Lezersrecensie
FRAAI BESCHREVEN DWINGENDE AANKLACHT
FRAAI BESCHREVEN DWINGENDE AANKLACHT
‘Het gevaar op bijwegen te verdwalen was opnieuw levensgroot. Ze kon niet anders dan verdrinken in die onmatigheid.’ Zo beschrijft Peter Lenssen op enig moment zijn personage Meryem. Die woorden lijken ook voor mij te gelden: als lezer laat ik me meeslepen in Meryems fascinaties en moet ik oppassen daarin niet te verdrinken. Dat dit niet gebeurt is de verdienste van de schrijver. Het is niet niks wat hij van de lezer vraagt; uiterst precies en onontkoombaar beschrijft hij hoe de Eerste Wereldoorlog zich manifesteerde in de Westhoek van België. Al kijken we door de ogen van Meryem en leren we haar tussen de militaire begraafplaatsen door stapje voor stapje kennen, die oorlog domineert geruime tijd het verhaal en is daarmee op dat moment voor mij het hoofdpersonage,
Knap hoe de auteur telkens weer de juiste woorden vindt om jou als lezer mee die loopgraven in te sleuren. Hij beschrijft ze in al hun gruwelijke gedaanten, waarbij de weerzinwekkendste details en de waanzinnige zinloosheid je bij de strot grijpen. Dat is schrijfkunst, bezieling én een kwestie van uitputtend onderzoek verrichten. Soms haalt al te veel detaillering me uit het verhaal, maar altijd lees ik verder. Het theater der herinneringen leest als een dwingende aanklacht tegen oorlog. En ik kan niet anders dan denken aan de loopgraven van nu, niet zo heel ver hiervandaan.
Bittere vragen
Geleidelijk neemt Käthe Kollwitz haar plek in deze roman in. Met uitvoerige beschrijvingen van het leven en de tragiek van deze kunstenares neemt de schrijver mij makkelijk mee, maakt hij haar smartelijke toestand invoelbaar. Eindeloos veel vragen stelt hij over alle mogelijke scenario’s. Hoe sneuvelde haar zoon Peter, de jonge Duitse soldaat die als zoveel jonge mannen in die tijd heldhaftig het vaderland meende te moeten dienen? Waarom gaf ze uiteindelijk toe aan zijn wens, terwijl ze er aanvankelijk fel op tegen was? Een belangwekkend moreel dilemma. Met grote verbeeldingskracht stelt Peter Lenssen bittere maar niet te ontwijken vragen. Wie groef het gat in de grond? Had iemand nog iets gezegd? ‘De schep – het estafettestokje van de dood.’ Een van de vele mooie metaforen in dit boek.
Het boeiende, moeizame scheppingsproces van Käthes kunstwerken krijgt veel ruimte in deze roman. Mooi hoe de auteur de beroemde beelden – het treurende ouderpaar op een militaire begraafplaats in Vlaanderens Westhoek– een stem geeft.
De ontstellende waarheid
Allengs komt Meryem meer in beeld. Met haar verlaten we - opgelucht - de Westhoek en reizen naar Berlijn. Dán en daar vindt haar persoonlijke zoektocht zijn afronding: de ontrafeling van het verleden van haar gezin van herkomst. Steeds minder kans krijgt ze om te vluchten in het leven van haar idool Käthe, nu moet ze vragen over zichzelf beantwoorden. Waarom heeft ze haar vader al te lang verwaarloosd? Waarom heeft ze hem de brandende vragen niet gesteld? Of ze daar alsnog de kans voor krijgt moet blijken. Uiteindelijk ontdekt Meryem dan toch de ontstellende waarheid achter de onverwachte vlucht van Istanbul naar Berlijn van de ouders en hun meisje in de witte jurk met de strik op de rug.
En dan zijn het de woorden van de dichter – haar geliefde oom – die ondanks alles toch hoop bieden, ook voor deze lezer: Licht is overal.
Ik vraag me af of Meryem, in haar afkeer van oorlog en haar fascinatie voor Käthe Kollwitz, het alter ego is van de schrijver.
