Lezersrecensie
Mix van fictie, feiten, satire, activisme en authenticiteit
Heeft de Amerikaanse bestsellerauteur Curtis Sittenfeld een boontje voor First Ladies? Nadat Laura Bush model stond voor een fictieve presidentsvrouw in American Wife (2008), is Hillary Rodham-Clinton nu aan de beurt. Maar vergis je niet, ook Rodham is fictie en geeft de auteur volop gelegenheid om de feministische kaart te trekken. Verandert de geschiedenis omdat één sterke vrouw haar leven een andere wending geeft?
Het eerste deel leest als een geromantiseerde autobiografie van de echte Hillary, een ernstige, ambitieuze studente, die begin jaren zeventig Bill Clinton ontmoet en tot over haar oren verliefd wordt. Ze raakt er niet over uitgepraat dat zo’n super getalenteerde, charismatische adonis haar niet alleen intelligent en interessant, maar ook seksueel aantrekkelijk vindt. Sittenfeld serveert een flinke portie romantiek en bedwelmende seksscènes. Een huwelijk staat in de sterren geschreven, totdat Hillary in de gaten krijgt dat ze te maken heeft met een seksverslaafde vrouwengek. Ze verlaat Bill.
In het tweede deel katapulteert de auteur ons bruusk naar de jaren negentig bij een rijpere Hillary die bezig is met de uitbouw van haar politieke loopbaan. Privéperikelen verdwijnen naar de achtergrond terwijl namen van al dan niet bestaande politici en hooggeplaatste functionarissen de lezer om de oren vliegen. Door die gewijzigde toonzetting krijgt Rodham de allure van een documentaire, maar Sittenfeld houdt de spanning erin met subtiele speldenprikjes en opnieuw een forse sprong in de tijd vanaf deel drie.
Ze maakt haar feministisch punt met pittige dialogen, vileine oneliners en grappige anekdotes. Vooral de WASP’s (White Anglo-Saxon Protestants) moeten het ontgelden: oerconservatieve, seksistische, racistische, oude ‘witte’ mannen die de maatschappelijke toplaag en het politieke landschap domineren. Is oprecht engagement mogelijk in een politieke arena die draait om geld, macht en aanzien? Hillary doet er alles aan om binnen dit besloten mannenwereldje een plaats te veroveren. Dat lukt niet zonder slag of stoot, ze steekt haar frustraties over de stereotyperingen niet onder stoelen of banken. Maar hoe eenzaam het ook is om ‘als vrouw ergens goed in te zijn’, ze blijft vastberaden en schuwt de zelfspot niet. Het is nu eenmaal onontbeerlijk om het spel mee te spelen.
‘Dat we hunkeren naar lof is volgens mij niet omdat de meesten van ons extreem egoïstisch zijn. Dat doen we omdat we mensen zijn.’
Bestaande personen opvoeren in fictie; het blijft een delicate evenwichtsoefening. Rodham balanceert op de slappe koord tussen fictie, feiten, satire, activisme en authentieke menselijkheid. Hillary Rodham is als romanpersonage onmogelijk los te koppelen van de Hillary Clinton die we allemaal kennen. Er komen parallellen met haar echte leven voorbij en er draven personages op die gelijkenissen vertonen met gekende mensen of er losjes op gebaseerd zijn. Het is aan de lezer om die puzzel te ontwarren.
Door mannelijke karikaturen af te zetten tegen vrouwelijke authenticiteit verliest de boodschap aan geloofwaardigheid en zeker richting ontknoping laat het verloop zich moeilijk serieus nemen. De cameo van Donald Trump is hilarisch, maar overbodig aangezien Bill die rol al met verve mag opnemen. Als er bovendien iets gênant is aan Rodham, zijn het niet zozeer de details over seksuele handelingen of vrouwelijke ongemakken, maar de karaktermoord op Bill Clinton.
De focus op sociaal-maatschappelijke thema’s zoals vrouwenrechten, rassenongelijkheid en gezondheidszorg contrasteert met het cynisch opportunisme dat welig tiert in de hoogste politieke regionen. Hillary’s idealisme spat van de pagina’s en ze is niet te beroerd om bedenkingen over haar zwaktes en onzekerheden te delen, maar haar diepere gevoelens geeft ze niet prijs. Om de echte Hillary te doorgronden moet je deze feministische fantasie niet lezen. Is je geloof in waarachtige gedrevenheid en nobele politieke bedoelingen toe aan een oppepper, dan steekt de onderhoudende roman je wel een hart onder de riem.
