Niet des Pattersons
James Patterson is een schrijver die geen uitgebreide introductie behoeft. Zijn sporen in het thrillergenre heeft hij ruimschoots verdiend, met o.a. zijn wereldberoemde en populaire series over Alex Cross en de Women’s Murder Club. De laatste jaren schrijft de Amerikaanse bestsellerauteur standalones, als “tussendoortje” van zijn vaste reeksen en in samenwerking met een coauteur. Zo schreef hij Hitte samen met de Iers/Amerikaanse Michael Ledwidge. Blijkbaar beviel de samenwerking, want opnieuw kruisten de twee de degens tijdens het schrijven van Zoo, het boek bij de gelijknamige tv-serie (uitgezonden bij SBS).
Jackson Oz is een wetenschapper - doch zonder officieel papiertje - die geïnteresseerd is in het feit dat het gedrag van dieren wereldwijd aan het veranderen is. Ze worden brutaler, agressiever en nemen steeds meer een aanvallende houding aan tegenover mensen. Er zijn steeds meer gevallen bekend waarbij personen op gruwelijke wijze worden toegetakeld door een boosaardig dier. Oz onderzoekt deze gedragsverandering, maar zijn radicale theorieën doen veel collega’s de wenkbrauwen fronsen en zodoende wordt hij niet serieus genomen. Toch blijft Oz strijden en volgt hij nauwlettend de muterende houding van dieren. Wanneer hij voor zijn onderzoek een trip maakt naar Afrika, om daar leeuwen te bestuderen, gaat het mis en gebeurt er iets vreselijks wat zijn theorie definitief bevestigt. Overtuigd dat de mensheid in gevaar is, doet Oz verwoede pogingen om men van zijn bevindingen te overtuigen. Daarbij krijgt hij hulp van bioloog Chloe, die zelf de gewelddadigheid van de dieren heeft ondervonden. Is het gevaar daadwerkelijk zo groot als Oz doet voorkomen?
Het angstaanjagende gegeven dat de kloof tussen mens en dier steeds groter wordt, dat de band die wij met dieren hebben, zelf aan het verpesten zijn, doordat wij ze blootstellen en meesleuren in de moderne problemen op de wereld, is een belangwekkende kwestie. Het is goed Patterson dit aan de kaak stelt - weliswaar in de vorm van spannende fictie, maar toch. Hij geeft de lezers een onderwerp om over na te denken. Milieuvervuiling, stralingen van mobiele apparaten en onze laconieke houding zijn niet alleen slecht voor de mens, maar treffen ook de onschuldige dieren. In Zoo slaan ze terug. Nu zal het niet zo escaleren als in dit boek, maar toch kunnen we onszelf weleens achter de oren krabben hoe egoïstisch de mens is en wat de gevolgen daarvan kunnen zijn.
Een interessant gekozen thema dus. Maar veel meer goeds valt er over Zoo niet te zeggen. Hoewel er genoeg stof tot nadenken aanwezig is, weet Patterson niet te overtuigen. De korte hoofdstukken en staccato schrijfstijl van Patterson zouden voor een leesversnelling moeten zorgen, maar het tegenovergestelde is waar. Actie ontbreekt en Patterson blijft doorsukkelen door constant maar situaties te herhalen waarbij dieren nietsvermoedende en verbaasde mensen op gruwelijke wijze aanvallen en toetakelen. En in het onderzoek naar de oorzaken van deze bizarre gedragsveranderingen zit tevens weinig vaart. Eerst gelooft niemand in Oz’s MDC-theorie (Mens-Dier Complot), totdat hij met gefilmde bewijzen komt. Je zou zeggen dat er naar aanleiding daarvan direct actie wordt ondernomen - op zijn minst toch door Oz zelf - maar middenin het verhaal wordt er opeens vijf jaar vooruit gesprongen, alsof de schrijvers het even niet meer wisten. Is er in die periode dan helemaal niks gebeurd? Een vreemde keuze van de ervaren auteur die Patterson is, want het doet echt af aan de geloofwaardigheid van het verhaal.
Die geloofwaardigheid is toch al niet bijster hoog. Jackson Oz is een wetenschapper die iedereen ervan probeert te overtuigen dat er een gruwelijke gedragsverandering gaande is bij zoogdieren, maar zelf doodleuk een chimpansee als huisdier heeft. Het wordt nog gekker als hij de verzorging van Atilla – zoals de huisaap heet – zonder argwaan aan zijn ex-vriendin overlaat, terwijl hij op reis gaat om bewijs te verzamelen voor MDC. Omdat de actie zolang uitblijft, is de verwachting voor het slot hoog. Zal het losbarsten? Maar ook hierin stelt Patterson de lezer teleur met een verwarrend en onbevredigend einde, waarin we eigenlijk nog steeds de werkelijke afloop niet kennen.
Zoo is een te vlug geschreven verhaal met een huiveringwekkend gegeven als onderwerp. Dat laatste maakt het nog enigszins behapbaar en de moeite om te lezen, maar de luchtige manier waarop het geheel is ingevuld, is niet des Pattersons. Kleurloos en teleurstellend. Snel terug naar Alex Cross.
Reageer op deze recensie