Hebban recensie
Franse fantasy mag er zijn
Ze hebben het Pierre Grimbert niet makkelijk gemaakt bij zijn debuutvertaling naar het Nederlands. Hoewel hij nu op de kaft wordt aangeprezen als “de grootste fantasy-ster van Frankrijk” waren zijn jongste lezers nog niet geboren toen het eerste deel van zijn serie Le Secret de Ji verscheen: Six héretiers (1999). In 2014 is de vertaling dan eindelijk in Nederland verschenen als De erfgenamen. Deel twee van Het geheim van Ji wordt verwacht in februari 2015 onder de titel De eed van het weeskind. Waarom heeft het zo lang geduurd voordat zo’n schijnbaar enorm grote naam werd vertaald? Fantasy blijft helaas toch voornamelijk een Engelstalig feestje. Grimbert is buiten Frankrijk en Duitsland nauwelijks bekend, en de in 2013 verschenen Engelse vertaling van De erfgenamen is niet goed ontvangen.
Is dit Grimberts schuld? Niet helemaal. Er zijn nogal wat Engelstalige fantasyboeken naar het Nederlands vertaald waar Grimbert voorrang op had mogen krijgen. Grimbert biedt meer vernieuwing dan bijvoorbeeld de eindeloze Lord of the Rings-kopieën van Terry Brooks (Shannara). De erfgenamen is een prima boek, hoewel het verteltempo niet altijd even hoog ligt.
118 jaar nadat een groep afgezanten halfdood, getraumatiseerd en voor altijd zwijgend terugkwamen van een reis naar het eiland Ji worden hun erfgenamen nagejaagd en vermoord door de Zü, een groep religieuze huurmoordenaars. Zes mensen weten aan ze te ontsnappen. Ze besluiten naar Ji te reizen om uit te zoeken waarom de Zü op ze af zijn gestuurd. Het ligt voor de hand dat dit een bont reisgenootschap is: een vissersjongen, het meisje op wie hij verliefd is, haar tante het dorpshoofd, een krijger, een reus die telepathisch met dieren kan praten, en een acteur. Helaas wordt deze groep in dit boek nauwelijks iets wijzer over de motivatie van de Zü, maar de letterlijke cliffhanger aan het eind van het boek is veelbelovend.
De belangrijkste reden voor het soms trage verloop van het verhaal is de groepsdynamiek, omdat die evenveel aandacht krijgt als de achtervolging door de huurmoordenaars. Bowbaq, de telepathische reus, is het meest interessant, maar krijgt helaas minder aandacht dan de verliefde tieners. De vijftienjarige visser Yan staat te popelen om te trouwen met het meisje, Leti, dat nóg jonger lijkt te zijn, maar op dit vlak wordt er veel geschreven en weinig gedaan. Grimbert probeert moedig van Leti een vrijgevochten wezen te maken dat graag wil leren vechten en zich niet als minderwaardig laat behandelen wegens haar geslacht. Helaas is Leti zo’n onuitstaanbaar wezen – meestal huilt, stampvoet of klaagt ze – dat je het grondig met de krijger, Grigán, eens bent dat ze haar mond moet houden totdat het gevaar geweken is. Pas aan het einde komt zij tot haar recht, het is te hopen dat deze ontwikkeling zich in het volgende boek doorzet.
Grimbert heeft zijn wereld grondig doordacht, al wordt dat in het verhaal zelf niet direct duidelijk. In het begin is zijn gebruik van een nieuw jaartellings- en kloksysteem storend, omdat het systeem niet in het verhaal wordt uitgelegd, maar wel constant wordt gebruikt. Het blijkt echter dat Grimbert het probleem van de ‘infodump’ op een handige manier verwerkt: achterin het boek heeft hij een ‘Beknopte encyclopedie van de bekende wereld’ opgenomen die zo uitgebreid is dat een enkel lemma soms meerdere pagina’s beslaat. De lijst biedt niet alleen taalkundige en culturele uitleg, maar ook complete mythen en legenden. Het verhaal voelt direct een stuk diepgaander en beter doordacht door dit onderdeel, ook al volgt Grimberts wereld vrijwel alle standaardregels van de fantasy. Een nieuwe lezer zou deze encyclopedie eigenlijk in zijn geheel al na het eerste hoofdstuk moeten lezen. Dan blijkt dat dit toch een erg goed doordacht verhaal is, een welkome aanvulling in de fantasywereld van buiten het Engelse taalgebied.
