Hebban recensie
Tussen waan en werkelijkheid
Iedereen die ooit een relatie op de klippen zag lopen of een dierbaar familielid verloor, kent het gevoel. Het gevoel van gemis, maar ook het gevoel dat je in volstrekte vreemden de houding, gebaren en trekken herkent van diegene die je bent verloren. Soms tot gek wordens toe. Exact dat gegeven, die breekbare emotionele toestand, wordt op kunstige wijze vorm gegeven in de psychologische thriller Schimmenspel van Matthias Rozemond.
Het verhaal draait om rederszoon Norbert Camperman die in 1961 samen met zijn broer Eugene en diens dochtertje in Schotland een fataal auto-ongeluk krijgt. Eugene en zijn dochtertje zijn op slag dood. Norbert overleeft het ongeluk, maar raakt in coma. Nadat hij weer enigszins hersteld is, ziet hij regelmatig zijn broer Eugene voor zijn geestesoog verschijnen. Therapeut Koen probeert hem te helpen bij het verdrijven van zijn waandenkbeelden. Twee jaar later ontvangt Norbert een brief van zijn broer Eugene uit Edinburgh. Realiteit? Een grap? Een poging om Norbert gek te maken? Norbert en zijn vrouw Claire trekken naar Schotland in een poging om met het verleden in het reine te komen. Maar opnieuw ziet Norbert zijn broer op diverse plaatsen. Is hij dan echt gek geworden. Tot overmaat van ramp wordt een jonge kamerbediende vermoord aangetroffen in het hotel waar Norbert logeert. Hij wordt gezien als de hoofdverdachte en verdwijnt in de cel. Meer dan veertig jaar later leest Norberts zoon Peter het dagboek van zijn vader. Hij besluit naar Schotland te gaan om de ware toedracht van de moord te achterhalen.
Schimmenspel speelt zich, net als De donkere kamer van Damocles en De komst van Joachim Stiller, constant af op de grens tussen waan en werkelijkheid. Net als de hoofdpersoon (Norbert) heeft de lezer geen moment grip op de realiteit. Hij wordt heen en weer geslingerd tussen feiten en vermoedens, maar elk houvast dat zich aandient is spekglad en glibberig.
Via het gevangenisdagboek dat Norbert bijhield, leest zijn zoon Peter over de emotionele strijd die zijn vader Norbert in de jaren zestig moest voeren tegen de hersenschimmen die hem teisterden. Maar ook over de strijd tegen zijn kille vrouw Claire en al zijn vrienden en kennissen die Norbert steeds meer zagen als een van elke realiteit verstoken psychotisch geval. Voorin Schimmenspel heeft Rozemond als motto een citaat van Shakespeare opgenomen: Droefheid is de voedster van de waanzin. Het is de kern van Norberts geestesgesteldheid. Hij is zo bedroefd, zit zo vol zelfverwijt dat hij niet eens aan een rouwproces is toegekomen, omdat hij nog steeds in de ontkenningsfase zit. In die toestand is hij dan ook geen enkele partij voor diegenen die hem van moord op het kamermeisje beschuldigen.
Rozemond speelt een bijna pervers spel met zijn lezers. Gegevens worden zorgvuldig gedoseerd, maar tergend langzaam, opgediend. De lezer kijkt naar een druppelende kraan in afwachting van het moment dat de emmer vol zal zijn. De spanning is om te snijden. De behoefte aan duidelijkheid overweldigend. Is Norbert nu gek of niet? Heeft hij in verwarde toestand een moord gepleegd of was hij destijds het slachtoffer van onbekenden die hem om wat voor onduidelijke redenen dan ook een moord in de schoenen wilde schuiven.
Als Norberts zoon Peter ene Stella op het spoor komt, die destijds in een onbewaakt ogenblik het hoofd van zijn vader op hol bracht, kantelt het verhaal en lijken de contouren van een ongelooflijke geschiedenis duidelijker te worden. Maar ook dat verhaal heeft weer een mysterieuze keerzijde.
Door het verleden (dagboekverhaal van Norbert) en het heden (de speurtocht van zijn zoon Peter in Schotland) met elkaar te mengen, houdt Rozemond de spanning constant hoog terwijl deze constructie hem ook in staat stelt beetje bij beetje meer duidelijkheid te scheppen.
De plot is ingenieus. Geloof en ongeloof vechten om voorrang. Rozemond sleurt ons mee langs depressies, angsten, schizofrenie, associatieve werkelijkheden en auditieve en visuele traumas. De menselijke geest lijkt uitsluitend dwaalwegen en doodlopende paden te kennen en de lezer moet ze allemaal bewandelen voordat er licht aan de horizon gloort. Schimmenspel is dan ook niet alleen een leesboek, maar tevens een emotionele reis door de donkerste krochten van de geest. Een angstaanjagende psychologische thriller, die zich kan meten met de beste buitenlandse thrillers in het genre.
