate het verhaal vordert, het criminele gedrag van de hoofdpersonages meer body te geven maar het blijft bij een dappere poging. De personages zijn naar behoren uitgewerkt en voor kenners van de materie herkenbaar. Wat opvalt is dat de schrijver de racebeschrijvingen niet laat overheersen in zijn boek, maar dit summier maar noodzakelijk voor het verhaal weet te houden. De benamingen van coureurs van andere teams laat hij achterwege, waardoor er een wat afstandelijke houding wordt gecreëerd.
Het is vaker geprobeerd om fictieve boeken te schrijven met de racerij in de hoofdrol. Zelfs Alistair McLean brandde in 1973 daar zijn vingers al aan met Valse Start. Het is een moeilijke materie om dit in een goed boek te kunnen vangen. Ook André Hoogeboom heeft met de beste bedoelingen een thriller willen schrijven over deze sport, maar ondanks het feit dat hij goed in de scene is ingevoerd kan Dodelijke ambitie niet bekoren.
Het boek is vergelijkbaar met een hedendaagse Grand Prix; voorspelbaar en zelden echt spannend.
Reageer op deze recensie