Lezersrecensie
Dubieus debuut
Voor Yael van der Wouden is 'De bewaring' haar eerste roman. Maar schrijfervaring heeft Van der Wouden al wel, als docent in creatief schrijven en bekroond essayschrijver. In dit boek zie je dat duidelijk terug: de opbouw is goed uitgewerkt.
In het boek maak je kennis met Isabel die in haar ouderlijk huis woont. Vanuit haar ogen volg je in het eerste deel de levens van haarzelf en haar broers: Hendrik en Louis. In dit deel ontmoet Isabel ook de nieuwe vriendin van Louis, Eva. Zij komt op verzoek van Louis een poosje bij haar logeren. In het tweede deel merk je hoe Isabel reageert op de aanwezigheid van Eva als vreemde in haar huis. Bovendien worstelt ze met het verdwijnen van haar servies. Het laatste deel biedt via een dagboek het antwoord op de belangrijkste vraag van het verhaal.
Deze opbouw levert genoeg spanningselementen op. Een belangrijk nadeel is echter dat je door de eerste pagina's al voldoende vermoedens hebt over de belangrijkste vraag. Je leest de ontknoping als het ware aan het begin. Ook in de introductie van het boek (in de tekst voorafgaand aan het verhaal) vind je hiervoor aanwijzingen. Het verhaal verliest daardoor onnodig veel spanning.
Daarbij zijn de personages ongeloofwaardig wispelturig, wat inleven lastig maakt. Dat geldt voor onderlinge relaties, algemene reacties en voor de wisselingen binnen Isabel of Eva zelf. Je flipt van warmte naar kilte en van onafhankelijkheid naar afhankelijkheid in soms enkele seconden. Nergens in het boek wordt dit geduid: is er iets aan de hand met al deze personages?
Wispelturigheid is ook terug te zien bij het uitwerken van elementen. Isabel eet een peer van Eva. Daarna lijkt de peer of het fruit wel te moeten terugkeren als motief: "Wat kon wanhoop toch snel omslaan in hoop, meegeven als de beurse schil van overrijp fruit" of "Isabel [...] slurpte als bij rijp fruit; ze at het vruchtvlees, de pitjes en het klokhuis, alles." De vergelijkingen voelen geconstrueerd om maar de parallel te kunnen trekken met Eva, het paradijs en een verboden vrucht.
Een ander voorbeeld is de relatie tussen Isabel en Hendrik: "Ooit was hij een kind geweest en had ze hem vastgehouden als hij een nachtmerrie had." In het boek spreekt Isabel zich hierover uit tegen Hendrik, maar het echt uitwerken blijft achterwege. Het blijft bij een kort en stroef gesprek waarin veel niet gezegd wordt.
Het boek is vertaald door Fannah Palmer en Roos van de Wardt. Deze vertaling schuurt soms. Het is bijvoorbeeld jammer dat de titel 'De bewaring' minder een dubbele betekenis heeft dan het originele 'The safekeep'. Ook roept de vertaling soms vreemde connotaties op. Denk aan 'broekje' voor de lingerie van een volwassen vrouw.
Het weggeven van spanning, de wispelturigheid van personages en de vreemde woordkeuzes overschaduwen de kwaliteiten van het verhaal. Dit maakt 'De bewaring' een dubieus debuut.
In het boek maak je kennis met Isabel die in haar ouderlijk huis woont. Vanuit haar ogen volg je in het eerste deel de levens van haarzelf en haar broers: Hendrik en Louis. In dit deel ontmoet Isabel ook de nieuwe vriendin van Louis, Eva. Zij komt op verzoek van Louis een poosje bij haar logeren. In het tweede deel merk je hoe Isabel reageert op de aanwezigheid van Eva als vreemde in haar huis. Bovendien worstelt ze met het verdwijnen van haar servies. Het laatste deel biedt via een dagboek het antwoord op de belangrijkste vraag van het verhaal.
Deze opbouw levert genoeg spanningselementen op. Een belangrijk nadeel is echter dat je door de eerste pagina's al voldoende vermoedens hebt over de belangrijkste vraag. Je leest de ontknoping als het ware aan het begin. Ook in de introductie van het boek (in de tekst voorafgaand aan het verhaal) vind je hiervoor aanwijzingen. Het verhaal verliest daardoor onnodig veel spanning.
Daarbij zijn de personages ongeloofwaardig wispelturig, wat inleven lastig maakt. Dat geldt voor onderlinge relaties, algemene reacties en voor de wisselingen binnen Isabel of Eva zelf. Je flipt van warmte naar kilte en van onafhankelijkheid naar afhankelijkheid in soms enkele seconden. Nergens in het boek wordt dit geduid: is er iets aan de hand met al deze personages?
Wispelturigheid is ook terug te zien bij het uitwerken van elementen. Isabel eet een peer van Eva. Daarna lijkt de peer of het fruit wel te moeten terugkeren als motief: "Wat kon wanhoop toch snel omslaan in hoop, meegeven als de beurse schil van overrijp fruit" of "Isabel [...] slurpte als bij rijp fruit; ze at het vruchtvlees, de pitjes en het klokhuis, alles." De vergelijkingen voelen geconstrueerd om maar de parallel te kunnen trekken met Eva, het paradijs en een verboden vrucht.
Een ander voorbeeld is de relatie tussen Isabel en Hendrik: "Ooit was hij een kind geweest en had ze hem vastgehouden als hij een nachtmerrie had." In het boek spreekt Isabel zich hierover uit tegen Hendrik, maar het echt uitwerken blijft achterwege. Het blijft bij een kort en stroef gesprek waarin veel niet gezegd wordt.
Het boek is vertaald door Fannah Palmer en Roos van de Wardt. Deze vertaling schuurt soms. Het is bijvoorbeeld jammer dat de titel 'De bewaring' minder een dubbele betekenis heeft dan het originele 'The safekeep'. Ook roept de vertaling soms vreemde connotaties op. Denk aan 'broekje' voor de lingerie van een volwassen vrouw.
Het weggeven van spanning, de wispelturigheid van personages en de vreemde woordkeuzes overschaduwen de kwaliteiten van het verhaal. Dit maakt 'De bewaring' een dubieus debuut.
9
5
Reageer op deze recensie