In de geest van Baantjer
Joop van Riessen is al een aantal jaren gestopt bij de politie als hoofdcommissaris, als hij gebeld wordt door de uitgever waar hij zijn autobiografie heeft uitgegeven. Appie Baantjer stopt met het schrijven over De Cock en de vraag is of van Riessen die een vergelijkbare achtergrond heeft, interesse heeft om fictie te gaan schrijven.
In 2009 verschijnt zijn eerste politiethriller en natuurlijk blijft de vergelijking met Baantjer altijd snel gemaakt. Met Staatsgeheim heeft Joop van Riessen al zijn negende boek afgeleverd met Anne Kramer in de hoofdrol.
Als Fatima, een Amsterdamse politieagente van de een op de andere dag verdwijnt, wordt al snel gedacht dat zij zich heeft aangesloten bij IS. Nadine, een tweede Marokkaanse politieagente verdwijnt op eenzelfde manier en de politie tast in het duister.
Anne Kramer is tegen haar zin benoemd tot sectorhoofd bij de Nationale Politie en bevorderd tot commissaris van politie, een rol waar ze heel erg aan moet wennen en in de zaak van de verdwenen agentes loopt ze al snel tegen gesloten deuren aan. Onder het mom van staatsveiligheid mag het dossier niet openbaar worden gemaakt, wat de zoektocht naar beide agentes niet vergemakkelijkt. Als blijkt dat haar nieuwe partner ook betrokken is bij de zaak, zet dit haar relatie onder druk.
Voordeel van een schrijver die uit de wereld komt waarover hij schrijft, is dat de vakkennis onmiskenbaar groot is. Dat kan echter ook zijn valkuil zijn omdat de focus in het verhaal dan, onbewust teveel op het bekende komt te liggen en het gevaar dreigt op de automatische piloot een verhaal af te werken. Dit is bij Joop van Riessen gelukkig alleen ten dele maar het geval. Hij kan zich goed inleven in zijn personages, maar heeft toch een heldere voorkeur voor zijn oude vak. Zo laat hij in zijn verhaal wel duidelijk zien dat hij geen fan van de AIVD is.
De personages in het boek zijn goed uitgewerkt en hebben in de loop van de verschillende verhalen wel een verankering gekregen. Dat de hoofdrolspelers wat vlakke personages blijven heeft ook te maken met het meegroeien binnen de vorige verhalen.
Het boek is met zijn korte hoofdstukken goed te lezen en de vaart blijft redelijk in het verhaal. Maar toch is de algemene indruk dat Joop van Riessen zich vertilt aan de opzet om het terrorisme als hoofdlijn te gebruiken en daardoor het verhaal internationaler te maken. Dit staat enigszins in een schril contrast met de toch overwegend Amsterdamse sfeer die het verhaal uitstraalt.
Bij een aantal wendingen is het verhaal wat minder geloofwaardig. Zo is de rol van Chris Moorthaemer niet het sterkste deel maar is hij van wezenlijk belang voor de uitkomst van het boek. De rol van Anne Kramer is daarentegen wel een leidraad in het verhaal en van Riessen laat haar deze dan ook dragen. Haar relatie en haar nieuwe functie maakt het soms alsof ze als een olifant door de porseleinkast moet lopen. Maar dit lost de schrijver vakkundig op.
Uitgeverij de Kring heeft op de achterkant van Staatsgeheim een aantal quotes van de pers van vorige boeken gezet, waaronder toch regelmatig de vergelijking met Appie Baantjer naar voren komt. Dit zal de schrijver tot in de lengte van dagen achtervolgen. Als hij daar geen problemen mee heeft dan kan hij nog lang op deze voet verder gaan. De keuze is aan hem. Maar misschien is het wel verstandig om een keertje buiten het format te gaan en andere paden te bewandelen. Soms kan dat heel verfrissend zijn.
Reageer op deze recensie