Lezersrecensie
Een (Prima) Meesterwerk
Is onderling begrip een voorwaarde om lief te kunnen hebben? Kan gelijk hebben in sommige gevallen belangrijker zijn dan gelukkig zijn? Kan Jess ooit echt gaan houden van Josh, terwijl ze gelooft dat hij als supporter van Donald Trump de belichaming is van alles wat er mis is met Amerika?
‘Helemaal Prima’ van Cecilia Rabess lijkt in eerste instantie een klassiek enemies-to-lovers verhaal, maar is in de werkelijkheid veel meer dan dat. De crux van het liefdesverhaal van Jess en Josh wordt samengevat in een intrigerende quote op pagina 347: “liefde overwint alles, behalve dan geografie, en geschiedenis, en de hedendaagse socio-politieke realiteit” (p. 347). Rabess houdt de lezer een spiegel voor en laat ons nadenken over de huidige maatschappelijke en politieke realiteit. Ik vond het een bijzondere leeservaring omdat dit het boek zowel romantisch als intellectueel bevredigend maakt; als lezer wordt je aangetrokken door een bijzondere combinatie van provocerende thema’s, een flinke dosis humor, en de treffende verteltechniek van de schrijver.
We volgen de hoofdpersonen vanaf 2008 tot 2016 - om precies te zijn vanaf de nacht dat Obama de verkiezingen wint tot de dag van de inauguratie van Donald Trump. Het verhaal wordt bijna chronologisch verteld en is enorm indrukwekkend qua schrijfstijl. Het is de debuutroman van Rabess, maar ik vond het mooi om te zien hoe ze met zinsconstructies speelt om de gemoedstoestand van de karakters te benadrukken. In hoofdstuk 18 wijdt ze bijvoorbeeld een hele pagina aan een opsomming van alles wat er mis zou zijn met de Make-America-Great-Again pet van Josh zonder ook maar één komma te gebruiken. Relevante en actuele thema’s zoals sociale rechtvaardigheid, institutioneel racisme en politieke polarisatie komen in de context van het liefdesverhaal tussen Jess en Josh op een toegankelijke manier aan bod.
Daarnaast wordt er veel aandacht gegeven aan het feit dat Jess enorm worstelt met haar raciale en sociale identiteit. Ze heeft moeite met het vinden van haar plek bij Goldman Sachs; een bank die vooraan staat binnen de kapitalistische machine. Ze voelt zich bedrogen wanneer haar foto zonder toestemming wordt gebruikt op de bedrijfswebsite en ze daarmee onbedoeld een “poster child” wordt voor diversiteit, terwijl ze de enige zwarte medewerker is op haar afdeling en ze dagelijks microagressies ervaart op de werkvloer. Toch merkt ze dat ze graag onderdeel wil zijn van de financiële wereld waar ze zich eigenlijk niet thuis hoort te voelen, en is ze geobsedeerd met het nastreven van kapitalistische idealen. Ze is zich bewust van deze hypocrisie; later in het verhaal noemt ze Josh een racist omdat hij maar één “zwarte vriend” heeft (Jess zelf), terwijl zij zelf óók geen vrienden van kleur heeft. Ze voelt zich gedurende het verhaal vaak schuldig, bijvoorbeeld over het feit dat ze onnodig dure producten koopt in de supermarkt terwijl haar vader altijd in de weer is met kortingscoupponnen. Ik vond het mooi om te lezen hoe Jess in deze context de verschillenden onderdelen van haar raciale, sociale en economische identiteit in balans probeert te brengen.
Ondanks de beladen thema’s die worden besproken zit er ook heel veel liefde en nuance verwerkt in het verhaal. Het laat zien hoe twee mensen naar exact dezelfde feiten kunnen kijken en tot een andere conclusie kunnen komen, afhankelijk van hun referentiekader. We zien hoe twee mensen ondanks deze verschillen elkaar toch terug weten te vinden op een manier die geloofwaardig is. Volgens Jess zelf gaat het bijvoorbeeld niet om twee complete tegenpolen, maar om twee mensen die voor verschillende teams spelen. De vraag is of Jess en Josh uiteindelijk een modus kunnen vinden waarin ze niet alleen gelukkig kunnen worden, maar ook daadwerkelijk gelukkig kunnen blijven.
Ik vond de subtiele combinatie van maatschappijkritiek en romantiek enorm origineel. Het (niet) eten van aardbeien en het kaartspelletje ‘set’ vormen prachtige metaforen in het verhaal. De karakters zijn authentiek en de dialogen zijn scherp. Het verhaal zet ook aan tot nadenken, wat het waarschijnlijk ook een heel goed boek maakt voor een leesclub. Al met al was dit een enorm toffe leeservaring!
