Aandoenlijke overdaad aan boekenliefde
Sommige boeken zijn geschikt om in één keer uit te lezen. Meestal is het duidelijk wanneer een boek aan de eisen hiervoor voldoet: vaak zijn het enorm spannende boeken die naar een ontknoping toe werken. De voorlezer van 6:27 is vaker aandoenlijk dan spannend en staat bol van de tekstfragmenten die nergens naar leiden. Toch is ook dit een boek om in één ruk te lezen. Niet voor niets is het debuut van Jean-Paul Didierlaurent (1962) dit jaar al naar het Nederlands vertaald: hetzelfde jaar waarin het Franstalige origineel verscheen.
Guylain Vignolles, met wiens naam je in het Frans de nare woordspeling vilain guignol kunt maken – vertaald als ‘lelijke janklaassen’ – werkt bij een bedrijf dat boeken recyclet. Vrachtwagens vol komen iedere ochtend boeken dumpen die onder het toeziend oog van Guylain gevoerd worden aan de vernietigingsmachine, die hij Het Ding noemt, en er als grijze pulp aan de andere kant weer uit komen. Het proces is moordend voor Guylain, en de enige manier waarop hij zijn bestaan draaglijk maakt is door iedere dag een paar losse bladzijden uit de machine te redden, die hij de volgende dag voorleest in de Parijse RER-trein van 6:27. Zijn coupégenoten waarderen zijn onderbreking van de dagelijkse sleur, Guylain houdt er zelfs fans aan over. Toch blijft zijn leven leeg, vermoeiend en doelloos, en liegt hij tegen zijn moeder dat hij een zinvolle baan heeft bij een uitgeverij. Dan vindt Guylain op een dag een usb-stick vol korte verhalen op zijn vaste metrostoeltje, fragmenten uit het leven van een toiletjuffrouw, die zijn leven eindelijk betekenis geven.
Omdat Guylain steeds losse bladzijden uit Het Ding redt, leest hij altijd korte fragmenten voor aan zijn reisgenoten. Didierlaurent neemt deze fragmenten in het boek op: bladzijden van thrillers, oorlogsromans, zelfs van een pornoboek. Gek genoeg leidt dit niet af van het verhaal: de fragmenten hebben op de lezer hetzelfde effect als op Guylains toehoorders. Het zijn ontsnappingen van tien minuten die de terugkeer naar Guylains kille wereld confronterend maken. Gek genoeg weet Guylain wel altijd een bladzijde te redden die eindigt met een volledige zin.
De ubs-stick van toiletjuffrouw Julie bevat 72 verhalen, die toevallig ook allemaal in tien minuten voor te lezen zijn. Guylain stapt daarom over op het voorlezen van deze verhalen, in willekeurige volgorde. Acht van de verhalen komen voor in het boek, en hoewel het aanvankelijk jammer lijkt dat ze niet allemaal zijn overgenomen, is dit misschien niet erg: deze acht verhalen schetsen een beeld van Julie dat zo duidelijk en compleet lijkt dat je je als lezer afvraagt wat er in vredesnaam nog in de andere verhalen te ontdekken kan zijn.
De uitgever heeft een vervelende rode sticker op de kaft van het boek geplakt: “Zo charmant en onvergetelijk als Amélie.” Hoewel deze sticker totaal overbodig is – dezelfde zin staat op de achterkant gedrukt – is de bewering ergens wel waar. Het verhaal vol bizarre personages, en het einde dat erg abrupt is maar wel geluk impliceert, doet inderdaad denken aan Le fabuleux destin d’Amélie Poulain. Omdat er nog nooit een boek is geweest dat recycling zo zwaarmoedig beschrijft, mag dat gelukkige einde wel.
Reageer op deze recensie