Van kakker naar kotter

Boye Visser aka De Koning is de ik-persoon in dit “ coming of age “-verhaal. Anne-Gine Goemans wisselt hoofdstukken in de tegenwoordige tijd (althans pre-corona) af met sommige die in de 19e eeuw en in 20e eeuw afspelen bij Boyes betovergrootmoeder Nanna de Jong, overgrootmoeder Famke, grootmoeder Wiep en moeder Reina. Er zijn enkele grote rampen gebeurd. De dominee in Nanna’s tijdvak was allesbehalve integer, en in de huidige tijd speelt diens nazaat aannemer Overdijk de dorpsmecenas. Boye is een verwend kakkertje, dat zich grote rijkdommen laat aanleunen in het Bloemendaals milieu. Hij heeft heel veel vriendjes. Er volgt een compleet demasqué, wanneer blijkt, dat zijn vader Erik de Koning zich verrijkt heeft met grootscheeps bedrog van dorpsgenoten door zijn innemende persoonlijkheid in combinatie met een banaal piramidespel, valsheid in geschrifte en beleggingsfraude.
De FIOD doet een inval in de gezinsvilla, vader krijgt 4 jaar detentie en een boete van 17 miljoen euro aan zijn broek. Het gezin met hond Klaas wordt geheel uitgekakt door Bloemendaals “finest”, en vlucht naar het Friese dorp Wondermond. Daar verleent oma Wiep onderdak. Zekere Anne Blaauw vervult nolens volens de vaderrol voor Boye. Boye wordt in Wondermond volwassen. Als een echte kameleon wordt hij een echte, grote Fries. Hij verliest zijn maagdelijkheid, vindt aansluiting bij collega’s in de losploeg in het ruim van een kotter. Juist op het moment dat moeder Reina zich hervindt met de oprichting van een lucratieve parenclub in de familieherberg, besluit Boye zijn eigen weg te gaan, weg van Wondermond, weg van moeder, van de hond, van zijn vrienden, van vriendin Hadewich.
Ik heb het boek met plezier gelezen. Soms leek het een schelmenroman, dan weer het scenario van een psychologische film. En wat dat laatste betreft: welke investeerder/producent durft de verfilming van Wondermond aan?