Lezersrecensie
Je wordt voortdurend op het verkeerde been gezet
Schaakmat gaat over de Britse upperclass jongensgymnasium St. Oswald. Het boek speelt zich zo rond eind jaren 1990, begin jaren 2000 af. Er zijn veel veranderingen in de school, waaronder nieuwe media. Roy Straitley, de leraar Latijn, is bijna aan zijn pensioen toe. Hij wil het liefst alles bij het oude laten en ziet de veranderingen met lede ogen aan. Hij is wat excentriek, maar gaat voor zijn jongens, zoals hij zijn klas noemt, door het vuur. Zijn verhaallijn is geschreven vanuit de eerste persoon.
De andere verhaallijn die je volgt is die van het kind van klusjesman Snyde. De voornaam van het kind kom je lange tijd niet te weten. Samen met zijn alleenstaande vader woont hij in het poorthuis. Zijn vader koopt vooral krasloten en is nogal eens dronken. Ook het onderhoud van St. Oswald wordt nauwelijks uitgevoerd, gezien de achterstallige staat ervan. Toch zijn er leraren die op Snyde gesteld zijn en mag hij blijven.
Voor zijn kind, van wie we ook lezen in de eerste persoon, is St. Oswald een onbereikbaar ideaal. Hij moet, gezien zijn adres, naar Sunnybank Park, een school die het tegenovergestelde is van St. Oswald, met veel tuig en gewelddadigheid. Hij wil daar absoluut niet heen en is daar een buitenbeentje. Hoewel St. Oswald omgeven is door een groot hek en er een bord met “verboden toegang zonder toestemming” staat, besluit het kind van Snyde op een dag toch die grens over te gaan. Het begint met enkele passen op voor hem verboden gebied en gaat dan steeds een stapje verder. Uiteindelijk weet hij aan een schooluniform te komen, volgt hij stiekem lessen en sluit hij vriendschap met één van de jongens.
Roy Straitley merkt intussen dat iemand steeds moorddadigere grappen uithaalt op de school. Als lezer vraag je je samen met hem af wie dat doet. Soms heb je een vermoeden, maar dan blijkt deze persoon slechts een slachtoffer te zijn. Als lezer denk je te weten dat het kind van Snyde achter dit alles zit, maar ook daar ga je aan twijfelen.
Uiteindelijk komen alle puzzelstukjes bij elkaar en wordt je omver geblazen door een plot dat meesterlijk in elkaar zit. Het is een boek waar je echt je hoofd bij moet houden, omdat er zoveel in gebeurt en eigenlijk zou je het twee keer achter elkaar moeten lezen om alles te begrijpen.
In het boek volg je dus twee hoofdpersonen, Roy Straitley en het kind van Snyde. Beide verhaallijnen zijn vanuit de ik-persoon geschreven. Dat maakt het soms lastig te volgen wie er aan het woord is. De auteur wisselt ook tussen heden en verleden, wat niet goed is aangegeven. Ook dat maakt dit boek lastig om te lezen. Dat het kind van Snyde verschillende aliassen gebruikt en bij anderen met die verschillende namen bekend staat, doet daar nog een schepje bij.
Het boek ademt echt de sfeer van een instituut dat al generaties lang meegaat. Je hoort en ruikt bijna de jongens die daar les hebben en de oude, soms muffige klaslokalen. Het is een chique school waarbij leerlingen met de achternaam worden aangesproken, ook onderling.
De titel Schaakmat slaat op het spel dat gespeeld wordt tussen de school en degene die de grappen uithaalt. Het boek is onderverdeeld in meerdere delen, die allemaal vernoemd zijn naar een schaakstuk. Wat dat betreffende schaakstuk mag in het schaakspel, heeft ook te maken met het gedeelte uit het boek. In het Engels is er verschillende keren een woordspeling tussen de naam van een schaakstuk en die van een docent op St. Oswald. Zo heet één van de leraren Bishop, en dat is de Engelse benaming voor het schaakstuk Loper.
