Mitchell en Solliday verdienen een vervolg
In tegenstelling tot veel andere auteurs heeft Karen Rose als kind nooit de wens gehad om te gaan schrijven. Ze is al eind twintig als een bepaalde scène in haar hoofd blijft rondspoken. Ze besloot daar meer mee te gaan doen en begon met het schrijven van verhalen. Toch duurde het nog een aantal jaar voordat in 2003 Don’t tell me verscheen. Dit thrillerdebuut werd vijf jaar later onder de titel Sterf voor mij in het Nederlands vertaald. Tel tot tien is alweer haar eenentwintigste thriller die in Nederland en Vlaanderen is uitgebracht.
In Chicago vindt een heftige woningbrand plaats waarbij een dodelijk slachtoffer is gevallen. Omdat de brandweer heeft geconstateerd dat het om moord gaat, wordt de afdeling moordzaken van de politie ingeschakeld. Rechercheur Mia Mitchell wordt belast met het onderzoek en krijgt als partner OFI-inspecteur Reed Solliday toegewezen. Er volgen meer branden en slachtoffers en het wordt eveneens duidelijk dat de brandstichter handelt uit wraak. De politie doet er alles aan om erger te voorkomen, maar de dader lijkt hen steeds een stap voor te zijn. Kan hij zijn gang blijven gaan of wordt hij toch overmeesterd?
Net als vier van haar voorgaande thrillers speelt Tel tot tien zich ook in Chicago af. De namen van enkele personages zullen de Rose-fan bekend voorkomen, maar de twee belangrijkste, Mitchell en Solliday, zijn voor iedereen nieuw. Het grootste deel van het verhaal wordt dan ook vanuit hun perspectief verteld, maar er is eveneens een aanzienlijke rol voor de brandstichter weggelegd. De lezer leert hen alle drie vrij goed kennen, hoewel je van laatstgenoemde pas in een laat stadium meer te weten komt. Over zijn achtergrond kan niet eerder iets worden prijsgegeven, omdat dat funest is voor de plot. Het is dus een bewuste keuze van de auteur om voor deze opzet te kiezen.
Het verhaal speelt zich in een kleine twee weken af, hetgeen de snelheid ten goede komt. In die korte tijdspanne gebeurt er vrij veel en is de druk op de politie om de zaak snel op te lossen gigantisch. Dit zorgt ervoor dat het spanningsveld behoorlijk is, maar ook dat de lezer zich in de frustraties van Mia en Reed kan inleven, daardoor met hen meeleeft en vooral hoopt dat het hen lukt de dader op korte termijn te ontmaskeren. Hoewel de lezer al na tweehonderd pagina’s een sterk vermoeden heeft wie de dader is, iets dat op drie vijfde van het boek bevestigd wordt, blijf je tot praktisch het eind wel nieuwsgierig naar zijn werkelijke beweegreden, waardoor de spanningsboog nog steeds strak gespannen staat.
Rose staat bekend om een flinke dosis romantiek in haar thrillers, ze wordt immers niet voor niets de koningin van de romantische spanning genoemd. Ook Tel tot tien bevat uiteraard passages met romantische onderonsjes, want vanaf hun allereerste, maar wel stroeve kennismaking weet je al dat Mia en Reed zich tot elkaar aangetrokken voelen en dat er een romance ontstaat. Het is echter heel gedoseerd en staat het eigenlijke doel, het vinden van de brandstichter en moordenaar, nergens in de weg. Daarnaast is hun onderlinge interactie boeiend en niet altijd even fijnzinnig, en dat maakt hen beiden juist zo interessant en ze hebben tevens kunnen uitgroeien tot twee sterke personages.
Als verhaal vormt het door Hans Verbeek vertaalde Tel tot tien een afgerond geheel en de deur staat aan het eind ook niet op een kier, hoewel het niemand moet verbazen als Mitchell en Solliday op een gegeven moment opnieuw ten tonele zullen verschijnen. Dat verdienen zij, maar de lezer ook. Vooral omdat hun gezamenlijke debuut het verdient om een vervolg te krijgen.
Reageer op deze recensie