Tobias Satorius komt uit de gevangenis na tien jaar cel wegens verkrachten en vermoorden van twee tienermeisjes in zijn thuisdorp Altenhain. Daar is veel hetzelfde gebleven. Alleen zijn vader is failliet en gescheiden door de vermiste meisjes en de veroordeling van zijn zoon. Op een voormalig Amerikaans vliegveld worden vlak na Tobias’ thuiskomst de stoffelijke resten van één van de twee gevonden. Niet veel later valt zijn moeder van een brug: een ooggetuige zag dat ze werd geduwd. Dit alles rakelt die oude geschiedenis weer op en geeft Tobias de kans te laten zien dat hij onschuldig was een de verdwijning, ondanks het zwarte gat in zijn geheugen rond het tijdstip van de misdaad. Aan Von Bodenstein en Kirchhof de taak de knoop te ontwarren. Want er heeft zich in het dorpje nogal wat afgespeeld en de bewoners houden elkaar de hand boven het hoofd omdat men op elkaar is aangewezen.
Neuhaus schetst dit dorpsportret fraai, herkenbaar en geloofwaardig. Net als de personages die weliswaar talrijk zijn maar ieder toch een duidelijke rol hebben en spelen in het verhaal. Een flink aantal van hen blijkt – uiteraard en net als in Diepe wonden, het voorgaande deel in de serie over Von Bodenstein en Kirchhof – niet wat op het eerste gezicht lijkt. Ze slaagt erin de vele lijnen en lijntjes bij elkaar te brengen. Het gaat daarbij niet alleen om het oplossen van de zaak, ook is er ruimte voor de ontwikkeling die de (hoofd)personages doormaken. Gedegen vakwerk, dus.
De – wat vreemde – titel is te danken aan de rol die één van de twee vermiste meisje in het jaarlijks dorpstoneelstuk had weten te veroveren (en haar dus noodlottig werd).
Reageer op deze recensie