Lezersrecensie
Hoe Stemmen nog lang doorklinkt
Op de cover van Stemmen, het nieuwste boek van Noaomi Rebekka Boekwijt, staat “psychiatrische roman” vermeld. Is dit een trigger om het boek op te pakken of juist te denken dat het gegeven te deprimerend of te zwaar zal zijn? Voor mij was het de aanleiding om juist dit boek te lezen, omdat ik hoopte dat het een boek met diepgang zou zijn.
We maken kennis met Sis een kwetsbare getraumatiseerde jonge vrouw. Ze leeft in haar eigen wereld, ze ziet dingen die er niet zijn, ze is een buitenstaander. Haar vertrouwen in de medemens is ze verloren. Ze heeft daarom een muur om haar heen, zodat anderen niet kunnen zien wat ze voelt en denkt.
Hanne is de therapeut van Sis. Ze wil er zijn voor haar patiënten. Ze raakt soms een hand of schouder aan of ze geeft heel soms een patiënt een omhelzing. Ze moet professioneel blijven, maar is niet goed in afstandelijkheid. Ze heeft moederlijke gevoelens voor Sis, ze wil haar de zorg geven die ze zo nodig heeft.
Stemmen vertelt hoe Sis langzaam probeert Hanne toe te laten en hoe ze daarmee ook meer contact krijgt met haar omgeving. Ook de medebewoners en leiding van de woongroep waar ze naar toe is verhuisd, helpen Sis hierbij. Natuurlijk gaat dit niet zonder slag of stoot. Er komen zware thema’s voorbij zoals zelfdoding en automutilatie. Boekwijt beschrijft dit direct en indringend en tegelijkertijd invoelend en liefdevol.
Boekwijt heeft een prachtig taalgebruik en dat begint meteen al bij de eerste zinnen van het boek. Ze pakt de lezer bij de lurven en neemt je meteen mee de diepte in. Ze schrijft poëtisch en emotioneel, terwijl het korte krachtige zinnen zijn.
Enkele voorbeelden:
“Voordat ik hier binnenkwam heb ik mijn gezicht binnenstebuiten aangetrokken.”
“Sommige verpleegkundigen zeiden dat ze zich mij herinnerden van vorige opnames. Ik herinner me mij niet.”
“Hij weet hoe hij mooie woorden lelijk moet maken.”
“Ik hoor alleen het druppen van de takken in de stroompjes, mijn verdriet, waar geen ouder zich over wil ontfermen.”
“Ik besta uit scherven die maar wat los zweven en die ik probeer te vangen, maar waar ik me telkens aan schaaf.”
“We zijn allemaal leeg vanbinnen, denk ik stilletjes, onze huid een gatenkaas, de wind waait er dwars doorheen.”
In haar interview met Hebban zegt Boekwijt: “Hoe ik grote gevoelens op kan schrijven zonder grote woorden.” En dat is het precies, Boekwijt beschrijft zware, heftige gebeurtenissen, zonder sentimenteel of dramatisch te worden, te mistroostig te zijn. Uiteindelijk is haar boodschap hoopvol.
Te weten dat Boekwijt persoonlijk ervaring heeft in de psychiatrie voegt zeker iets toe, je voelt het in haar beschrijvingen van Sis en zeker ook in die van alle andere personen.
Stemmen is een prachtig boek. Als je houdt van een mooie stijl van schrijven, van korte bondige zinnen, van een boek met diepgang, maar waar je zelf ook mag invullen, van een boek waar je nog lang over blijft nadenken en dat onder je huid kruipt, dan is Stemmen echt iets voor jou.
We maken kennis met Sis een kwetsbare getraumatiseerde jonge vrouw. Ze leeft in haar eigen wereld, ze ziet dingen die er niet zijn, ze is een buitenstaander. Haar vertrouwen in de medemens is ze verloren. Ze heeft daarom een muur om haar heen, zodat anderen niet kunnen zien wat ze voelt en denkt.
Hanne is de therapeut van Sis. Ze wil er zijn voor haar patiënten. Ze raakt soms een hand of schouder aan of ze geeft heel soms een patiënt een omhelzing. Ze moet professioneel blijven, maar is niet goed in afstandelijkheid. Ze heeft moederlijke gevoelens voor Sis, ze wil haar de zorg geven die ze zo nodig heeft.
Stemmen vertelt hoe Sis langzaam probeert Hanne toe te laten en hoe ze daarmee ook meer contact krijgt met haar omgeving. Ook de medebewoners en leiding van de woongroep waar ze naar toe is verhuisd, helpen Sis hierbij. Natuurlijk gaat dit niet zonder slag of stoot. Er komen zware thema’s voorbij zoals zelfdoding en automutilatie. Boekwijt beschrijft dit direct en indringend en tegelijkertijd invoelend en liefdevol.
Boekwijt heeft een prachtig taalgebruik en dat begint meteen al bij de eerste zinnen van het boek. Ze pakt de lezer bij de lurven en neemt je meteen mee de diepte in. Ze schrijft poëtisch en emotioneel, terwijl het korte krachtige zinnen zijn.
Enkele voorbeelden:
“Voordat ik hier binnenkwam heb ik mijn gezicht binnenstebuiten aangetrokken.”
“Sommige verpleegkundigen zeiden dat ze zich mij herinnerden van vorige opnames. Ik herinner me mij niet.”
“Hij weet hoe hij mooie woorden lelijk moet maken.”
“Ik hoor alleen het druppen van de takken in de stroompjes, mijn verdriet, waar geen ouder zich over wil ontfermen.”
“Ik besta uit scherven die maar wat los zweven en die ik probeer te vangen, maar waar ik me telkens aan schaaf.”
“We zijn allemaal leeg vanbinnen, denk ik stilletjes, onze huid een gatenkaas, de wind waait er dwars doorheen.”
In haar interview met Hebban zegt Boekwijt: “Hoe ik grote gevoelens op kan schrijven zonder grote woorden.” En dat is het precies, Boekwijt beschrijft zware, heftige gebeurtenissen, zonder sentimenteel of dramatisch te worden, te mistroostig te zijn. Uiteindelijk is haar boodschap hoopvol.
Te weten dat Boekwijt persoonlijk ervaring heeft in de psychiatrie voegt zeker iets toe, je voelt het in haar beschrijvingen van Sis en zeker ook in die van alle andere personen.
Stemmen is een prachtig boek. Als je houdt van een mooie stijl van schrijven, van korte bondige zinnen, van een boek met diepgang, maar waar je zelf ook mag invullen, van een boek waar je nog lang over blijft nadenken en dat onder je huid kruipt, dan is Stemmen echt iets voor jou.
1
Reageer op deze recensie