‘Helemaal Prima’ van Cecilia Rabess lijkt in eerste instantie een klassiek enemies-to-lovers verhaal, maar is in de werkelijkheid veel meer dan dat. De crux van het liefdesverhaal van Jess en Josh wordt samengevat in een intrigerende quote op pagina 347: “liefde overwint alles, behalve dan geografie, en geschiedenis, en de hedendaagse socio-politieke realiteit” (p. 347). Rabess houdt de lezer een spiegel voor en laat ons nadenken over de huidige maatschappelijke en politieke realiteit. Ik vond het een bijzondere leeservaring omdat dit het boek zowel romantisch als intellectueel bevredigend maakt; als lezer wordt je aangetrokken door een bijzondere combinatie van provocerende thema’s, een flinke dosis humor, en de treffende verteltechniek van de schrijver.
We volgen de hoofdpersonen vanaf 2008 tot 2016 - om precies te zijn vanaf de nacht dat Obama de verkiezingen wint tot de dag van de inauguratie van Donald Trump. Het verhaal wordt bijna chronologisch verteld en is enorm indrukwekkend qua schrijfstijl. Het is de debuutroman van Rabess, maar ik vond het mooi om te zien hoe ze met zinsconstructies speelt om de gemoedstoestand van de karakters te benadrukken. In hoofdstuk 18 wijdt ze bijvoorbeeld een hele pagina aan een opsomming van alles wat er mis zou zijn met de Make-America-Great-Again pet van Josh zonder ook maar één komma te gebruiken. Relevante en actuele thema’s zoals sociale rechtvaardigheid, institutioneel racisme en politieke polarisatie komen in de context van het liefdesverhaal tussen Jess en Josh op een toegankelijke manier aan bod.
Daarnaast wordt er veel aandacht gegeven aan het feit dat Jess enorm worstelt met haar raciale en sociale identiteit. Ze heeft moeite met het vinden van haar plek bij Goldman Sachs; een bank die vooraan staat binnen de kapitalistische machine. Ze voelt zich bedrogen wanneer haar foto zonder toestemming wordt gebruikt op de bedrijfswebsite en ze daarmee onbedoeld een “poster child” wordt voor diversiteit, terwijl ze de enige zwarte medewerker is op haar afdeling en ze dagelijks microagressies ervaart op de werkvloer. Toch merkt ze dat ze graag onderdeel wil zijn van de financiële wereld waar ze zich eigenlijk niet thuis hoort te voelen, en is ze geobsedeerd met het nastreven van kapitalistische idealen. Ze is zich bewust van deze hypocrisie; later in het verhaal noemt ze Josh een racist omdat hij maar één “zwarte vriend” heeft (Jess zelf), terwijl zij zelf óók geen vrienden van kleur heeft. Ze voelt zich gedurende het verhaal vaak schuldig, bijvoorbeeld over het feit dat ze onnodig dure producten koopt in de supermarkt terwijl haar vader altijd in de weer is met kortingscoupponnen. Ik vond het mooi om te lezen hoe Jess in deze context de verschillenden onderdelen van haar raciale, sociale en economische identiteit in balans probeert te brengen.
Ondanks de beladen thema’s die worden besproken zit er ook heel veel liefde en nuance verwerkt in het verhaal. Het laat zien hoe twee mensen naar exact dezelfde feiten kunnen kijken en tot een andere conclusie kunnen komen, afhankelijk van hun referentiekader. We zien hoe twee mensen ondanks deze verschillen elkaar toch terug weten te vinden op een manier die geloofwaardig is. Volgens Jess zelf gaat het bijvoorbeeld niet om twee complete tegenpolen, maar om twee mensen die voor verschillende teams spelen. De vraag is of Jess en Josh uiteindelijk een modus kunnen vinden waarin ze niet alleen gelukkig kunnen worden, maar ook daadwerkelijk gelukkig kunnen blijven.
Ik vond de subtiele combinatie van maatschappijkritiek en romantiek enorm origineel. Het (niet) eten van aardbeien en het kaartspelletje ‘set’ vormen prachtige metaforen in het verhaal. De karakters zijn authentiek en de dialogen zijn scherp. Het verhaal zet ook aan tot nadenken, wat het waarschijnlijk ook een heel goed boek maakt voor een leesclub. Al met al was dit een enorm toffe leeservaring!
1
Reageer op deze recensie