Lezersrecensie
Verrassend debuut
Dit boek heb ik mogen lezen als deelnemer aan de lezersjury van de Hebban Debuutprijs.
Ogenschijnlijk gemakkelijk geschreven maar het verhaal zit goed in elkaar. De schrijfstijl is recht voor zijn raap, met humor geschreven, korte en krachtige zinnen en nergens overdreven of wollig. De personnages zijn goed neergezet en komen echt tot leven. Het is een beetje of je met de ik-figuur aan tafel zit en zij je haar verhaal vertelt.
De hoofdpersoon neemt ons mee in haar leven van nu en haar leven in het jaar 2000; knap is dat je qua sfeer direct in de juiste periode bent. Het wordt nergens verwarrend of onoverzichtelijk. Het boek leest echt, cliché, als een trein.
- Dit debuut heeft me weten te verrassen. Ogenschijnlijk gemakkelijk geschreven maar het verhaal zit goed in elkaar. De schrijfstijl is recht voor zijn raap, rauw, eerlijk, maar ook met humor geschreven, korte en krachtige zinnen en nergens overdreven of wollig. De personnages zijn goed neergezet en komen echt tot leven. Het is een beetje of je met de ik-figuur aan tafel zit en zij je haar verhaal vertelt.
- Het boek is geschreven vanuit Maggie, een jonge vrouw die met haar man en pasgeboren zoontje in een omgebouwde kerk woont, net buiten de stad. Maggie is door haar zwangerschap, de bevalling en het moederschap een beetje ‘leeg’. Ze wil van alles maar er komt weinig uit haar handen. Eigenlijk zou ze, als free-lancer, opdrachten moeten binnenhalen, stukken moeten schrijven en actief bezig moeten zijn. Maar verder dan het, halfbakken, aanleggen van een geveltuin komt ze niet en ook het nieuwe huis wil maar geen ‘thuis’ worden.
- In het boek maken we kennis met de Maggie van nu, met man Alfons en zoontje Felix, en met de Maggie in het jaar 2000, toen zij met haar oudere zusje Robin bij hun moeder woonde. Haar ouders zijn gescheiden en vader heeft een nieuwe relatie met een vrouw die een dochter heeft van ongeveer haar leeftijd.
- De laatste zomervakantie met haar vader, haar zus, stiefmoeder en zusje is een belangrijke periode, mede door een heftige gebeurtenis. Beetje voor beetje raakt zij, na deze zomer, het contact met haar vader kwijt; zowel vader als dochters doen weinig moeite om elkaar op te zoeken of het contact te herstellen. De afstand tussen hen, zowel emotioneel als in kilometers, wordt groter. Maar Maggie wil hem dolgraag laten weten dat zij moeder is geworden en zij probeert langzaam, stapje voor stapje, haar vader te bereiken. Een lastige situatie, mede gezien het karakter van haar vader; vervelend, onsympathiek, egoïstisch en narcistisch.
- Maggie wordt goed en geloofwaardig neergezet; soms zou je haar wel door elkaar willen rammelen vanwege haar houding, haar laksheid, haar gedrag maar soms ook zou je haar een dikke knuffel willen geven. Goed gedaan.
“Pap?” vraag ik even later, en ik wil eigenlijk zeggen dat ik van hem hou, maar dat durf ik niet want zulke dingen zeggen wij nooit.”
“Er zit een speciaal soort egoïsme in ons bloed. En dan niet het speciaal van uitmuntend, maar meer van weerzinwekkend. Alleen is het aan mij dat niet door te geven.”
Ogenschijnlijk gemakkelijk geschreven maar het verhaal zit goed in elkaar. De schrijfstijl is recht voor zijn raap, met humor geschreven, korte en krachtige zinnen en nergens overdreven of wollig. De personnages zijn goed neergezet en komen echt tot leven. Het is een beetje of je met de ik-figuur aan tafel zit en zij je haar verhaal vertelt.
De hoofdpersoon neemt ons mee in haar leven van nu en haar leven in het jaar 2000; knap is dat je qua sfeer direct in de juiste periode bent. Het wordt nergens verwarrend of onoverzichtelijk. Het boek leest echt, cliché, als een trein.
- Dit debuut heeft me weten te verrassen. Ogenschijnlijk gemakkelijk geschreven maar het verhaal zit goed in elkaar. De schrijfstijl is recht voor zijn raap, rauw, eerlijk, maar ook met humor geschreven, korte en krachtige zinnen en nergens overdreven of wollig. De personnages zijn goed neergezet en komen echt tot leven. Het is een beetje of je met de ik-figuur aan tafel zit en zij je haar verhaal vertelt.
- Het boek is geschreven vanuit Maggie, een jonge vrouw die met haar man en pasgeboren zoontje in een omgebouwde kerk woont, net buiten de stad. Maggie is door haar zwangerschap, de bevalling en het moederschap een beetje ‘leeg’. Ze wil van alles maar er komt weinig uit haar handen. Eigenlijk zou ze, als free-lancer, opdrachten moeten binnenhalen, stukken moeten schrijven en actief bezig moeten zijn. Maar verder dan het, halfbakken, aanleggen van een geveltuin komt ze niet en ook het nieuwe huis wil maar geen ‘thuis’ worden.
- In het boek maken we kennis met de Maggie van nu, met man Alfons en zoontje Felix, en met de Maggie in het jaar 2000, toen zij met haar oudere zusje Robin bij hun moeder woonde. Haar ouders zijn gescheiden en vader heeft een nieuwe relatie met een vrouw die een dochter heeft van ongeveer haar leeftijd.
- De laatste zomervakantie met haar vader, haar zus, stiefmoeder en zusje is een belangrijke periode, mede door een heftige gebeurtenis. Beetje voor beetje raakt zij, na deze zomer, het contact met haar vader kwijt; zowel vader als dochters doen weinig moeite om elkaar op te zoeken of het contact te herstellen. De afstand tussen hen, zowel emotioneel als in kilometers, wordt groter. Maar Maggie wil hem dolgraag laten weten dat zij moeder is geworden en zij probeert langzaam, stapje voor stapje, haar vader te bereiken. Een lastige situatie, mede gezien het karakter van haar vader; vervelend, onsympathiek, egoïstisch en narcistisch.
- Maggie wordt goed en geloofwaardig neergezet; soms zou je haar wel door elkaar willen rammelen vanwege haar houding, haar laksheid, haar gedrag maar soms ook zou je haar een dikke knuffel willen geven. Goed gedaan.
“Pap?” vraag ik even later, en ik wil eigenlijk zeggen dat ik van hem hou, maar dat durf ik niet want zulke dingen zeggen wij nooit.”
“Er zit een speciaal soort egoïsme in ons bloed. En dan niet het speciaal van uitmuntend, maar meer van weerzinwekkend. Alleen is het aan mij dat niet door te geven.”
1
Reageer op deze recensie