Lezersrecensie
Niet vervelend, evenmin literair hoogstandje
Corina Bomann debuteerde in 2001 met haar roman Der Schattengeist en haar eerste boek dat in het Nederlands is vertaald was het in 2014 uitgebrachte Het vlindereiland. Ze brak pas echt goed door met de serie De vrouwen van de Leeuwenhof, waarvan het eerste deel in 2019 werd uitgebracht en sindsdien is ze niet meer weg te denken in de wereld van de Feelgoodroman. Een paar jaar eerder verscheen Het klaprozenjaar (2017), waarin onder andere de naweeën van de Tweede Wereldoorlog nog zichtbaar zijn.
Van haar gynaecologe hoort Nicole Schwarz dat het kind waarvan ze in verwachting is een erfelijke hartafwijking heeft. Noch in de familie van haar moeder, die haar alleen heeft opgevoed, noch in die van de verwekker van het kind, komt deze aandoening voor. Het kan dus niet anders dan dat de oorzaak van het probleem aan vaderskant ligt. Haar moeder Marianne heeft echter nooit iets over haar vader willen vertellen, maar op aandringen van Nicole doet vertelt ze nu na tientallen jaren stilzwijgen haar verhaal. Dit leidt er uiteindelijk toe dat ze naar hem op zoek gaat.
De lezer maakt al meteen kennis met protagonist Nicole Schwarz en kan zich haar gevoel, nadat ze te horen heeft gekregen dat haar nog ongeboren kind een erfelijke hartafwijking heeft, erg goed voorstellen. Een dergelijke mededeling hoop en verwacht je immers nooit te hoeven vernemen en als dat toch onverhoopt gebeurt, komt het aan als een harde klap. Deze boodschap is in zekere zin een van de rode draden van het verhaal, want wat zich in de plot voordoet, is allemaal hier naartoe te herleiden. Dit geldt eigenlijk zowel voor de verhaallijn in het heden, als die in het verleden, waarin naar voren komt waarom haar moeder Marianne nooit heeft willen vertellen wie haar vader is.
Behalve de medische aandoening bevat het boek nog een aantal andere thema’s, zoals vertroebelde relaties en de destijds – dertig jaar na de Tweede Wereldoorlog – vijandige houding tussen Duitsland en Frankrijk. Deze zijn alle door het hele verhaal verweven, zowel in de verhaallijn van Nicole (in het heden) als die van Marianne (in het verleden). Wat beide vrouwen te vertellen hebben, is over het algemeen verschillend van aard, maar eveneens onlosmakelijk met elkaar verbonden. In ieder geval zorgt dit alles er wel voor dat de lezer enigszins nieuwsgierig wordt naar hoe het hen allebei vergaat. Op zich is dit allemaal niet zo heel erg verrassend en soms was een en ander zelfs te voorzien. Voor het overige kabbelt de plot rustig voort, met zo nu en dan een onverwachte situatie.
Doordat de gebeurtenissen vanuit de perspectieven van Nicole en Marianne worden verteld, kom je wel het nodige over hen te weten, maar heel uitvoerig gaat de auteur niet op hun karakters en persoonlijkheden in. Toch krijg je een behoorlijke indruk van hen, en de ene keer is dat iets positiever dan de andere keer, want beiden zijn nog weleens erg wisselvallig van aard. Dit laatste geldt ook wel voor de schrijfstijl, die soms wat simpel en eenvoudig oogt, maar ook regelmatig iets fijnzinniger is, hoewel je niet moet verwachten dat Bomann ineens prachtige en bloemrijke metaforen hanteert.
Over het geheel genomen is Het klaprozenjaar absoluut geen vervelende roman om te lezen, maar een literair hoogstandje is het evenmin. Dit is natuurlijk ook helemaal niet de bedoeling van de auteur. Ondanks de ongecompliceerde geest van het verhaal, heeft het desondanks wel een paar emotionelere fragmenten en lijkt het tevens de boodschap uit te stralen dat als je maar met elkaar praat veel misverstanden voorkomen kunnen worden. En dit laatste is uiteraard een waarheid als een koe.
Van haar gynaecologe hoort Nicole Schwarz dat het kind waarvan ze in verwachting is een erfelijke hartafwijking heeft. Noch in de familie van haar moeder, die haar alleen heeft opgevoed, noch in die van de verwekker van het kind, komt deze aandoening voor. Het kan dus niet anders dan dat de oorzaak van het probleem aan vaderskant ligt. Haar moeder Marianne heeft echter nooit iets over haar vader willen vertellen, maar op aandringen van Nicole doet vertelt ze nu na tientallen jaren stilzwijgen haar verhaal. Dit leidt er uiteindelijk toe dat ze naar hem op zoek gaat.
De lezer maakt al meteen kennis met protagonist Nicole Schwarz en kan zich haar gevoel, nadat ze te horen heeft gekregen dat haar nog ongeboren kind een erfelijke hartafwijking heeft, erg goed voorstellen. Een dergelijke mededeling hoop en verwacht je immers nooit te hoeven vernemen en als dat toch onverhoopt gebeurt, komt het aan als een harde klap. Deze boodschap is in zekere zin een van de rode draden van het verhaal, want wat zich in de plot voordoet, is allemaal hier naartoe te herleiden. Dit geldt eigenlijk zowel voor de verhaallijn in het heden, als die in het verleden, waarin naar voren komt waarom haar moeder Marianne nooit heeft willen vertellen wie haar vader is.
Behalve de medische aandoening bevat het boek nog een aantal andere thema’s, zoals vertroebelde relaties en de destijds – dertig jaar na de Tweede Wereldoorlog – vijandige houding tussen Duitsland en Frankrijk. Deze zijn alle door het hele verhaal verweven, zowel in de verhaallijn van Nicole (in het heden) als die van Marianne (in het verleden). Wat beide vrouwen te vertellen hebben, is over het algemeen verschillend van aard, maar eveneens onlosmakelijk met elkaar verbonden. In ieder geval zorgt dit alles er wel voor dat de lezer enigszins nieuwsgierig wordt naar hoe het hen allebei vergaat. Op zich is dit allemaal niet zo heel erg verrassend en soms was een en ander zelfs te voorzien. Voor het overige kabbelt de plot rustig voort, met zo nu en dan een onverwachte situatie.
Doordat de gebeurtenissen vanuit de perspectieven van Nicole en Marianne worden verteld, kom je wel het nodige over hen te weten, maar heel uitvoerig gaat de auteur niet op hun karakters en persoonlijkheden in. Toch krijg je een behoorlijke indruk van hen, en de ene keer is dat iets positiever dan de andere keer, want beiden zijn nog weleens erg wisselvallig van aard. Dit laatste geldt ook wel voor de schrijfstijl, die soms wat simpel en eenvoudig oogt, maar ook regelmatig iets fijnzinniger is, hoewel je niet moet verwachten dat Bomann ineens prachtige en bloemrijke metaforen hanteert.
Over het geheel genomen is Het klaprozenjaar absoluut geen vervelende roman om te lezen, maar een literair hoogstandje is het evenmin. Dit is natuurlijk ook helemaal niet de bedoeling van de auteur. Ondanks de ongecompliceerde geest van het verhaal, heeft het desondanks wel een paar emotionelere fragmenten en lijkt het tevens de boodschap uit te stralen dat als je maar met elkaar praat veel misverstanden voorkomen kunnen worden. En dit laatste is uiteraard een waarheid als een koe.
1
Reageer op deze recensie