Lezersrecensie
Schrijnend en ongemakkelijk maar ook warm en liefdevol
Dit boek heb ik mogen lezen als deelnemer aan de lezersjury van de Hebban Debuutprijs.
- Schrijnend verhaal, maar wat een mooi debuut! Toegankelijk weten te schrijven over een zeer ongemakkelijk en beladen onderwerp, dat is erg knap.
- We maken kennis met Elias, 6 jaar, zijn vader en moeder, woonachtig in een gegoede wijk in Leiden. Het niet al te harmonieuze kleine gezin wordt uitgebreid met een broertje voor Elias, Johannes. Johannes wordt te vroeg geboren en tijdens het eerste ziekenhuisbezoek zegt pa plompverloren tegen zijn oudste zoon: “Ma heeft een Mongool gebaard”.
“Waren het mijn klasgenoten zelf of hun ouders geweest die zich zo vroeg in de ochtend hadden uitgesloofd? Ik had zelf mijn tas ingepakt. Plus die andere rugzak die aan de kapstok hing. Geen snoep, boterhammen met pasta, geen mascotte. De enige pop die ik van thuis had meegekregen verplaatste zich op een driewieler.”
- De toon is gezet. We volgen het gezin een aantal jaren en de verstandhoudingen en sfeer worden er niet beter op. Pa is een egocentrische, narcistische en agressieve man die uitsluitend aan zichzelf denkt. Ondanks de zware astma van Johannes blijft pa zijn shag roken, thuis en in de auto. Ma is labiel, kan haar man niet aan en vervalt keer op keer in de slachtofferrol. Elias is sterk, hij heeft in het ziekenhuis de belofte gedaan “ik zal goed voor mijn kleine broertje zorgen, zolang als we samen zijn’. En hoe jong hij ook is, Elias houdt het gezin, op zijn manier, draaiende. Hij zorgt voor zijn zwaar gehandicapte broer, voor zijn moeder, voor zijn vader en probeert niemand tot last te zijn. Onhoudbaar en ondoenlijk natuurlijk. De onmacht, de frustratie, de pijn, de eenzaamheid, de schijn ophouden voor de buitenwereld; het zit er allemaal in.
“Door hem, en door hem alleen waren wij geen gezin, maar een gruwelijke poppenkast geworden.”
- Gelukkig is daar de lieve mevrouw Eva, in het houten huis met een geit in de tuin. Mevrouw Eva ontfermt zich over de broertjes, ze zijn er veilig, mogen altijd langskomen, er is altijd iets lekkers voor de jongens en stapje voor stapje vertelt Elias zijn verhaal bij deze warme vrouw die zijn oma zou kunnen zijn. Kon hij hier maar voor altijd blijven…
- We volgen het gezin tijdens 6 lange en zeer moeizame jaren waarin nogal het een en ander gebeurt… en waar ik niet over zal uitweiden om spoilers te voorkomen.
“Als het waar was wat Eva zei, dat ik geen schuld had, waarom voelde het dan wel zo? En als ik geen schuld had, wie dan wel?”
- Schrijnend verhaal, maar wat een mooi debuut! Toegankelijk weten te schrijven over een zeer ongemakkelijk en beladen onderwerp, dat is erg knap.
- We maken kennis met Elias, 6 jaar, zijn vader en moeder, woonachtig in een gegoede wijk in Leiden. Het niet al te harmonieuze kleine gezin wordt uitgebreid met een broertje voor Elias, Johannes. Johannes wordt te vroeg geboren en tijdens het eerste ziekenhuisbezoek zegt pa plompverloren tegen zijn oudste zoon: “Ma heeft een Mongool gebaard”.
“Waren het mijn klasgenoten zelf of hun ouders geweest die zich zo vroeg in de ochtend hadden uitgesloofd? Ik had zelf mijn tas ingepakt. Plus die andere rugzak die aan de kapstok hing. Geen snoep, boterhammen met pasta, geen mascotte. De enige pop die ik van thuis had meegekregen verplaatste zich op een driewieler.”
- De toon is gezet. We volgen het gezin een aantal jaren en de verstandhoudingen en sfeer worden er niet beter op. Pa is een egocentrische, narcistische en agressieve man die uitsluitend aan zichzelf denkt. Ondanks de zware astma van Johannes blijft pa zijn shag roken, thuis en in de auto. Ma is labiel, kan haar man niet aan en vervalt keer op keer in de slachtofferrol. Elias is sterk, hij heeft in het ziekenhuis de belofte gedaan “ik zal goed voor mijn kleine broertje zorgen, zolang als we samen zijn’. En hoe jong hij ook is, Elias houdt het gezin, op zijn manier, draaiende. Hij zorgt voor zijn zwaar gehandicapte broer, voor zijn moeder, voor zijn vader en probeert niemand tot last te zijn. Onhoudbaar en ondoenlijk natuurlijk. De onmacht, de frustratie, de pijn, de eenzaamheid, de schijn ophouden voor de buitenwereld; het zit er allemaal in.
“Door hem, en door hem alleen waren wij geen gezin, maar een gruwelijke poppenkast geworden.”
- Gelukkig is daar de lieve mevrouw Eva, in het houten huis met een geit in de tuin. Mevrouw Eva ontfermt zich over de broertjes, ze zijn er veilig, mogen altijd langskomen, er is altijd iets lekkers voor de jongens en stapje voor stapje vertelt Elias zijn verhaal bij deze warme vrouw die zijn oma zou kunnen zijn. Kon hij hier maar voor altijd blijven…
- We volgen het gezin tijdens 6 lange en zeer moeizame jaren waarin nogal het een en ander gebeurt… en waar ik niet over zal uitweiden om spoilers te voorkomen.
“Als het waar was wat Eva zei, dat ik geen schuld had, waarom voelde het dan wel zo? En als ik geen schuld had, wie dan wel?”
1
Reageer op deze recensie