Maria Philippens, 5 juli 2023
‘Het gevaar op bijwegen te verdwalen was opnieuw levensgroot. Ze kon niet anders dan verdrinken in die onmatigheid.’ Zo beschrijft Peter Lenssen op enig moment zijn personage Meryem. Die woorden lijken ook voor mij te gelden: als lezer laat ik me meeslepen in Meryems fascinaties en moet ik oppassen daarin niet te verdrinken. Dat dit niet gebeurt is de verdienste van de schrijver. Het is niet niks wat hij van de lezer vraagt; uiterst precies en onontkoombaar beschrijft hij hoe de Eerste Wereldoorlog zich manifesteerde in de Westhoek van België. Al kijken we door de ogen van Meryem en leren we haar tussen de militaire begraafplaatsen door stapje voor stapje kennen, die oorlog domineert geruime tijd het verhaal en is daarmee op dat moment voor mij het hoofdpersonage,
Knap hoe de auteur telkens weer de juiste woorden vindt om jou als lezer mee die loopgraven in te sleuren. Hij beschrijft ze in al hun gruwelijke gedaanten, waarbij de weerzinwekkendste details en de waanzinnige zinloosheid je bij de strot grijpen. Dat is schrijfkunst, bezieling én een kwestie van uitputtend onderzoek verrichten. Soms haalt al te veel detaillering me uit het verhaal, maar altijd lees ik verder. Het theater der herinneringen leest als een dwingende aanklacht tegen oorlog. En ik kan niet anders dan denken aan de loopgraven van nu, niet zo heel ver hiervandaan.
Bittere vragen
Geleidelijk neemt Käthe Kollwitz haar plek in deze roman in. Met uitvoerige beschrijvingen van het leven en de tragiek van deze kunstenares neemt de schrijver mij makkelijk mee, maakt hij haar smartelijke toestand invoelbaar. Eindeloos veel vragen stelt hij over alle mogelijke scenario’s. Hoe sneuvelde haar zoon Peter, de jonge Duitse soldaat die als zoveel jonge mannen in die tijd heldhaftig het vaderland meende te moeten dienen? Waarom gaf ze uiteindelijk toe aan zijn wens, terwijl ze er aanvankelijk fel op tegen was? Een belangwekkend moreel dilemma. Met grote verbeeldingskracht stelt Peter Lenssen bittere maar niet te ontwijken vragen. Wie groef het gat in de grond? Had iemand nog iets gezegd? ‘De schep – het estafettestokje van de dood.’ Een van de vele mooie metaforen in dit boek.
Het boeiende, moeizame scheppingsproces van Käthes kunstwerken krijgt veel ruimte in deze roman. Mooi hoe de auteur de beroemde beelden – het treurende ouderpaar op een militaire begraafplaats in Vlaanderens Westhoek– een stem geeft.
De ontstellende waarheid
Allengs komt Meryem meer in beeld. Met haar verlaten we - opgelucht - de Westhoek en reizen naar Berlijn. Dán en daar vindt haar persoonlijke zoektocht zijn afronding: de ontrafeling van het verleden van haar gezin van herkomst. Steeds minder kans krijgt ze om te vluchten in het leven van haar idool Käthe, nu moet ze vragen over zichzelf beantwoorden. Waarom heeft ze haar vader al te lang verwaarloosd? Waarom heeft ze hem de brandende vragen niet gesteld? Of ze daar alsnog de kans voor krijgt moet blijken. Uiteindelijk ontdekt Meryem dan toch de ontstellende waarheid achter de onverwachte vlucht van Istanbul naar Berlijn van de ouders en hun meisje in de witte jurk met de strik op de rug.
En dan zijn het de woorden van de dichter – haar geliefde oom – die ondanks alles toch hoop bieden, ook voor deze lezer: Licht is overal.
Ik vraag me af of Meryem, in haar afkeer van oorlog en haar fascinatie voor Käthe Kollwitz, het alter ego is van de schrijver.
Maria Philippens, 5 juli 2023
1
Reageer op deze recensie