Lezersrecensie
Troost van tinnen soldaatjes
Het zal je maar overkomen: je bent zeven jaar, je moeder is pas overleden en je begrijpt nog nauwelijks wat jou en je vader is overkomen. ‘De dagen zijn dikke, zwarte naaktslakken’. Je zoekt troost door te praten met de tinnen soldaatjes, een cadeau dat je kreeg op de dag van de begrafenis. Dan komt onverwachts op een ochtend een vreemde vrouw uit de slaapkamer van vader. Commentaar van schoolvriendjes ’Wreed, joh, een stiefmoeder! Je kunt het wel vergeten, ze eet je op, ze laat je achter in het bos, ze verkoopt je, ze mishandelt je. Je kunt het wel vergeten. Ja, ik ben het met ze eens: ik kan het wel vergeten’.
Zo dramatisch wordt het gelukkig niet. De stiefmoeder ‘met een gezicht als een rotswand’ zwijgt. ‘Het zwijgen is zo drukkend dat de ruiten van de woonkamer buigen’. Ze zorgt goed voor haar stiefzoon maar echt innig wordt de band nooit.
Het is knap hoe Stefansson een 40 jarige man laat terugkijken op zichzelf als eenzaam 7 jarig jochie en op de voorafgaande generaties in zijn familie. Het boek omvat bijna anderhalve eeuw. Overgrootvader is de smaakmaker in de roman. Een eigenzinnige man, womanizer, vreemdganger, alcoholist, bohemien, geldverslinder. Het is een wonder hoe zijn vrouw, overgrootmoeder, een sterke vrouw, het gezin bij elkaar houdt en haar man telkens vergeeft en terug laat komen. Na iedere misstap van haar man, na ieder drama zegt zij KOM. De kleurrijke personages worden goed uitgewerkt, vaak met humor.
Het belangrijkste thema is vergankelijkheid. Alles in het leven is tijdelijk, er blijft niets over. Generaties komen en generaties gaan. Ter illustratie de laatste zinnen van de roman.
“En gauw is er niets meer wat aan hen herinnert, behalve een schelp en een steen die op een heel klein mensje lijkt. Op een dag ga ik met die twee dingen naar Snaefellsnes en leg ze op hun plek terug: de steen op een heuvel, de schelp in zee. Bedankt voor het lenen, zeg ik”.
De roman gaat over mensen, hoe heel gewone mensen zich door het leven slaan, met pijn, verdriet, vreugde en ruzies. Het prachtige IJsland met zijn ruige natuur is het decor. Dit alles, deze wereld van vier generaties gaat leven voor de lezer. Het is lachen en huilen en ontroert vaak. Het taalgebruik waarin ieder woord en iedere beeldspraak raak is is puur genieten. Wat een stilist is Jon Kalman Stefansson. De roman is voortreffelijk vertaald door Marcel Otten.
Een boek om te herlezen!
Zo dramatisch wordt het gelukkig niet. De stiefmoeder ‘met een gezicht als een rotswand’ zwijgt. ‘Het zwijgen is zo drukkend dat de ruiten van de woonkamer buigen’. Ze zorgt goed voor haar stiefzoon maar echt innig wordt de band nooit.
Het is knap hoe Stefansson een 40 jarige man laat terugkijken op zichzelf als eenzaam 7 jarig jochie en op de voorafgaande generaties in zijn familie. Het boek omvat bijna anderhalve eeuw. Overgrootvader is de smaakmaker in de roman. Een eigenzinnige man, womanizer, vreemdganger, alcoholist, bohemien, geldverslinder. Het is een wonder hoe zijn vrouw, overgrootmoeder, een sterke vrouw, het gezin bij elkaar houdt en haar man telkens vergeeft en terug laat komen. Na iedere misstap van haar man, na ieder drama zegt zij KOM. De kleurrijke personages worden goed uitgewerkt, vaak met humor.
Het belangrijkste thema is vergankelijkheid. Alles in het leven is tijdelijk, er blijft niets over. Generaties komen en generaties gaan. Ter illustratie de laatste zinnen van de roman.
“En gauw is er niets meer wat aan hen herinnert, behalve een schelp en een steen die op een heel klein mensje lijkt. Op een dag ga ik met die twee dingen naar Snaefellsnes en leg ze op hun plek terug: de steen op een heuvel, de schelp in zee. Bedankt voor het lenen, zeg ik”.
De roman gaat over mensen, hoe heel gewone mensen zich door het leven slaan, met pijn, verdriet, vreugde en ruzies. Het prachtige IJsland met zijn ruige natuur is het decor. Dit alles, deze wereld van vier generaties gaat leven voor de lezer. Het is lachen en huilen en ontroert vaak. Het taalgebruik waarin ieder woord en iedere beeldspraak raak is is puur genieten. Wat een stilist is Jon Kalman Stefansson. De roman is voortreffelijk vertaald door Marcel Otten.
Een boek om te herlezen!
1
Reageer op deze recensie