Op de cover staat een kind in schooluniform. Het past bij de inhoud van het boek, omdat door de kleurcompositie de cover iets mysterieus uitstraalt. Ook weet je niet wie dit kind is, net zoals ze op St. Oswald niet weten wie de geheimzinnige insider is.
Dit is het eerste deel van een trilogie over St. Oswald. De andere delen zijn Blauwe ogen en Een klasse apart.
De andere verhaallijn die je volgt is die van het kind van klusjesman Snyde. De voornaam van het kind kom je lange tijd niet te weten. Samen met zijn alleenstaande vader woont hij in het poorthuis. Zijn vader koopt vooral krasloten en is nogal eens dronken. Ook het onderhoud van St. Oswald wordt nauwelijks uitgevoerd, gezien de achterstallige staat ervan. Toch zijn er leraren die op Snyde gesteld zijn en mag hij blijven.
Voor zijn kind, van wie we ook lezen in de eerste persoon, is St. Oswald een onbereikbaar ideaal. Hij moet, gezien zijn adres, naar Sunnybank Park, een school die het tegenovergestelde is van St. Oswald, met veel tuig en gewelddadigheid. Hij wil daar absoluut niet heen en is daar een buitenbeentje. Hoewel St. Oswald omgeven is door een groot hek en er een bord met “verboden toegang zonder toestemming” staat, besluit het kind van Snyde op een dag toch die grens over te gaan. Het begint met enkele passen op voor hem verboden gebied en gaat dan steeds een stapje verder. Uiteindelijk weet hij aan een schooluniform te komen, volgt hij stiekem lessen en sluit hij vriendschap met één van de jongens.
Roy Straitley merkt intussen dat iemand steeds moorddadigere grappen uithaalt op de school. Als lezer vraag je je samen met hem af wie dat doet. Soms heb je een vermoeden, maar dan blijkt deze persoon slechts een slachtoffer te zijn. Als lezer denk je te weten dat het kind van Snyde achter dit alles zit, maar ook daar ga je aan twijfelen.
Uiteindelijk komen alle puzzelstukjes bij elkaar en wordt je omver geblazen door een plot dat meesterlijk in elkaar zit. Het is een boek waar je echt je hoofd bij moet houden, omdat er zoveel in gebeurt en eigenlijk zou je het twee keer achter elkaar moeten lezen om alles te begrijpen.
In het boek volg je dus twee hoofdpersonen, Roy Straitley en het kind van Snyde. Beide verhaallijnen zijn vanuit de ik-persoon geschreven. Dat maakt het soms lastig te volgen wie er aan het woord is. De auteur wisselt ook tussen heden en verleden, wat niet goed is aangegeven. Ook dat maakt dit boek lastig om te lezen. Dat het kind van Snyde verschillende aliassen gebruikt en bij anderen met die verschillende namen bekend staat, doet daar nog een schepje bij.
Het boek ademt echt de sfeer van een instituut dat al generaties lang meegaat. Je hoort en ruikt bijna de jongens die daar les hebben en de oude, soms muffige klaslokalen. Het is een chique school waarbij leerlingen met de achternaam worden aangesproken, ook onderling.
De titel Schaakmat slaat op het spel dat gespeeld wordt tussen de school en degene die de grappen uithaalt. Het boek is onderverdeeld in meerdere delen, die allemaal vernoemd zijn naar een schaakstuk. Wat dat betreffende schaakstuk mag in het schaakspel, heeft ook te maken met het gedeelte uit het boek. In het Engels is er verschillende keren een woordspeling tussen de naam van een schaakstuk en die van een docent op St. Oswald. Zo heet één van de leraren Bishop, en dat is de Engelse benaming voor het schaakstuk Loper.
Op de cover staat een kind in schooluniform. Het past bij de inhoud van het boek, omdat door de kleurcompositie de cover iets mysterieus uitstraalt. Ook weet je niet wie dit kind is, net zoals ze op St. Oswald niet weten wie de geheimzinnige insider is.
Dit is het eerste deel van een trilogie over St. Oswald. De andere delen zijn Blauwe ogen en Een klasse apart.
1
Reageer op deze recensie