De kracht van geluid
Geluid speelt een urgente rol in het literaire debuut Na de regen van Eva de Groote. Het verhaal gaat over de 29-jarige geluidsontwerper Siri, wiens leven in de knoop raakt als ze een nieuwe klus moet voltooien voor de knappe regisseur Ferre. Ze vlucht naar Vera Marek in Frankrijk, een vriendin van haar overleden moeder, en wordt daar geconfronteerd met haar geheimzinnige verleden. Het is een toegankelijk geschreven verhaal met mooi taalgebruik en fascinerende personages, maar het verhaal lijkt eerder langzaam te verwelken dan op te bloeien.
Dit boek voelt als een ‘kleine trip’ met al haar prachtige bestemmingen: hoofdpersonages reizen op en neer tussen een idyllische plek in Frankrijk en Brussel. Brussel is het terrein van de jonge geluidsontwerper Siri, Frankrijk het toevluchtsoord van de oudere Vera, haar dochter Nur en vriend Jacques. Dat de levens van Siri en Vera met elkaar verbonden zijn, is niet meteen duidelijk. Het is haast frustrerend dat het ene hoofdstuk alleen over Siri gaat en het andere over Vera, terwijl je geen idee hebt waarom er vanuit een of andere Vera wordt verteld. De introductie laat duidelijk op zich wachten, maar dan heb je ook wat: de hoofdpersonages zijn interessante figuren die allemaal unieke eigenschappen krijgen toegedicht. Toch is het lastig om je in te leven in Siri, die overkomt als een stoïcijnse, sociaal ongemakkelijke vrouw. Als haar grote geheim uitkomt, blijkt dat ze bovenal één brok egoïsme is. Nee, empathie spaart men liever voor Vera, die te karakteriseren is als een ‘schat van een vrouw’, of de zwijgzame Jacques, die leeft op Vera’s landgoed. Het aantal bijfiguren blijft beperkt tot de regisseur Ferre, die een korte amourette met Siri beleeft en de oudere, gescheiden en extreem jolige Marcel, die toevalligerwijs op het landgoed van Vera belandt. De Groote ontkomt niet aan een aantal stereotiepe verhaallijnen. Dat is niet het grootste punt van kritiek: het verhaal heeft – op de herinneringen van Siri en Vera na – niet veel om het lijf.
Gelukkig maar dat De Groote zo ontzettend goed schrijft; haar taal is ‘zwierig’ en zinnen springen eruit door de prachtige woorden waarmee ze gevormd zijn. De zinnen zijn niet alleen beeldend, de gesprekken en geluiden ruisen nog lang na in je oren, omdat ze zo levensecht worden beschreven:
"Een man spuwt zijn ziel uit zijn lijf en laat een schuimig plasje achter bij een parkeermeter."
Het verhaal bestaat meer uit zulke beschrijvingen en ellenlange gedetailleerde omschrijvingen van (zelfs de kleinste) handelingen, dan uit concrete gebeurtenissen. Dit verveelt nooit, het is eerder een rijke aanvulling op het verhaal. Een verhaal met een wel heel abrupt, open einde, dat haast doet vermoeden dat De Groote het leven van Siri, Vera en Nur met geen enkele alinea meer wist te verlengen. En laten we eerlijk zijn: dat had zeker niet gehoeven. Het boek is een zeer waardig debuut en de schrijfstijl doet verlangen naar meer, maar hopelijk plant De Groote de volgende keer haar schrijfveer in de inkt voor een verhaal met meer ‘body’.
Reageer op deze recensie