Hoop versus hopelooos

De Straat is het eerste boek van Ann Petry, meer dan miljoen exemplaren zijn vertaald en verkocht. Het boek geeft een inkijk in het leven van zwarte vrouwen uit de arbeidersklasse. Een jonge vrouw woont met haar achtjarige zoon in de jaren veertig in een appartement: 116the Street in Harlem. Ze leiden een leven van grote armoede, hebben dagelijks te maken met racisme en seksisme is aan de orde van de dag. Lutie begrijpt dat genereren van geld betekent dat ze onafhankelijk kan zijn en keuzes kan maken op basis van haar wensen en niet op basis van een gebrek aan opties.
Petry beschrijft het leven in de context van detail. Je wordt de maatschappij ingetrokken, je voelt, ruikt en ziet hun wereld. Elk personage wordt minutieus weergegeven, waardoor het mogelijk wordt om deze op een dieper niveau te leren kennen en te begrijpen De achtergrond van Lutie lijkt altijd haar huidige keuzes te bepalen en ze krijgt nauwelijks kansen. Het leven lijkt weinig hoopvol.
Steeds ervaart de hoofdpersonage tegenslag, wordt de hoop de bodem ingeslagen en ervaart ze teleurstelling.
Het boek is prachtig geschreven, tegelijkertijd ook soms weerzinwekkend. Een boek dat nu ongeveer tachtig jaar na dato nog steeds actueel is en gelezen moet worden. Racisme en seksisme zijn van alle tijden en moet telkens opnieuw onder de aandacht gebracht worden en blijven.