Karkas

Gerrit Kouwenaar publiceerde in 1962 bij Uitgeverij Querido de bundel ‘zonder namen'. Eindelijk had hij zijn felbegeerde poëticale vorm en vent gevonden.
Niet langer was het gedicht de beschrijving van het ding, maar was het het ding zelf.

Kort daarvoor schoot hij wortel met vrouw Paula en pasgeboren zoon Marnix in de Amsterdamse Jacob Obrechtstraat. Of er oorzakelijk verband was; misschien. Maar hoe dan ook: er kwam een dichter thuis.
Met name de recensenten Kees Fens en Gerrit Borgers waren diep onder de indruk van Kouwenaars nieuwe gedichten.

In 2013 werd ‘zonder namen’ als een De Boekvink in epub-formaat uitgegeven. Dit, nadat Querido het eerder in 1965 al eens, op papier uiteraard, in de De-Boekvink-reeks als herdruk uitbracht.

De bundel bestaat uit vijf afdelingen:
zonder namen
gedichten 1960
een voorjaarsmaaltijd
weg / verdwenen, en
elementen / momenten,
waarvan de tweede afdeling in 1960 al eens afzonderlijk werd gepubliceerd; en de vierde eerder al (1961) fungeerde als relatiegeschenk van Drukkerij den Ouden in Amsterdam.

Uit: zonder namen / bij wijze van leven:
(..) in zijn overbodigheid was een naam
vleselijk, en zo
werd bij wijze van leven
het spreken een ding.

Wat daarna dan nog te zeggen?


Titel: zonder namen (1962, 64 pagina’s)
Auteur: Gerrit Kouwenaar (Amsterdam, 1923 - 2014)
ISBN 9789021451176
Uitgever: Querido