Getuigenissen van vluchtelingen
De terreur van IS in Syrië of van Al-Shabaab in Somalië treft gewone lui. De vluchtelingen die hun leven wagen door de Sahara of over de Middellandse Zee, zijn gewone mensen, op zoek naar een beter leven. Die mensen wil conflictjournalist Rudi Vranckx een gezicht en een stem geven in zijn tv-reportages, en nu ook in een journalistieke strip met beklijvende getuigenissen.
Drie jaar geleden al werkten de Leuvense VRT-buitenlandreporter Rudi Vranckx en de Limburgse jeugdboekenillustrator Caryl Strzelecki samen: De Gierenclub was een bundeling van anekdotes die het hachelijke werk van oorlogsjournalisten (Vranckx documenteert vooral de bloedige gevolgen van de Arabische Lente) aanschouwelijk maakten. Meer dan eens ontsnappen de ‘gieren’ die rond de oorlog zwermen – en ook Vranckx – aan de dood. In dat boek nam Vranckx de lezer mee achter de schermen van zijn werk, maar kwamen de gruwel en de waanzin van het geweld en hun meedogenloze weerslag op het leven van gewone burgers prominent naar voren.
In die zin is Verloren een voortzetting van deze werkwijze: ook hier krijgt de lezer in fragmenten, verspreid over tijd en ruimte, te zien hoe terreur en armoede inhakken op gewone mensen. Vranckx staat in dit boek niet meer stil bij zijn eigen moeilijke werkomstandigheden, maar de ontzetting is vaak genoeg af te lezen op zijn gezicht. Bovendien aarzelt de journalist niet af en toe zijn afschuw uit te spreken in korte commentaren, onder meer over onze onverschilligheid voor de dagelijkse drama’s die zich aan de poort van Europa afspelen.
Een scheepsdrama voor Lampedusa omstreeks de publicatie van hun vorige boek was voor Vranckx de aanleiding op zoek te gaan naar de motivatie en verhalen van vluchtelingen die na een gevaarlijke tocht door de Sahara ook nog eens de verdrinkingsdood riskeren. Tweeënhalf jaar geleden zond hij op de Vlaamse televisie de reeks ‘Vranckx in Niemandsland’ uit, waarin hij van oost naar west de Sahara doorkruiste, van Mogadishu tot Timboektoe, in door islamitische terreur geteisterde landen. ‘Een van mijn moeilijkste tochten ooit’, zo noemde hij zijn reis: fysiek én psychisch.
Verloren is de verstripte versie van enkele van die emotioneel zware getuigenissen uit de tv-serie. Hij bezoekt in Somalië vluchtelingen in een kerkruïne (een man die halfblind geslagen werd door islamisten omdat hij rookte, een vader die de ware islam er een van vrijheid en verdraagzaamheid noemt), een hoogopgeleide werkloze die naar Europa wil, een psychiatrische kliniek die naam nauwelijks waardig, een moeder die gechanteerd door mensensmokkelaars haar huis verkocht. In Libië bezoekt hij opgesloten en wanhopige vluchtelingen. Na een kort intermezzo met een uit Syrië gevlucht jong Koerdisch gezin (dat tussen deze Afrikaanse verhalen wat vreemd staat, al gaat het hier ook om geluk-zoekers) besluit Vranckx zijn getuigenissen met de letterlijk (met zwarte achtergronden rond de kaders) donkerste pagina’s van het boek: in Niger ontmoet hij de 14-jarige Chappa, die haar zussen en moeder verloor in de Sahara. Van een groep van 90 vrouwen en kinderen, in de steek gelaten door de smokkelaars die hen vervoerden, was zij de enige overlevende. Omdat zij het graf van haar moeder wil zien, reconstrueert Vranckx met haar hun noodlottige tocht door de woestijn. Elders in het boek krijg je vooral pratende hoofden, maar hier laten de auteurs de stilte en het decor hun aangrijpende werk doen.
Ook in de journalistieke strips van bijvoorbeeld Joe Sacco (in Joegoslavië of Palestina) komen veelvuldig getuigen aan het woord, maar Sacco tóónt vaker wat die vertellen. Show, don’t tell is een hoofdregel in de literatuur (zéker bij beeldverhalen) die Vranckx en Strzelecki hier wat uit het oog verloren. De tekeningen van Strzelecki zijn niet perfect of consistent (Vranckx zelf ziet er op de tekeningen nauwelijks twee keer hetzelfde uit), maar dat hindert de boodschap niet. Die vooral jongeren kan aanspreken, afgaande op de toon en eenvoudige stijl van dit boek.
Reageer op deze recensie