Over het belang van samenzijn
Addie Moore en Louis Waters wonen al jaren in hetzelfde stadje. Ze kennen elkaar, maar hebben nooit veel contact gehad. Dat verandert als Addie op een dag bij Louis op bezoek gaat en hem een bijzonder voorstel doet:
“Ik zou je willen vragen om erover na te denken om af en toe naar mijn huis te komen om bij me te slapen.
Hè hoe bedoel je?
Nou we zijn allebei alleen en we zijn veel te lang alleen geweest. Al die jaren. Ik ben eenzaam. Ik dacht dat jij het misschien ook zou zijn. Ik vroeg me af of je ’s nachts bij me zou willen komen slapen. En praten.”
Louis stemt toe en vanaf dat moment brengen de twee regelmatig samen de nacht door. Het draait niet om seks, maar om het samenzijn. Het ouder worden heeft voor hen beiden gevoelens van eenzaamheid met zich meegebracht. Door samen te slapen kunnen ze die even vergeten. In het stadje waar ze wonen blijft hun verhouding echter niet onopgemerkt. De buren spreken er schande van.
Bemoeizucht en roddelgedrag zijn in een kleine gemeenschap geen vreemde verschijnselen. Kent Haruf (1943) weet ze goed te beschrijven. Zo laat hij de caissière in de supermarkt bijvoorbeeld heel terloops een opmerking tegen Addie maken. Haruf is meesterlijk goed in het weergeven van gesprekken tussen zijn personages die op het eerste oog heel alledaags lijken. Maar tussen de regels door wordt subtiel verteld dat er van alles gaande is.
Dat geldt ook voor de nachtelijke gesprekken die hij Addie en Louis laat voeren. Ze vertellen elkaar over hun leven en de keuzes die ze gemaakt hebben. Tijdens deze gesprekken trekken ze steeds meer naar elkaar toe. Het blijft dan ook niet bij nachtelijke gesprekken alleen. Haruf laat Louis en Addie de reacties van de mensen om hen heen moedig trotseren.
“Op de hoek van Second en Main Street wachtten ze in de felle middagzon tot het voetgangerslicht op groen sprong, en terwijl ze gearmd verder liepen keken ze degenen die hun tegemoetkwamen recht in de ogen, groetten hen of knikten hun toe, totdat ze bij restaurant Holt kwamen, waar hij de deur voor haar openhield en achter haar naar binnen liep.”
Maar alles verandert als de kleinzoon van Addie komt logeren. Omdat zijn ouders uit elkaar zijn, neemt Addie tijdelijk de zorg voor hem op zich. Het jongetje ontwikkelt een goede band met Louis. Maar Addie’s zoon is furieus als hij ontdekt wat voor relatie zijn moeder met Louis onderhoudt. Hij verbiedt haar nog langer met hem om te gaan. Anders mag ze haar kleinzoon niet meer zien.
Onze zielen bij nacht is de laatste roman van Haruf. Hij overleed kort nadat hij het manuscript voltooide. Het is bijzonder dat zijn laatste werk vooral een verhaal is over het leven en de vele kleuren waarin dat zich kan afspelen. Addie en Louis hebben allebei heel wat meegemaakt en de gesprekken tussen hen bieden interessante inzichten in datgene waar het in het leven echt om draait. Maar Haruf schrijft ook over de soms ongenuanceerde wreedheid van het bestaan en de grote gevolgen die het maken van bepaalde keuzes kunnen hebben.
“Ik ga me niet meer bezighouden met wat mensen denken. Dat heb ik veel te lang gedaan, mijn hele leven. Zo wil ik niet meer leven. Door achterom te kijken lijkt het alsof we iets doen wat niet in de haak is of waarvoor we ons zouden moeten schamen,” laat Haruf Addie bijvoorbeeld ergens zeggen. Een kernachtige stuk uit een verhaal over twee mensen die aan het eind van hun leven hun eigen weg kiezen.
Reageer op deze recensie