Is dit Grimberts schuld? Niet helemaal. Er zijn nogal wat Engelstalige fantasyboeken naar het Nederlands vertaald waar Grimbert voorrang op had mogen krijgen. Grimbert biedt meer vernieuwing dan bijvoorbeeld de eindeloze Lord of the Rings-kopieën van Terry Brooks (Shannara). De erfgenamen is een prima boek, hoewel het verteltempo niet altijd even hoog ligt.
118 jaar nadat een groep afgezanten halfdood, getraumatiseerd en voor altijd zwijgend terugkwamen van een reis naar het eiland Ji worden hun erfgenamen nagejaagd en vermoord door de Zü, een groep religieuze huurmoordenaars. Zes mensen weten aan ze te ontsnappen. Ze besluiten naar Ji te reizen om uit te zoeken waarom de Zü op ze af zijn gestuurd. Het ligt voor de hand dat dit een bont reisgenootschap is: een vissersjongen, het meisje op wie hij verliefd is, haar tante het dorpshoofd, een krijger, een reus die telepathisch met dieren kan praten, en een acteur. Helaas wordt deze groep in dit boek nauwelijks iets wijzer over de motivatie van de Zü, maar de letterlijke cliffhanger aan het eind van het boek is veelbelovend.
De belangrijkste reden voor het soms trage verloop van het verhaal is de groepsdynamiek, omdat die evenveel aandacht krijgt als de achtervolging door de huurmoordenaars. Bowbaq, de telepathische reus, is het meest interessant, maar krijgt helaas minder aandacht dan de verliefde tieners. De vijftienjarige visser Yan staat te popelen om te trouwen met het meisje, Leti, dat nóg jonger lijkt te zijn, maar op dit vlak wordt er veel geschreven en weinig gedaan. Grimbert probeert moedig van Leti een vrijgevochten wezen te maken dat graag wil leren vechten en zich niet als minderwaardig laat behandelen wegens haar geslacht. Helaas is Leti zo’n onuitstaanbaar wezen – meestal huilt, stampvoet of klaagt ze – dat je het grondig met de krijger, Grigán, eens bent dat ze haar mond moet houden totdat het gevaar geweken is. Pas aan het einde komt zij tot haar recht, het is te hopen dat deze ontwikkeling zich in het volgende boek doorzet.
Grimbert heeft zijn wereld grondig doordacht, al wordt dat in het verhaal zelf niet direct duidelijk. In het begin is zijn gebruik van een nieuw jaartellings- en kloksysteem storend, omdat het systeem niet in het verhaal wordt uitgelegd, maar wel constant wordt gebruikt. Het blijkt echter dat Grimbert het probleem van de ‘infodump’ op een handige manier verwerkt: achterin het boek heeft hij een ‘Beknopte encyclopedie van de bekende wereld’ opgenomen die zo uitgebreid is dat een enkel lemma soms meerdere pagina’s beslaat. De lijst biedt niet alleen taalkundige en culturele uitleg, maar ook complete mythen en legenden. Het verhaal voelt direct een stuk diepgaander en beter doordacht door dit onderdeel, ook al volgt Grimberts wereld vrijwel alle standaardregels van de fantasy. Een nieuwe lezer zou deze encyclopedie eigenlijk in zijn geheel al na het eerste hoofdstuk moeten lezen. Dan blijkt dat dit toch een erg goed doordacht verhaal is, een welkome aanvulling in de fantasywereld van buiten het Engelse taalgebied.
1
1
Reageer op deze recensie