Snelle geschiedenisles geeft inzicht in de menselijke kant
‘Het is donderdag, 24 februari 2022. Even na 4.00 uur zit ik voor de televisie. In een verder donkere woonkamer schittert het logo van CNN, traditioneel de boodschapper van groot wereldnieuws: Rusland is Oekraïne binnengevallen.‘
Met deze zin opent Ruslandkenner Michel Krielaars Oorlog met Rusland, uitgegeven in maart 2022, nog geen maand na de Russische inval. In minder dan 100 pagina’s neemt de schrijver je mee door de geschiedenis van Rusland. Van de Russische revolutie in 1917 via de val van de muur, de onafhankelijkheid van Oekraïne en de Oranjerevolutie naar de inval in 2022. Uiteraard komen de belangrijkste historische gebeurtenissen aan bod, maar waar Krielaars in uitblinkt is de menselijke kant van het verhaal. Het getuigt van een diepgaande kennis van het land en de mensen. Hij weet niet alleen de inwoners van Rusland een stem te geven, hij geeft zelfs een inkijkje in de persoon Poetin en hoe het heeft kunnen gebeuren dat ogenschijnlijk één man Europa zo op haar kop heeft gezet.
‘Iedereen om me heen heeft tegenwoordig het geestelijke niveau van de kleuterschool,’ fluisterde mijn vriendin Irina uit Moskou in 2014 bijvoorbeeld aan de telefoon, opdat haar collega’s haar niet zouden horen. En zoals zij zijn er ook in 2022 miljoenen anderen, met goede banen en een westerse levens-instelling die hun mond houden om op hun werk of in hun privéleven niet in de problemen te komen.’
De geschiedenis wordt in Oorlog met Rusland niet helemaal chronologisch opgediend, waarbij de historische gebeurtenissen telkens vanuit een iets ander perspectief worden herhaald. Namen en termen, zoals Majdan (de golf van grootschalige protesten in Oekraïne die op 21 november 2013 begon, bron) komen in rap tempo voorbij. Voor wie niet bekend is met de geschiedenis van Rusland is het daarom opletten geblazen en veel schakelen. Door alle herhalingen, de toegankelijke schrijfstijl en de aandacht voor de menselijke kant beklijft de informatie wel.
Krielaars haalt in zijn betoog flink uit naar ‘het arrogante westen’ als medeschuldige. Alle signalen waren overduidelijk, maar de westerse leiders kozen ervoor om die te negeren. Bovendien hadden we in het westen geen oog voor de situatie in Rusland waar de termen democratie, vrije markt en burgerrechten geen waarde hadden voor een bevolking die ‘brood op de plank’ nodig had en geen ‘betekenisloze woorden’.
‘Westerse ondernemers werden gepaaid met grote olie- en gascontracten, zodat hun regeringen zich onthielden van serieuze kritiek op schendingen van de persvrijheid of de mensenrechten. Het Westen speelde het toneelstukje mee, uit lafheid, maar vooral uit winstbejag.’
De korte hoofdstukken met aansprekende titels, de geschiedenis afgewisseld met persoonlijke anekdotes en kleine inkijkjes in het wel en wee van de mensen in Rusland zorgen ervoor dat je blijft lezen en dat de boodschap glashelder overkomt: de ‘rode’ mens is nooit weggeweest en het westen heeft zich in slaap laten sussen. Een tijdlijn en een kaartje waren voor de leek een welkome aanvulling geweest, maar dat is niets dat een kijkje op Wikipedia niet oplost. Hiermee is Oorlog met Rusland een goed startpunt om de oorlog in Oekraïne te begrijpen.
Reageer op deze recensie