Lezersrecensie
Aangename thriller die boeit
Ronald van der Pol, werkzaam in de financiële sector, heeft tijdens zijn jeugd veel getekend en geschilderd en wilde aanvankelijk een opleiding aan de kunstacademie volgen. Hoewel dat niet gebeurd is, is hij wel een tijdje kunstschilder geweest. In 2008 kwam hij op het idee om thrillers te gaan schrijven en twee jaar later, in juli 2010, debuteerde hij met De groene kamer, het eerste deel van een serie met Gerard van Dongen en Frank van der Linden. In 2021 verscheen Het rode dossier, dat inmiddels het vierde en laatste deel uit de reeks is.
Op een bedrijfsterrein in Utrecht wordt het lijk van Joeri, de zoon van de puissant rijke en machtige zakenman Sergei Morozov gevonden. Omdat de auto van rechercheur Gerard van Dongen op camerabeelden is vastgelegd, wordt hij verdacht van de moord. Hij weet zelf dat hij onschuldig is en om dat te bewijzen gaat hij op onderzoek uit. Hij vermoedt dat een politie-inval die in 2005 plaatsvond een bepalende rol heeft. Als zijn vriendin Maaike plotseling verdwijnt, wordt het voor hem ook nog persoonlijk. Met behulp van enkele collega’s boekt hij langzaam vooruitgang en komt hij uiteindelijk tot een schokkende ontdekking.
Het rode dossier begint met een proloog die zich in 2005 afspeelt en vervolgens een flashforward naar 2019 maakt. De lezer vraagt zich meteen af wat de inleiding, die ervoor zorgt dat je nieuwsgierig wordt, met de rest van het verhaal te maken heeft. Uiteraard komt daar in de loop van de plot duidelijkheid over, vooral omdat het voorval van destijds als een dun rood draadje door de verhaallijn loopt. Waar de auteur eveneens aandacht aan besteedt, is een persoonlijk drama waar rechercheur Gerard van Dongen mee te maken heeft gehad. Dit ligt alweer jaren achter hem, maar hij heeft dit nog steeds niet volledig verwerkt. Door de zaak waar hij nu aan werkt, komen flarden van die gebeurtenis meer en meer bovendrijven en wordt het duidelijker wat er toentertijd werkelijk gebeurd is.
Omdat het grootste deel van het verhaal vanuit het perspectief van Van Dongen wordt verteld, komt de lezer het meest over hem te weten. Zijn personage is dan ook redelijk goed uitgewerkt. Dat geldt minder voor de anderen, die blijven over het algemeen wat oppervlakkig. Heel erg is dat overigens niet, het enige is dat de lezer zich wat minder met hen verbonden voelt. Waar verder zo goed als niets van te merken is, is dat dit niet het eerste verhaal is waarin zowel Gerard als Frank voorkomen. Dit vierde deel van de serie kan dus uitstekend los van de andere gelezen worden. Het enige verschil is dat laatstgenoemde nu geen rechercheur meer is.
Doordat Van der Pol de lezer al aan het begin nieuwsgierig weet te maken, en hem dat laat blijven, verslapt de aandacht van diezelfde lezer geen moment. Het verhaal bevat ruim voldoende plotwendingen, waaronder een aantal verrassende. Dat heeft echter niet tot gevolg dat er uitzonderlijk veel spannende momenten zijn. Natuurlijk, er is wel een zekere spanningsboog aanwezig, maar die bestaat voornamelijk uit het nieuwsgierigheidsgevoel. Op een enkele keer na is er niet veel spanning die uit actie ontstaat. Dat geldt echter niet voor de ontknoping, daarin is de spanningsboog wat strakker gespannen en doen zich een paar verrassende ontwikkeling voor.
