Speels en fris
Joke van Leeuwen (1952) is een veelzijdige auteur en illustrator. Ze schrijft romans, poëzie en kinderboeken. Haar werk is al vele malen bekroond met literaire prijzen. Mijn levens als mens is haar nieuwste roman, waarin een jonge vrouw na haar dood terugkijkt op haar leven.
"Gisteren ben ik doodgegaan, onverwacht en banaal, met mijn hoofd op een harde tegelvloer die een optische illusie vormt van kubussen."
Na deze intrigerende openingszin ontsnapt de ziel van Dinka, de hoofdpersoon, uit haar lichaam en betreedt ze een merkwaardig hiernamaals. Vervolgens kiest Van Leeuwen er echter voor om terug te cirkelen naar de geboorte van Dinka en het verhaal zich vanaf daar te laten ontvouwen. Weliswaar krijgt de lezer sporadisch updates over hoe het de zojuist overledene vergaat in het vreemde na-leven; vanaf dat moment verloopt het verhaal over haar leven grotendeels chronologisch. De verwachtingen gewekt door het bijzondere begin worden door deze plotseling omschakeling naar een conventionele structuur tenietgedaan. Sterker nog, de openingszin lijkt hierdoor enigszins een kunstgreep om de lezer te verlokken, want deze terugblik op een leven is niet wezenlijk anders dan als de auteur simpelweg bij het begin begonnen was in plaats van bij het ogenschijnlijke einde.
Gelukkig bevat de roman genoeg andere onalledaagse elementen – qua inhoud én vorm – waardoor het zijn typische Van Leeuwen-kleur behoudt. Zoals het doodgeboren tweelingzusje met wie Dinka in het hiernamaals mee herenigd wordt, nadat haar afwezigheid een enorm stempel op het leven van Dinka heeft gedrukt. De manier waarop de ouders van Dinka met de dood van haar zusje omgaan wordt treffend en aangrijpend beschreven. De jaloezie die Dinka voelt bij de wijze waarop haar andere helft (letterlijk, want ze waren met elkaar vergroeid) wordt vereerd is begrijpelijk en beklemmend omdat ze nergens heen kan met dat eigenaardige gevoel.
“‘Het was mijn leven,’ zeg ik, ‘niet het jouwe. En als jij levend was gebleven, was mijn leven anders geweest. Nu was je er door er niet te zijn.’”
Een ander origineel onderdeel van het boek zijn de mooie taalvondsten, kenmerkend voor Van Leeuwen. Ze gebruikt haar zelfverzonnen termen altijd om doodgewone dingen dichterbij te brengen. Van het gangbare, niet helemaal bevredigende ‘borrelende darmen’ maakt ze bijvoorbeeld “het broebelen van haar darmen”, waarmee ze het geluid en gevoel perfect in woorden weet te vangen. Het zijn dit soort kleine aanpassingen waardoor je als lezer weet dat je een Van Leeuwen leest. Ook voegen de speelse taaluitvindingen een bepaalde lichtheid toe aan een niet bijster vrolijke roman.
Het hart van de roman wordt gevormd door de relatie tussen Dinka en Mier. De twee zijn vanaf jonge leeftijd met elkaar verbonden. Van Leeuwen geeft het seksuele geëxperimenteer van de twee meisjes heel teder weer – meer dan wat kinderlijk gefriemel is het niet in het begin. Het is bepaald geen sprookjesromantiek, mede doordat Mier tot haar vijfde mishandeld werd, waarna ze in een kindertehuis terechtkomt. Tel daarbij het tamelijk ellendige huwelijk van de ouders van Dinka op en je hebt twee jonge vrouwen die soms niet zo goed weten hoe ze liefde moeten geven of ontvangen. Toch is hun samenzijn een lichtpuntje in het bestaan van beiden en de duurzame basis waarop de roman rust. Wat betekent de dood van Dinka immers als ze geen leegte achterlaat in het leven van anderen?
Mijn levens als mens beroert zware thematiek met een lichte kwast. Hoogstaande literatuur is het niet, maar dat geeft niet, want wat overblijft is een aangename roman met een frisse, aparte schrijfstijl.
Reageer op deze recensie