Lezersrecensie
De schrijver heeft sterren gevist
Wat een prachtig poëtisch en tegelijkertijd melancholisch en desolaat boek is de trilogie (Hemel en hel, Het verdriet van de engelen, Het hart van de mens) van Jón Kalman Stefánsson. Dit is mijn eerste kennismaking met de IJslandse schrijver en dan meteen deze dikke pil. Ik had de eerste 30 bladzijden moeite om in het boek te komen. Toen greep het me ineens en na nog enkele tientallen pagina's gelezen te hebben, ben ik opnieuw begonnen. De basis was gelegd en ik kon niet meer stoppen met lezen. Wat een genot die prachtige lyrische zinnen en filosofische gedachtes.
Je kunt het boek lezen als een prachtig verhaal over het zware leven in IJsland aan het einde van de 19e eeuw. De bewoners zijn in zichzelf gekeerd. Het uitgestrekte koude landschap kan dodelijk zijn. In de zomer is de zon een wonder, maar er moet hard gewerkt worden om eten te hebben in de donkere koude maanden. Een jongen is de hoofdpersoon, zijn vriend sterft en hij weet niet hoe hij moet verder leven. Hij begint aan een reis door sneeuwstormen, over bergen en water en eindigt deze reis in een zeegrot waar hij de liefde vindt.
Je kunt het ook lezen als een lyrische tocht langs leven, liefde, haat, literatuur, drank, macht, zwakte, armoede, onrecht en uiteindelijk dood.
"Dit licht voedt en kwelt ons, het brengt ons ertoe verder te gaan in plaats van als dieren beroofd van hun taal te gaan liggen en wachten op iets wat misschien nooit komt. Het licht flikkert, we gaan dus verder. Onze bewegingen zijn beslist onzeker, aarzelend, maar het doel is duidelijk: de wereld redden. Jou en onszelf met deze verhalen redden, deze brokjes uit gedichten en dromen die lang geleden in de vergetelheid zijn verzonken. We zitten in een lekke roeiboot, met een kapot net en we zijn van plan sterren te vissen.”
En daarin is Stefánsson geslaagd, hij heeft sterren gevist.
Je kunt het boek lezen als een prachtig verhaal over het zware leven in IJsland aan het einde van de 19e eeuw. De bewoners zijn in zichzelf gekeerd. Het uitgestrekte koude landschap kan dodelijk zijn. In de zomer is de zon een wonder, maar er moet hard gewerkt worden om eten te hebben in de donkere koude maanden. Een jongen is de hoofdpersoon, zijn vriend sterft en hij weet niet hoe hij moet verder leven. Hij begint aan een reis door sneeuwstormen, over bergen en water en eindigt deze reis in een zeegrot waar hij de liefde vindt.
Je kunt het ook lezen als een lyrische tocht langs leven, liefde, haat, literatuur, drank, macht, zwakte, armoede, onrecht en uiteindelijk dood.
"Dit licht voedt en kwelt ons, het brengt ons ertoe verder te gaan in plaats van als dieren beroofd van hun taal te gaan liggen en wachten op iets wat misschien nooit komt. Het licht flikkert, we gaan dus verder. Onze bewegingen zijn beslist onzeker, aarzelend, maar het doel is duidelijk: de wereld redden. Jou en onszelf met deze verhalen redden, deze brokjes uit gedichten en dromen die lang geleden in de vergetelheid zijn verzonken. We zitten in een lekke roeiboot, met een kapot net en we zijn van plan sterren te vissen.”
En daarin is Stefánsson geslaagd, hij heeft sterren gevist.
1
Reageer op deze recensie