Hilarisch verhaal smaakt naar meer
Als je het als opvoeder echt niet meer weet, roep je de hulp in van iemand met bijzondere krachten. Dat deed de vader van Kareltje Jonas in Ze lopen gewoon met me mee (Margaret Mahy en Steven Kellogg, Lemniscaat) toen zijn zoon alsmaar meer nijlpaarden achter zich aan kreeg. De heks Nel Paardweg stond gewoon in het telefoonboek. En de ‘Toverboom’ was te vinden in de Gouden Gids onder Hulp aan Bange Mannetjes (Bang Mannetje, Mathilde Stein en Mies van Hout, Lemniscaat).
En als zelfs sergeant-majoor buiten dienst mejuffrouw Van Rompelen de tweeling Quinten en Annabel niet onder de knie blijkt te kunnen krijgen, zit er voor de wanhopige ouders niets anders meer op dan de Kindertemmer te bellen. De kinderen hadden het dan ook wel heel erg bont gemaakt; luisteren deden ze al lang niet meer, maar het kattenkwaad dat ze uithaalden nam wel erg grote proporties aan: het bad over laten lopen, moeders mobieltje in het aquarium gooien, ballen door de ramen trappen. En het ergste was wel dat ze hun ouders niet meer papa en mama noemden, maar Dinges 1 en Dinges 2. En dat terwijl de kinderen zo gewenst waren, de ouders zo hun best deden om het ze naar de zin te maken en ervoor zorgden dat ze niets tekortkwamen. De grens was bereikt en ten einde raad belt papa Kees de Kindertemmer. En die maakt zijn naam natuurlijk helemaal waar en hij zorgt ervoor dat de kinderen tot inzicht komen en zich weer als ‘gewone’ kinderen gaan gedragen, meestal aardig voor hun vader en moeder en soms en beetje vervelend.
Dit lijkt een moralistisch verhaal, maar het lukt Jacques Vriens om vooral ouders een spiegel voor te houden: romantische beelden van lieve, zoete kindjes, verwennerijen met cola, chips, grote televisies en spelcomputers. Het is alsof papa Kees en mama Janny in dienst zijn van hun kinderen, in plaats van opvoeders en liefhebbende ouders. Het vrolijkste plaatje staat dan ook achterin, waar de optocht van de hele familie, uitgedost als heksen, draken en spoken door het bos wandelt. Dat is pas samen plezier hebben.
De tekeningen van Kees de Boer passen perfect bij dit hilarische verhaal. Kinderen die de boeken van Agent en Boef kennen zullen zijn stijl zeker herkennen. Papa Kees lijkt verdacht veel op Agent en mama lijkt op de juf, terwijl Quinten dezelfde trekjes heeft als Boef. Kinderboekenschrijver Jacques Vriens behoeft nauwelijks introductie. Al vele jaren schrijft deze voormalige schoolmeester kinderboeken voor een breed publiek: schoolverhalen, historische verhalen, sprookjes, heerlijke boeken over ondeugende kinderen. Hij won er menig Kinderjury-prijs mee. Verschillende van zijn boeken werden verfilmd. Prentenboeken voor jongere kinderen schreef hij niet veel, maar dit prentenboek smaakt absoluut naar meer.
Momenteel reist Jacques Vriens samen met muzikante Frederike de Winter rond met een theatervoorstelling van De Kindertemmer.
Reageer op deze recensie