Moderne, duistere omkering van De Kleine Zeemeermin
Zo’n 70% van het totale aardoppervlak bestaat uit water, en toch weten we absurd weinig van de wereld onder de zeespiegel. Er zijn meer mensen op de maan geweest, dan op het diepste punt van de oceaan. Geen wonder dat de diepzee een rijke inspiratiebron is voor schrijvers, onder wie de Britse Julia Armfield (1990). Haar schitterende debuutroman Onze vrouwen diep in de zee is vertaald door Karina van Santen en Martine Vosmaer.
' Heb je last van watervrees of claustrofobie? Dan is dit boek een ware gruwel.' - recensent Marieke
Maritiem bioloog Leah is al van kinds af aan geïntrigeerd door het leven diep in de zee, sinds ze haar vaders boeken en tijdschriften over beroemde duikers verslond. Boven het wateroppervlak heeft ze een fijn leven met haar vrouw Miri, maar de onderwaterwereld blijft aan haar trekken. Een niet volledig betrouwbaar en bereikbaar onderzoekscentrum geeft haar de kans om samen met twee andere bemanningsleden op duikexpeditie te gaan naar de diepste diepten van de oceaan. Helaas gaat er iets compleet mis: de duikboot verliest het contact met de bovenwereld en zinkt. De reis wordt een nachtmerrie in volslagen duisternis, op een onbereikbare plek, waarin de bemanning slechts kan afwachten.
Leahs logboekfragmenten worden afgewisseld met het verhaal van Miri, dat zich maanden later afspeelt. Blijkbaar heeft Leah haar avontuur overleefd, maar de Leah die terugkeert naar Miri is niet de Leah die we kennen uit het logboek en niet de Leah aan wie Miri al haar liefdevolle herinneringen heeft. Deze nieuwe Leah praat zelden, voedt zich met zoutwater en brengt haar dagen door in bad. De situatie heeft zijn weerslag op Miri: bezorgdheid om Leah, maar ook irritaties om de hoge waterrekening, nostalgische weemoed naar hun leven vóór de expeditie en de vergelijking met de zorg voor Miri’s moeder, die overleed na een lang, moeizaam ziekbed.
Hoe betrouwbaar Miri’s verslag van de gebeurtenissen is, weten we niet. Het is duidelijk dat ze worstelt met haar mentale gezondheid, stress en fobieën. Bovendien vertelt ze opvallend weinig over Leahs transformatie aan hun vrienden en kennissen. Miri is een binnenvetter, die al haar zorgen binnenhoudt en de zware taak om voor Leah te zorgen in eigen hand houdt, hoezeer dat ook aan haar vreet. Gelukkig heeft ze haar herinneringen aan hun relatie. Die fragmenten uit hun leven samen laten ook aan de lezer zien hoe kostbaar de relatie was en wat er op het spel staat. Via Miri’s herinneringen leren we Leah kennen en hechten ook wij ons aan deze vrouw, van wie steeds minder menselijks lijkt over te blijven.
Door het perspectief af te wisselen tussen Miri en Leah houdt Armfield het verhaal gevarieerd. Waar we meeleven met Miri, daar leert Leah ons over de wonderen van de oceaan. Hoe angstaanjagend, beklemmend en gekmakend het ook is om op de oceaanbodem gevangen te zitten, Leah vergeet nooit waarom de diepzee haar zo heeft gegrepen en neemt de lezer mee in haar fascinatie voor deze vreemde wereld. Miri leeft daarentegen in een bekende wereld, die we ons gemakkelijk kunnen voorstellen. De beleefwerelden van de twee vrouwen vullen elkaar op deze manier prachtig aan.
Het einde van het verhaal is niet verrassend, maar daardoor niet minder aangrijpend en passend. Armfield houdt de ambiguïteit erin. Ze geeft je de keuze of je de fantastische elementen accepteert als deel van een magische wereld, of dat je ze ziet als symbolische weergave van het verdriet om een geliefde. Beide interpretaties kloppen, ontroeren en blijven je bij.
Heb je last van watervrees of claustrofobie? Dan is dit boek een ware gruwel. Zo niet, dan is Onze vrouwen diep in de zee een schitterende, gevoelige en originele roman, met een liefdevolle beschrijving van een relatie tussen twee vrouwen en een knipoog naar De Kleine Zeemeermin – niet de Disneyversie, maar het origineel van Hans Christian Andersen.
Reageer op deze recensie