Van der Pol heeft een overwegend toegankelijk schrijfstijl, die bij vlagen wat achterhaald en formeel aandoet. Sommige dialogen komen daardoor enigszins onnatuurlijk over. Dat de auteur daarnaast gebruikmaakt van de namen Rutte en Poetin is leuk, maar het mist wel zijn uitwerking. Het verhaal wordt er niet geloofwaardiger of ongeloofwaardiger door. Alles bij elkaar genomen, is Het rode dossier een aangename thriller die zonder meer boeit, maar waar, onder andere op taaltechnisch gebied, wel wat op aan te merken valt.
Op een bedrijfsterrein in Utrecht wordt het lijk van Joeri, de zoon van de puissant rijke en machtige zakenman Sergei Morozov gevonden. Omdat de auto van rechercheur Gerard van Dongen op camerabeelden is vastgelegd, wordt hij verdacht van de moord. Hij weet zelf dat hij onschuldig is en om dat te bewijzen gaat hij op onderzoek uit. Hij vermoedt dat een politie-inval die in 2005 plaatsvond een bepalende rol heeft. Als zijn vriendin Maaike plotseling verdwijnt, wordt het voor hem ook nog persoonlijk. Met behulp van enkele collega’s boekt hij langzaam vooruitgang en komt hij uiteindelijk tot een schokkende ontdekking.
Het rode dossier begint met een proloog die zich in 2005 afspeelt en vervolgens een flashforward naar 2019 maakt. De lezer vraagt zich meteen af wat de inleiding, die ervoor zorgt dat je nieuwsgierig wordt, met de rest van het verhaal te maken heeft. Uiteraard komt daar in de loop van de plot duidelijkheid over, vooral omdat het voorval van destijds als een dun rood draadje door de verhaallijn loopt. Waar de auteur eveneens aandacht aan besteedt, is een persoonlijk drama waar rechercheur Gerard van Dongen mee te maken heeft gehad. Dit ligt alweer jaren achter hem, maar hij heeft dit nog steeds niet volledig verwerkt. Door de zaak waar hij nu aan werkt, komen flarden van die gebeurtenis meer en meer bovendrijven en wordt het duidelijker wat er toentertijd werkelijk gebeurd is.
Omdat het grootste deel van het verhaal vanuit het perspectief van Van Dongen wordt verteld, komt de lezer het meest over hem te weten. Zijn personage is dan ook redelijk goed uitgewerkt. Dat geldt minder voor de anderen, die blijven over het algemeen wat oppervlakkig. Heel erg is dat overigens niet, het enige is dat de lezer zich wat minder met hen verbonden voelt. Waar verder zo goed als niets van te merken is, is dat dit niet het eerste verhaal is waarin zowel Gerard als Frank voorkomen. Dit vierde deel van de serie kan dus uitstekend los van de andere gelezen worden. Het enige verschil is dat laatstgenoemde nu geen rechercheur meer is.
Doordat Van der Pol de lezer al aan het begin nieuwsgierig weet te maken, en hem dat laat blijven, verslapt de aandacht van diezelfde lezer geen moment. Het verhaal bevat ruim voldoende plotwendingen, waaronder een aantal verrassende. Dat heeft echter niet tot gevolg dat er uitzonderlijk veel spannende momenten zijn. Natuurlijk, er is wel een zekere spanningsboog aanwezig, maar die bestaat voornamelijk uit het nieuwsgierigheidsgevoel. Op een enkele keer na is er niet veel spanning die uit actie ontstaat. Dat geldt echter niet voor de ontknoping, daarin is de spanningsboog wat strakker gespannen en doen zich een paar verrassende ontwikkeling voor.
Van der Pol heeft een overwegend toegankelijk schrijfstijl, die bij vlagen wat achterhaald en formeel aandoet. Sommige dialogen komen daardoor enigszins onnatuurlijk over. Dat de auteur daarnaast gebruikmaakt van de namen Rutte en Poetin is leuk, maar het mist wel zijn uitwerking. Het verhaal wordt er niet geloofwaardiger of ongeloofwaardiger door. Alles bij elkaar genomen, is Het rode dossier een aangename thriller die zonder meer boeit, maar waar, onder andere op taaltechnisch gebied, wel wat op aan te merken valt.
1
Reageer op deze recensie