Vertederende vriendschap en de kracht van verbeelding
Bart en Edo zijn beste vrienden. Ze slepen elke dag allebei een kartonnen doos naar buiten en beklimmen er de heuvel mee. De dozen doen dienst als kasteel, boot en raket. De twee vrienden laten zich leiden door hun verbeelding en door alles wat ze zien beneden in de vallei. Op een dag sleept een derde jongetje een doos de heuvel op en vraagt of hij mee mag spelen.
In Het kartonnen kasteel pent Linda Sarah een vertederend verhaal neer over hechte vrienden. Het laat zien hoe breekbaar vriendschap is, maar ook hoe sterk die kan zijn. De plot is eenvoudig en niet bijzonder gedetailleerd. Twee vriendjes hebben de tijd van hun leven tot een derde erbij komt en de harmonie verstoort. Voor Bart is het even wennen dat er een extra vriendje meespeelt. Hij trekt zich dan ook terug. Waarom Bart zich zo voelt, maakt het boek niet duidelijk. Uiteindelijk gaat het daar ook niet om. Het is de manier waarop Edo en Kai hun vriend overtuigen om de heuvel weer mee op te gaan die het belangrijkst is. De jongetjes moeten een nieuw ritme creëren en met wat inspanning lukt dat wonderwel. Daarnaast gaat het zijdelings ook over de kracht van verbeelding en creativiteit.
De tekst is groot gedrukt, maar goed geplaatst op de pagina. Nergens zit die de prenten in de weg. Er is een mooie balans gevonden in de opmaak en dat maakt van Het kartonnen kasteel een aangenaam boek om in te lezen en kijken. Edward van de Vendel deed de vertaling. Hij weet de essentie goed te vatten en zorgde voor een tekst die gemakkelijk leest en goed klinkt als hij voorgelezen wordt. Er zit iets dromerigs in de woorden dat mooi aansluit bij de tekeningen van illustrator Benji Davies.
Davies lijkt met bijzonder veel gemak de kleine, fantastische leefwereld van Edo, Bart en Kai tot leven te wekken. De figuurtjes die hij tekent hebben elk hun eigen kenmerken. Bart heeft donker, sluik haar. Edo draagt altijd een rode trui en een blauwe muts. Kai valt op door zijn blonde haar en pet met oorflappen. De details zitten in het landschap, het huis van Bart en de kartonnen creaties van de jongens. Er is hoog gras, kippen lopen los en het weer is elke dag een beetje anders. De prenten doen erg denken aan De kleine walvis, het prentenboek waarmee Davies meermaals in de prijzen viel. Hij blijft hier trouw aan de aandoenlijke en innemende stijl die dat verhaal zo prachtig maakte en het werkt. Davies tekeningen spreken voor zich. Ze tonen hoe de jongens zich voelen zonder dat het expliciet in de tekst benoemd wordt en nemen de lezertjes (4+) mee in de fantasiewereld van de hoofdpersonages.
Na het lezen van Het kartonnen kasteel wil elk kind een grote doos om drakendoder, piraat of wolkenkrabberdanser te kunnen spelen en een extra vriendje dat graag mee wil spelen is zeker geen probleem.
Reageer op deze recensie