Een straf, een schip én de slag bij Waterloo
De 12-jarige Melle krijgt straf. Daar heeft hij hoogstpersoonlijk voor gezorgd en wel hierom: zijn leven is oninteressant, niemand heeft aandacht voor hem, dus waarom niet wat in de kijker lopen? Melle verpest dan ook expres een schoolopdracht door op een formulier allerlei onzin in te vullen. Vervolgens draagt de leerkracht geschiedenis hem op om een stamboom van zijn familie te maken die drie generaties terug in de tijd gaat. Van zijn vader, een door Napoleon geobsedeerde advocaat, moet hij niet veel hulp verwachten. Die heeft het te druk met de voorbereidingen voor de 200ste verjaardag van de Slag bij Waterloo. Melle tilt echter niet al te zwaar aan de straf. Hij heeft grotere zorgen: meisjes.
Hoe Napoleon zijn verjaardag vierde begint echter niet bij Melle. Op de eerste bladzijden maakt de lezer kennis met de Wolfman, een oud-stuurman van een veerboot op de Wadden. Auteur Danny De Vos verweeft de zoektocht van Melle naar informatie over zijn overgrootvader aan moederskant, OG nummer 5, met het verhaal van deze strandjutter. De Wolfman heeft een obsessie voor de Lutine, een gezonken koopvaardijschip met mogelijk een grote schat aan boord. Twee verhalen die op het eerste zicht weinig met elkaar te maken hebben, worden na verloop van tijd netjes met elkaar verweven.
Wie een saai geschiedenisverhaal verwacht, kaatst hier dan ook de bal mis. De Vos heeft een vlotte pen en beschikt over het nodige inlevingsvermogen in het leven van een tienerjongetje. De gedeelten over de Wolfman geven het verhaal de nodige spanning en wat mysterie, terwijl het verhaal van Melle vol humor zit en vooral luchtig blijft. Dit boek zit bovendien vol met personages die de doelgroep, 11 jaar en ouder, wel kunnen boeien. Zo zijn er het rebelse buurmeisje Eva, de hulpvaardige, maar toch ook ietwat brutale Yo en de drukbezette vader van Melle die door iedereen Napoleon genoemd wordt.
Het tempo in het boek wordt mede opgebouwd door de schrijfstijl van de auteur. Korte en gebalde zinnen. Hier en daar had de auteur iets langer van stof mogen zijn. Soms heeft de trein wat te veel vaart. Dat maakt het lezen onderhoudend, maar ook erg intensief.
Op vlak van vormgeving had er meer uniformiteit mogen zijn. Voor de twee verhaallijnen wordt een apart lettertype gebruikt. Dat maakt dat de lezer zonder er eigenlijk bij na te denken meteen kan zien wie er aan het woord is. Prima, maar daarnaast worden er nog enkele andere lettertypes, vetgedrukte tekst, cursieve tekst, en het occasionele kadertje in de strijd geworpen. Zo erg moet de lezer nu ook weer niet bij de hand genomen worden. Overdaad schaadt wel degelijk.
Danny De Vos (°1967) schreef met Hoe Napoleon zijn verjaardag vierde zijn eerste jeugdroman. Hoewel hij als kind reeds gebeten werd door de schrijfmicrobe, liet hij de lezers toch enkele decennia wachten op dit debuut. Gelukkig is hij niet van plan om een grote pauze in te lassen en werkt hij op dit moment aan een volgend verhaal. Leuk om te weten is dat Danny als jonge tiener geschiedenisles kreeg van Frank Pollet, ook geen onbekende in jeugdboekenland.
Reageer op deze recensie