Goed als tussendoortje
Toen Tess Gerritsen in 1987 met schrijven begon, waren dat aanvankelijk alleen maar spannende romantische verhalen. Call after midnight, dat pas in 2010 als Dicht op de hielen in het Nederlands is vertaald, was haar debuut. In 1996 verscheen haar eerste medische thriller Hartslag en zes jaar later werd De chirurg, het eerste deel van de Rizzoli en Isles-serie, uitgegeven. De gothic roman is altijd al een van haar favoriete genres geweest en daarom vond ze het een uitdaging om een thriller in dit genre te schrijven. Dat werd de door Y.J.F.G. Klaasse-de Swart vertaalde standalone Schaduw van de nacht, dat in oktober 2019 verscheen.
Ava Collette is schrijfster van kookboeken en om aan haar nieuwe boek te werken, heeft ze Brodie’s Watch, een oud huis in een afgelegen dorpje in Maine, gehuurd. Het is echter ook een vlucht uit haar woonplaats Boston, waar iets is voorgevallen waarover ze zich schuldig voelt. Over haar nieuwe huis, waar ze zich al snel thuis voelt, gaat een verhaal rond dat de geest van kapitein Brodie er nog ronddoolt. Ava trekt zich er vooralsnog niets van aan, maar wanneer ze vreemde geluiden hoort, wil ze toch meer over Brodie’s Watch te weten komen. Dan hoort ze dat alle eerdere bewoonsters van het huis omgekomen zijn. Wacht haar eenzelfde lot?
Een veelbelovende proloog en een paar eerste hoofdstukken geven de lezer de indruk dat Schaduw van de nacht mystiek uitstraalt, dat het een thriller is in de stijl van een aantal films van Alfred Hitchcock. Al snel blijkt echter dat dit ten dele ijdele hoop is. Het geheimzinnige, vooral in de vorm van het bovennatuurlijke, blijft, maar de suspense waar de beroemde regisseur bekend om stond, behoort al binnen afzienbare tijd tot het verleden. Gerritsen weet, hoewel ze er wel een aantal pogingen toe doet, het vervolg van de plot niet bijster veel spanning mee te geven. Haar eerste gothic thriller verzandt daardoor in feite in een gewoon verhaal dat op de been gehouden wordt door de mysterieuze sfeer, die overigens zeer beeldend wordt weergegeven, en de enigszins paranormale verschijnselen.
Het verhaal wordt verteld in de ik-vorm en vanuit het perspectief van Ava. Daardoor ziet de lezer alle gebeurtenissen min of meer door haar ogen. Toch is ze niet het personage dat erg tot de verbeelding spreekt, daarvoor is ze te cliché. Ze is een schrijfster met een writer’s block, heeft persoonlijke problemen, drinkt bovenmatig veel en voelt zichzelf ook nog eens redelijk eenzaam. Allemaal elementen die in andere thrillers ook nog wel eens voorkomen, dus van originaliteit is wat dat betreft weinig sprake. De paar andere personages die belangrijk zijn voor het verhaal zijn over het algemeen nogal standaard, ze hebben op het eerste oog geen echt vervelende eigenschappen, maar ook geen bijzondere waardoor ze zich enigszins onderscheiden. Toch is er iemand die zich iets anders ontwikkelt, wat trouwens vanaf het moment dat Ava hem ontmoette te verwachten was. Naast het feit dat Schaduw van de nacht op sommige vlakken clichématig is, is het ook nog wel eens voorspelbaar.
De kenmerken van het gothic genre zijn mysterie, romantiek en horror. Een aantal daarvan heeft Gerritsen in dit verhaal verwerkt, hoewel er bij de romantiek wel wat vraagtekens gezet kunnen worden. Zonder dat de auteur in details treedt, maakt ze de lezer wel deelgenoot van enkele onvervalste SM-scènes. Waarbij ze een aantal handelingen die zich tijdens Ava’s heimelijke ontmoetingen met de geest van kapitein Brodie voordoet volledig aan de verbeelding van de lezer overlaat.
Het gothic uitstapje dat Gerritsen met Schaduw van de nacht gemaakt heeft, is misschien eenmalig, misschien ook niet. Het is in ieder geval een prettig leesbaar boek dat als tussendoortje voor enkele vermakelijke uurtjes kan zorgen.
Reageer op deze recensie