Kabbelend naar een bedenkelijk niveau
De inbreng van Duitse auteurs op thrillergebied heeft de laatste jaren een positieve impuls gehad met name door Sebastian Fitzek en Nele Neuhaus, die beide ook in de Nederlands taalgebied successen kenden. In Duitsland is ook de naam Klaus-Peter Wolf een begrip. Al jaren schrijft de Oost-Friese auteur zijn verhalen met Ann Kathrin Klaasen en is daar heel succesvol mee. Deze Wolf is ook in de televisie wereld geen onbekende; hij werkte mee aan een groot aantal afleveringen van Tatort.
Dit jaar is Klaus-Peter Wolf begonnen met een nieuwe reeks boeken, waarin dr. Bernhard Sommerfeldt de hoofdfiguur is. Het is te hopen dat dit eerste deel, Doodse stilte op het wad, niet de standaard gaat aangeven voor het verdere vervolg van deze serie, want dat zou een smet zijn op de reputatie van deze Duitse schrijver.
Bernhard Sommerfeldt is huisarts in Norden, een kuststadje in Oost-Friesland. Zijn inzet voor zijn patiënten is grenzeloos en blijft niet bij medische zaken. Hij kan geen onrecht zien en als hij ermee wordt geconfronteerd, grijpt hij meedogenloos in. Over zijn verleden zwijgt hij, net als over het feit dat zijn studie Medicijnen slechts een blauwe maandag heeft geduurd. Ook heet hij pas sinds kort Bernhard Sommerfeldt. Wie is deze populaire huisarts echt?
Thrillers moeten het met name van spanning en plotwendingen hebben en beide zijn niet te vinden in dit verhaal. Sterker nog, Doodse stilte op het wad kabbelt naar een bedenkelijk niveau en soms wordt het zelfs lachwekkend. Dit heeft ook te maken dat dr. Bernard Sommerfeldt door de schrijver neergezet wordt als een goedaardige maar redelijk arrogante man. Dat laatste lukt het beste. Klaus- Peter Wolf is erin geslaagd om door het gehele boek het irritatie niveau omtrent zijn hoofpersonage tot ongekende hoogte te brengen.
De beschrijvingen van andere personages in het boek vallen op door hun adoratie voor de beste dokter, wat met name de vrouwen in het boek betreft. Dat hoeft op zich niet heel erg storend zijn maar in dit verhaal wordt het wel gênant. Wat de mannen betreft; die maken voornamelijk kennis met het eenhandige mes van de dokter. Want deze ziet dr. Bernard als lastposten die uit de weg geruimd moeten worden. Hij hanteert daarbij zijn eigen rechtssysteem.
Dat het verhaal in de ik-vorm is geschreven, draagt niet bij aan het leesplezier; simpelweg omdat de ik-figuur niet aimabel genoeg is om de aandacht constant erbij te houden. Ook is de spanning in het verhaal niet te bekennen. Het blijft heel vlak en komt nooit op stoom.
Wat met name teleurstellend is in dit boek, is het onvermogen van een auteur die met de reeks rond seriepersonage Ann Katrin Klaasen (die overigens ook nog in dit boek haar opwachting maakt) succes had maar nu de plank zo kan misslaan. Hij is niet in staat om ook maar een deel van het boek spannend te maken. De titel van het boek Doodse stilte op het wad heeft weinig tot geen binding met het verhaal. Daarnaast lijkt het voor vertaalster Edith Sybesma een hele klus te zijn geweest om dit verhaal logisch te houden.
Dit boek is het eerste deel van een nieuwe reeks. Het is te hopen dat dit deel een aanloop is geweest tot veel beter want als Wolf het niveau niet omhoog weet te brengen, gooit hij zijn eigen geloofwaardigheid te grabbel.
Reageer op deze recensie