Doris bedenkt waarom het zandmannetje die nacht nog niet bij hem is geweest.
Slapeloze nacht
Misschien ken je ook wel van die nachten. Het lukt je maar niet om in slaap te vallen.
Doris heeft daar ook last van. Doris ligt fijn in bed. Maar hij heeft een probleem! Hij blijft klaarwakker. Waar blijft het zandmannetje? Het zandmannetje is een klein kaboutertje: ‘Elke avond gaat hij van huis tot huis met een zakje droomzand. Waar hij zijn korrels strooit, valt iedereen in een zalige, diepe slaap’.
Waarom zou het zandmannetje deze avond nog niet geweest zijn, vraagt Doris zich af. Hij begint te fantaseren. Misschien is het droomzand van het zandmannetje op. Als dat zo is, moet hij naar de Droomwoestijn. Daar wordt het zand aan alle zandmannen verkocht. En als het zandmannetje in de woestijn is, dan maakt hij misschien wel een praatje over de problemen die slechte dromen veroorzaken.
Doris fantaseert verder. Misschien is de zandman wel met zijn vliegcape aan een cactus blijven haken. Als zijn cape is gescheurd, kan hij natuurlijk niet meer vliegen. Oh, wat een problemen kan het zandmannetje tegen zijn gekomen! Als het zandmannetje inderdaad een scheur in zijn cape heeft, dan moet hij naar zijn oma gebracht worden. Zij kan als de beste een kleurig lapje op zijn cape naaien, zodat hij weer verder kan vliegen. Het laatste probleem dat de zandman tegen zou kunnen komen, is de kat van Doris, Mats. Misschien probeert die het zandmannetje te vangen. Zou het het zandmannetje ondanks de mogelijke problemen lukken om zand in de ogen van Doris te strooien?
‘Zandmannetje, waar blijf je?’ is een boek vol fantasie. Doris bedenkt allerlei redenen waarom het zandmannetje nog niet langs is geweest. De fantasie van Doris is goed bedacht, opgeschreven en getekend door Thaïs Vanderheyden. Er gaat een hele wereld schuil achter het zandmannetje. Het is grappig om te lezen hoe hij aan zijn droomzand komt. In de tekst is steeds het woord ‘zandman’ of ‘zandmannetje dik gedrukt. Zo weet je dat hij een belangrijke rol heeft in het verhaal.
De tekeningen van Thaïs Vanderheyden zijn kleurrijk. Er zijn veel ronde vormen gebruikt en de kleuren zijn helder. Door de tekeningen leer je veel over de wereld en vooral over de woestijn waar het zandmannetje volgens Doris zijn zand vandaan haalt. In de woestijn zijn slangen verstopt, er leven hagedissen en er groeien cactussen met prikkende stekels. De tekeningen bevatten veel kleine en grappige details die het boek extra leuk maken. Een voorbeeld zijn de muts en een sjaal die de rups en het lieveheersbeestje dragen. Want welk insect draagt er nu een muts of een sjaal? Ook kom je er door de illustraties achter dat het zandmannetje net zo groot is als de muis Vic die bij Doris in huis woont.
Ingrid vd H.
Vond je dit boek leuk? Lees dan ook ‘Bedtijd voor beer’ van Bonny Becker.
Reageer op deze recensie