‘In mijn jeugd had ik respect gehad voor mijn vaders intelligentie, zonder in te zien dat mijn moeder veel scherper was, omdat dat werd verhuld doordat ze aardig en een vrouw was.’
Het eerste deel leest als een geromantiseerde autobiografie van de echte Hillary, een ernstige, ambitieuze studente, die begin jaren zeventig Bill Clinton ontmoet en tot over haar oren verliefd wordt. Ze raakt er niet over uitgepraat dat zo’n super getalenteerde, charismatische adonis haar niet alleen intelligent en interessant, maar ook seksueel aantrekkelijk vindt. Sittenfeld serveert een flinke portie romantiek en bedwelmende seksscènes. Een huwelijk staat in de sterren geschreven, totdat Hillary in de gaten krijgt dat ze te maken heeft met een seksverslaafde vrouwengek. Ze verlaat Bill.
In het tweede deel katapulteert de auteur ons bruusk naar de jaren negentig bij een rijpere Hillary die bezig is met de uitbouw van haar politieke loopbaan. Privéperikelen verdwijnen naar de achtergrond terwijl namen van al dan niet bestaande politici en hooggeplaatste functionarissen de lezer om de oren vliegen. Door die gewijzigde toonzetting krijgt Rodham de allure van een documentaire, maar Sittenfeld houdt de spanning erin met subtiele speldenprikjes en opnieuw een forse sprong in de tijd vanaf deel drie.
Ze maakt haar feministisch punt met pittige dialogen, vileine oneliners en grappige anekdotes. Vooral de WASP’s (White Anglo-Saxon Protestants) moeten het ontgelden: oerconservatieve, seksistische, racistische, oude ‘witte’ mannen die de maatschappelijke toplaag en het politieke landschap domineren. Is oprecht engagement mogelijk in een politieke arena die draait om geld, macht en aanzien? Hillary doet er alles aan om binnen dit besloten mannenwereldje een plaats te veroveren. Dat lukt niet zonder slag of stoot, ze steekt haar frustraties over de stereotyperingen niet onder stoelen of banken. Maar hoe eenzaam het ook is om ‘als vrouw ergens goed in te zijn’, ze blijft vastberaden en schuwt de zelfspot niet. Het is nu eenmaal onontbeerlijk om het spel mee te spelen.
‘Dat we hunkeren naar lof is volgens mij niet omdat de meesten van ons extreem egoïstisch zijn. Dat doen we omdat we mensen zijn.’
Bestaande personen opvoeren in fictie; het blijft een delicate evenwichtsoefening. Rodham balanceert op de slappe koord tussen fictie, feiten, satire, activisme en authentieke menselijkheid. Hillary Rodham is als romanpersonage onmogelijk los te koppelen van de Hillary Clinton die we allemaal kennen. Er komen parallellen met haar echte leven voorbij en er draven personages op die gelijkenissen vertonen met gekende mensen of er losjes op gebaseerd zijn. Het is aan de lezer om die puzzel te ontwarren.
Door mannelijke karikaturen af te zetten tegen vrouwelijke authenticiteit verliest de boodschap aan geloofwaardigheid en zeker richting ontknoping laat het verloop zich moeilijk serieus nemen. De cameo van Donald Trump is hilarisch, maar overbodig aangezien Bill die rol al met verve mag opnemen. Als er bovendien iets gênant is aan Rodham, zijn het niet zozeer de details over seksuele handelingen of vrouwelijke ongemakken, maar de karaktermoord op Bill Clinton.
De focus op sociaal-maatschappelijke thema’s zoals vrouwenrechten, rassenongelijkheid en gezondheidszorg contrasteert met het cynisch opportunisme dat welig tiert in de hoogste politieke regionen. Hillary’s idealisme spat van de pagina’s en ze is niet te beroerd om bedenkingen over haar zwaktes en onzekerheden te delen, maar haar diepere gevoelens geeft ze niet prijs. Om de echte Hillary te doorgronden moet je deze feministische fantasie niet lezen. Is je geloof in waarachtige gedrevenheid en nobele politieke bedoelingen toe aan een oppepper, dan steekt de onderhoudende roman je wel een hart onder de riem.
‘In mijn jeugd had ik respect gehad voor mijn vaders intelligentie, zonder in te zien dat mijn moeder veel scherper was, omdat dat werd verhuld doordat ze aardig en een vrouw was.’
9
Reageer op deze recensie