Lezersrecensie
Eigenwijs prentenboek over de baas zijn
Morgen ben ik de baas
Je hoeft maar naar de omslag te kijken, om te weten dat Beer en Wezel boos op elkaar zijn. Ze hebben duidelijk een meningsverschil over een onderwerp dat menig ouders bekend voor zal komen. Wie mag beslissen? Wie mag er spelen? En wie bepaalt eigenlijk wat er gespeeld gaat worden?
Als Wezel thuiskomt, is Beer aan het spelen. Met Das.
‘Das is mijn vriend!’ roept Wezel. ‘Je mag niet zomaar met hem spelen!’
‘Das is niet van jou, hoor’ zegt Beer.
‘Jij kan morgen weer met hem spelen.’
Maar daar denkt Wezel heel anders over.
Beer en Wezel zijn beste vrienden. Meestal tenminste, maar ook in een goede vriendschap gaat er wel eens wat mis. Ontstonden er in het eerste deel nog problemen over de eerlijke verdeling van voedsel tussen de twee lieftallige bosbewoners, nu zorgt het bezoek van de das voor jaloezie en rivaliteit.
De drie willen eigenlijk samen spelen, maar zowel de beer als de wezel willen beslissen. Ze maken ruzie terwijl de arme das toekijkt en niet weet wat hij moet doen. Zijn suggesties blijven ongehoord. Het nogal eenzijdige plan van Wezel om vader en moedertje te spelen, waarbij de beer het kind is en nu naar bed moet terwijl de volwassenen verder spelen, wordt door hem niet goed ontvangen. Oké, hij wil wel kind zijn, maar hij dreigt dat het kind dan wel heel boos is en dat hij er een grote bende van gaat maken.
Mühle laat ze allebei lawaai maken en klagen op zijn tekeningen terwijl Das op hen wacht. Er is veel om naar te kijken in elke grappige, luchtige illustratie. Zelfs voetbal, memory doen, of verstoppertje zorgen niet voor een compromis, totdat beiden rug aan rug tegenover elkaar staan te midden van een geweldige berg speelgoed.
De das besluit slim dat hij nu toch echt naar huis moet. Het verhaal eindigt met een leuke verrassing die je na laat denken over het verhaal.
De illustraties zijn zacht en natuurlijk van kleur. Het vergroot de emotie van de hoofdrolspelers, waardoor je als lezer helemaal met het verhaal mee kunt denken en er tegelijkertijd ook de humor van inziet.
De speelse tekst, in handgeschreven letters, past in de resterende witruimte en geeft het dialogische geschil weer. Op sommige pagina's worden verschillende letterdiktes gebruikt om onderscheid te maken in emotie. De zinnen zijn eenvoudig en pakkend, waardoor het boek vanwege het thema zowel geschikt is om voor te lezen als om zelf te lezen.
Leuk boek om te gebruiken op school of naschoolse opvang. Je kunt eenvoudigweg onderwerpen toe te voegen, vragen stellen en een gesprek met een kind voeren over vriendschap en de betekenis daarvan. Het is niet altijd makkelijk voor kinderen om de groepsdynamiek aan te voelen. En dat is precies waar Mühle het met een knipoog over heeft. Eigenlijk had het een leuke middag kunnen worden.
Je hoeft maar naar de omslag te kijken, om te weten dat Beer en Wezel boos op elkaar zijn. Ze hebben duidelijk een meningsverschil over een onderwerp dat menig ouders bekend voor zal komen. Wie mag beslissen? Wie mag er spelen? En wie bepaalt eigenlijk wat er gespeeld gaat worden?
Als Wezel thuiskomt, is Beer aan het spelen. Met Das.
‘Das is mijn vriend!’ roept Wezel. ‘Je mag niet zomaar met hem spelen!’
‘Das is niet van jou, hoor’ zegt Beer.
‘Jij kan morgen weer met hem spelen.’
Maar daar denkt Wezel heel anders over.
Beer en Wezel zijn beste vrienden. Meestal tenminste, maar ook in een goede vriendschap gaat er wel eens wat mis. Ontstonden er in het eerste deel nog problemen over de eerlijke verdeling van voedsel tussen de twee lieftallige bosbewoners, nu zorgt het bezoek van de das voor jaloezie en rivaliteit.
De drie willen eigenlijk samen spelen, maar zowel de beer als de wezel willen beslissen. Ze maken ruzie terwijl de arme das toekijkt en niet weet wat hij moet doen. Zijn suggesties blijven ongehoord. Het nogal eenzijdige plan van Wezel om vader en moedertje te spelen, waarbij de beer het kind is en nu naar bed moet terwijl de volwassenen verder spelen, wordt door hem niet goed ontvangen. Oké, hij wil wel kind zijn, maar hij dreigt dat het kind dan wel heel boos is en dat hij er een grote bende van gaat maken.
Mühle laat ze allebei lawaai maken en klagen op zijn tekeningen terwijl Das op hen wacht. Er is veel om naar te kijken in elke grappige, luchtige illustratie. Zelfs voetbal, memory doen, of verstoppertje zorgen niet voor een compromis, totdat beiden rug aan rug tegenover elkaar staan te midden van een geweldige berg speelgoed.
De das besluit slim dat hij nu toch echt naar huis moet. Het verhaal eindigt met een leuke verrassing die je na laat denken over het verhaal.
De illustraties zijn zacht en natuurlijk van kleur. Het vergroot de emotie van de hoofdrolspelers, waardoor je als lezer helemaal met het verhaal mee kunt denken en er tegelijkertijd ook de humor van inziet.
De speelse tekst, in handgeschreven letters, past in de resterende witruimte en geeft het dialogische geschil weer. Op sommige pagina's worden verschillende letterdiktes gebruikt om onderscheid te maken in emotie. De zinnen zijn eenvoudig en pakkend, waardoor het boek vanwege het thema zowel geschikt is om voor te lezen als om zelf te lezen.
Leuk boek om te gebruiken op school of naschoolse opvang. Je kunt eenvoudigweg onderwerpen toe te voegen, vragen stellen en een gesprek met een kind voeren over vriendschap en de betekenis daarvan. Het is niet altijd makkelijk voor kinderen om de groepsdynamiek aan te voelen. En dat is precies waar Mühle het met een knipoog over heeft. Eigenlijk had het een leuke middag kunnen worden.
1
Reageer op deze recensie