Lezersrecensie
mooi rond met rafelrandjes
Het allereerste Hebban boek van de maand werd op 3 september 2023 bekend gemaakt. Het werd Alles wat had kunnen zijn van Ayọ̀bámi Adébáyọ̀, een Nigeriaanse auteur die met haar debuutroman Stay with me al in de prijzen viel. Alles wat had kunnen zijn is de Nederlandse vertaling (door Elvira Veenings) van A Spell of Good Things, genomineerd voor The Booker Price.
In deze roman maken we kennis met Wúràolá en Eniolá. Wúràolá groeide op in welvaart, staat aan het begin van een mooie carrière als arts en heeft een relatie met een man die hoog op de sociale ladder staat. Eniolá's wereld staat in het teken van geldgebrek. Hij wil niets liever dan iedere dag naar een goede school om zijn toekomst zeker te stellen. Zijn moeder doet alles wat ze kan op de eindjes aan elkaar te knopen en de school van haar kinderen te kunnen betalen terwijl vader zijn dagen slijt in een diepe depressie op bed.
Eenmaal het boek opengeslagen, treft de lezer een ogenschijnlijk eenvoudig te lezen boek, maar al gauw blijkt dat het toch wat concentratie vergt. De auteur en vertaler hebben niet alle woorden en frasen vertaald, het is aan de lezer om daar wel of geen betekenis aan te geven. De teksten in het Yorùbá kleuren mede het Nigeriaanse decor waartegen het verhaal zich afspeelt. Dat decor wordt langzaam opgetrokken en de personages komen langzaam uit de verf. De auteur neemt de tijd om een sterk fundament te bouwen waarop de verhalen zich verder kunnen voltrekken. Ze begint met een situatieschets van beide werelden, stukje bij beetje krijgen we een stukje van de puzzel gepresenteerd maar steeds net niet genoeg om erbij te kunnen. Totdat... En dan volgt er een achtbaan, uitstappen kan niet meer.
De auteur houdt de werelden gescheiden door het perspectief af te wisselen. Het is een veelgebruikte techniek die vaak werkt en dat is ook hier het geval. Nog een hoofdstuk doorlezen om weer terug te komen bij waar de andere verhaallijn eindigt of een pauze inlassen, het kan allebei. Ze beschrijft uitgebreid, geeft de personages duidelijk een eigen stem, maar laat voldoende aan de verbeelding van de lezer over. De gevoelens van Wúràolá blijven onbeschreven terwijl die van Eniolá meer, maar voldoende gedoseerd worden verteld. De band met Wúràolá ontstaat daardoor minder vanzelf, daar moet de lezer voor werken.
Daar waar Adébáyọ het Nigeriaanse decor mooi inkleurt, zijn de thema's niet typisch Nigeriaans maar eerder universeel. Hoofdthema's zijn geld (rijk versus arm), onderwijs en emancipatie, maar ook huiselijk geweld, politiek, corruptie, racisme en ongelijkheid komen ruimschoots aan bod. Daarmee schept de auteur ook een duidelijk beeld van het maatschappelijke klimaat in Nigeria maar brengt het dichtbij de lezer, de thema's staan voldoende dichtbij om mee te voelen.
Het verhaal begint en eindigt bij "tante" Caro, de plek waar beide werelden samen kunnen komen. Dit aspect voelt tegelijk ook wat gekunsteld, daar waar de afzonderlijke verhalen veel natuurlijker aanvoelen. Tegelijk voelt het verhaal daardoor mooi afgerond met rafelrandjes. Niet alle lijntjes zijn netjes afgewerkt. De lezer heeft nog wat in te kleuren waardoor het verhaal mooi nog even nazindert.
In deze roman maken we kennis met Wúràolá en Eniolá. Wúràolá groeide op in welvaart, staat aan het begin van een mooie carrière als arts en heeft een relatie met een man die hoog op de sociale ladder staat. Eniolá's wereld staat in het teken van geldgebrek. Hij wil niets liever dan iedere dag naar een goede school om zijn toekomst zeker te stellen. Zijn moeder doet alles wat ze kan op de eindjes aan elkaar te knopen en de school van haar kinderen te kunnen betalen terwijl vader zijn dagen slijt in een diepe depressie op bed.
Eenmaal het boek opengeslagen, treft de lezer een ogenschijnlijk eenvoudig te lezen boek, maar al gauw blijkt dat het toch wat concentratie vergt. De auteur en vertaler hebben niet alle woorden en frasen vertaald, het is aan de lezer om daar wel of geen betekenis aan te geven. De teksten in het Yorùbá kleuren mede het Nigeriaanse decor waartegen het verhaal zich afspeelt. Dat decor wordt langzaam opgetrokken en de personages komen langzaam uit de verf. De auteur neemt de tijd om een sterk fundament te bouwen waarop de verhalen zich verder kunnen voltrekken. Ze begint met een situatieschets van beide werelden, stukje bij beetje krijgen we een stukje van de puzzel gepresenteerd maar steeds net niet genoeg om erbij te kunnen. Totdat... En dan volgt er een achtbaan, uitstappen kan niet meer.
De auteur houdt de werelden gescheiden door het perspectief af te wisselen. Het is een veelgebruikte techniek die vaak werkt en dat is ook hier het geval. Nog een hoofdstuk doorlezen om weer terug te komen bij waar de andere verhaallijn eindigt of een pauze inlassen, het kan allebei. Ze beschrijft uitgebreid, geeft de personages duidelijk een eigen stem, maar laat voldoende aan de verbeelding van de lezer over. De gevoelens van Wúràolá blijven onbeschreven terwijl die van Eniolá meer, maar voldoende gedoseerd worden verteld. De band met Wúràolá ontstaat daardoor minder vanzelf, daar moet de lezer voor werken.
Daar waar Adébáyọ het Nigeriaanse decor mooi inkleurt, zijn de thema's niet typisch Nigeriaans maar eerder universeel. Hoofdthema's zijn geld (rijk versus arm), onderwijs en emancipatie, maar ook huiselijk geweld, politiek, corruptie, racisme en ongelijkheid komen ruimschoots aan bod. Daarmee schept de auteur ook een duidelijk beeld van het maatschappelijke klimaat in Nigeria maar brengt het dichtbij de lezer, de thema's staan voldoende dichtbij om mee te voelen.
Het verhaal begint en eindigt bij "tante" Caro, de plek waar beide werelden samen kunnen komen. Dit aspect voelt tegelijk ook wat gekunsteld, daar waar de afzonderlijke verhalen veel natuurlijker aanvoelen. Tegelijk voelt het verhaal daardoor mooi afgerond met rafelrandjes. Niet alle lijntjes zijn netjes afgewerkt. De lezer heeft nog wat in te kleuren waardoor het verhaal mooi nog even nazindert.
4
Reageer op deze recensie