Hebban recensie
Een echte Max Winter
De blauwe nacht is officieel het negende deel in de serie die Felix Thijssen schrijft over privé-detective Max Winter. Hoewel Winter ook in het Diamanten Kogel winnende Het diepe water voorkomt, was zijn rol daarin uiterst beperkt. Een opvallende breuk met het verleden is de titel van het nieuwe boek. Eerdere delen hadden altijd een meisjesnaam als titel, zoals Cleopatra dat met de Gouden Strop beloond werd. Die breuk heeft er wellicht te maken met het feit dat Thijssen een personage uit een andere reeks ten tonele voert, namelijk Charlie Mann. Over deze crimineel schreef de auteur in de jaren tachtig zeven boeken.
Deze thriller begint met de moord op een jonge vrouw en kunstenares in Spanje. Haar vriend is Otto Meining, een man met een crimineel verleden. Vanwege dat verleden meent Meining dat de moord gepleegd werd om hem te treffen. Hij gaat daarom terug naar Nederland om de mensen op te sporen die nog een appeltje met hem te schillen hadden. Maar hij vindt alleen een kwijlend en dementerend crimineel. Een vriend van hem raadt hem aan een privé-detective in de arm te nemen: Max Winter.
De titel verwijst naar een nacht die allesbepalend blijkt te zijn geweest in het leven van een aantal hoofdpersonen. Het moment dat alles in gang zette. Zodra Max Winter dat ontdekt, komt hij er langzaam maar zeker achter waar hij de dader moet zoeken. Ondertussen wordt het hem niet makkelijk gemaakt doordat Otto Meining zich met het onderzoek bemoeit en Winter daardoor in de problemen brengt.
De blauwe nacht is weer een echte Max Winter, geschreven met groot gevoel voor taal, zonder hoogdravend te worden. Thijssen neemt de tijd voor zijn verhaal, zodat het boek niet altijd even spannend is. Ook het zeer grote aantal namen dat voorbij komt, kan een belemmering vormen. Maar wie daar doorheen kan kijken, kan zich uitstekend vermaken met deze detective.
Deze thriller begint met de moord op een jonge vrouw en kunstenares in Spanje. Haar vriend is Otto Meining, een man met een crimineel verleden. Vanwege dat verleden meent Meining dat de moord gepleegd werd om hem te treffen. Hij gaat daarom terug naar Nederland om de mensen op te sporen die nog een appeltje met hem te schillen hadden. Maar hij vindt alleen een kwijlend en dementerend crimineel. Een vriend van hem raadt hem aan een privé-detective in de arm te nemen: Max Winter.
De titel verwijst naar een nacht die allesbepalend blijkt te zijn geweest in het leven van een aantal hoofdpersonen. Het moment dat alles in gang zette. Zodra Max Winter dat ontdekt, komt hij er langzaam maar zeker achter waar hij de dader moet zoeken. Ondertussen wordt het hem niet makkelijk gemaakt doordat Otto Meining zich met het onderzoek bemoeit en Winter daardoor in de problemen brengt.
De blauwe nacht is weer een echte Max Winter, geschreven met groot gevoel voor taal, zonder hoogdravend te worden. Thijssen neemt de tijd voor zijn verhaal, zodat het boek niet altijd even spannend is. Ook het zeer grote aantal namen dat voorbij komt, kan een belemmering vormen. Maar wie daar doorheen kan kijken, kan zich uitstekend vermaken met deze detective.
1
Reageer op deze recensie