Het verhaal draait om rederszoon Norbert Camperman die in 1961 samen met zijn broer Eugene en diens dochtertje in Schotland een fataal auto-ongeluk krijgt. Eugene en zijn dochtertje zijn op slag dood. Norbert overleeft het ongeluk, maar raakt in coma. Nadat hij weer enigszins hersteld is, ziet hij regelmatig zijn broer Eugene voor zijn geestesoog verschijnen. Therapeut Koen probeert hem te helpen bij het verdrijven van zijn waandenkbeelden. Twee jaar later ontvangt Norbert een brief van zijn broer Eugene uit Edinburgh. Realiteit? Een grap? Een poging om Norbert gek te maken? Norbert en zijn vrouw Claire trekken naar Schotland in een poging om met het verleden in het reine te komen. Maar opnieuw ziet Norbert zijn broer op diverse plaatsen. Is hij dan echt gek geworden. Tot overmaat van ramp wordt een jonge kamerbediende vermoord aangetroffen in het hotel waar Norbert logeert. Hij wordt gezien als de hoofdverdachte en verdwijnt in de cel. Meer dan veertig jaar later leest Norberts zoon Peter het dagboek van zijn vader. Hij besluit naar Schotland te gaan om de ware toedracht van de moord te achterhalen.
Schimmenspel speelt zich, net als De donkere kamer van Damocles en De komst van Joachim Stiller, constant af op de grens tussen waan en werkelijkheid. Net als de hoofdpersoon (Norbert) heeft de lezer geen moment grip op de realiteit. Hij wordt heen en weer geslingerd tussen feiten en vermoedens, maar elk houvast dat zich aandient is spekglad en glibberig.
Via het gevangenisdagboek dat Norbert bijhield, leest zijn zoon Peter over de emotionele strijd die zijn vader Norbert in de jaren zestig moest voeren tegen de hersenschimmen die hem teisterden. Maar ook over de strijd tegen zijn kille vrouw Claire en al zijn vrienden en kennissen die Norbert steeds meer zagen als een van elke realiteit verstoken psychotisch geval. Voorin Schimmenspel heeft Rozemond als motto een citaat van Shakespeare opgenomen: Droefheid is de voedster van de waanzin. Het is de kern van Norberts geestesgesteldheid. Hij is zo bedroefd, zit zo vol zelfverwijt dat hij niet eens aan een rouwproces is toegekomen, omdat hij nog steeds in de ontkenningsfase zit. In die toestand is hij dan ook geen enkele partij voor diegenen die hem van moord op het kamermeisje beschuldigen.
Rozemond speelt een bijna pervers spel met zijn lezers. Gegevens worden zorgvuldig gedoseerd, maar tergend langzaam, opgediend. De lezer kijkt naar een druppelende kraan in afwachting van het moment dat de emmer vol zal zijn. De spanning is om te snijden. De behoefte aan duidelijkheid overweldigend. Is Norbert nu gek of niet? Heeft hij in verwarde toestand een moord gepleegd of was hij destijds het slachtoffer van onbekenden die hem om wat voor onduidelijke redenen dan ook een moord in de schoenen wilde schuiven.
Als Norberts zoon Peter ene Stella op het spoor komt, die destijds in een onbewaakt ogenblik het hoofd van zijn vader op hol bracht, kantelt het verhaal en lijken de contouren van een ongelooflijke geschiedenis duidelijker te worden. Maar ook dat verhaal heeft weer een mysterieuze keerzijde.
Door het verleden (dagboekverhaal van Norbert) en het heden (de speurtocht van zijn zoon Peter in Schotland) met elkaar te mengen, houdt Rozemond de spanning constant hoog terwijl deze constructie hem ook in staat stelt beetje bij beetje meer duidelijkheid te scheppen.
De plot is ingenieus. Geloof en ongeloof vechten om voorrang. Rozemond sleurt ons mee langs depressies, angsten, schizofrenie, associatieve werkelijkheden en auditieve en visuele traumas. De menselijke geest lijkt uitsluitend dwaalwegen en doodlopende paden te kennen en de lezer moet ze allemaal bewandelen voordat er licht aan de horizon gloort. Schimmenspel is dan ook niet alleen een leesboek, maar tevens een emotionele reis door de donkerste krochten van de geest. Een angstaanjagende psychologische thriller, die zich kan meten met de beste buitenlandse thrillers in het genre.
1
Reageer op deze recensie