Glimlach gewoon en zeg hallo!
Melody is een tiener die lijdt aan cerebrale parese. Ze zit in een rolstoel, kan niet zelfstandig eten, zich kleden of wassen. Maar het moeilijkste is dat ze niet kan spreken, alleen ongearticuleerde klanken voortbrengen. Haar gedachten zitten letterlijk opgesloten in haar hoofd. Mensen denken dan ook dat ze zwakzinnig is, gewoon afgaand op haar uiterlijk. In werkelijkheid is ze intelligent; ze heeft een fotografisch geheugen, kan zelfs niets vergeten. Zoals een harde schijf zonder deleteknop.
In mijn hoofd vertelt hoe ze er langzaam in slaagt uit dit isolement te komen en contact te leggen met de wereld rondom haar.
Sharon M Draper (1948, Cincinatti) is een Amerikaanse leerkracht en jeugdauteur. In 1997 werd ze verkozen tot National Teacher of the Year. Ze schrijft ook non-fictie over literatuur en opvoeding. Out of my mind kwam uit in 2010 en werd een internationale bestseller, uitgebracht in een twintigtal talen. Nu ook in het Nederlands, vertaald door Merel Leene. Draper is zelf moeder van een dochter met een hersenverlamming, maar stelt nadrukkelijk dat het verhaal niet autobiografisch is.
Melody, de ik-verteller, begint haar verhaal met het veelzeggende ‘Woorden’. In een bijna poëtische beschrijving vertelt ze hoe ze al vroeg aandacht had voor de woorden rondom haar. Op haar tweede kon ze gedachten met die woorden associëren, om dan abrupt te eindigen met: ‘Ik heb nog nooit een woord gesproken. Ik ben bijna elf jaar oud.’ Het is een weerkerend motief in het boek: hoe prettig, grappig, absurd komisch en luchtig sommige tafereeltjes ook verlopen, er volgt telkens een kleine speldenprik:
‘Ik hou van ze, alleen heb ik dat nooit kunnen zeggen.’
Het boek is rechtlijnig opgebouwd: van de korte inleidende hoofdstukjes waarin we kennismaken met Melody’s leefwereld (haar uiterlijk, ontwikkeling, hoe haar ouders met haar leren omgaan, haar eerste schooljaren) tot het langzaam inzoomen op vandaag. Melody is 10 jaar, zit in de vijfde klas, geniet van ‘inclusief’ onderwijs en gaat vrienden maken.
Draper gebruikt graag zintuiglijke adjectieven, die maken de verhalen fris en levendig. Een voorbeeld: Melody ‘lijdt’ aan synesthesie: een ‘aandoening waarbij iemand kleuren kan horen, of smaken kan zien als er muziek klinkt.'
‘Ik heb altijd van countrymuziek gehouden… country is citroenen; niet akelig wrang, maar suikerzoet en friszuur. Geglazuurde citroentaart, koele frisse citroenlimonade!’
Een mooie aanvulling is de stilistische tekening van goudvis Ollie die uit zijn ronde kom springt. Hij siert de cover, achterflap en het begin van elk hoofdstukje. Naar de symboliek is het niet ver zoeken.
Dagelijks omgaan met een kind met hersenverlamming is niet eenvoudig. Draper gaat dit niet uit de weg; de ouders hebben hun zorgen, ruzies soms, maar ook een grote veerkracht. Zorgvuldig zijn de begeleiders en leerkrachten geschetst. Ze zijn niet zwart-wit, maar wel schemert de overtuiging van de auteur er doorheen. Leerkracht Mw H. begrijpt dat Melody van verhalen houdt en geeft haar een hoofdtelefoon met luisterboeken.
Haar opvolgster Mw B. begrijpt er ‘niks’ van en met Kerst wordt nog steeds het alfabet dagelijks herhaald. De rebellie die uitbreekt onder ‘dit soort kinderen’ is een wrang humoristisch toneeltje. Maar de hoofdtrofee gaat naar de kleurrijke mevrouw V., de no-nonsense dame met de grote handen en het grote hart. Ze heeft haar eigen kijk op opvoeden en duwt Melody zacht maar beslist over haar grenzen.
In mijn hoofd is een fijn boek over een doodgewone tiener die slim en geestig is, maar de pech heeft dat haar lichaam beperkingen heeft. Melody laat de lezer meekijken vanuit haar wereld, op een eerlijke en realistische manier beschreven, maar ook met humor en een flinke portie zelfspot. De actieve, zintuiglijke en bijna poëtische verteltoon, de korte hoofdstukjes en de vlotte dialogen maken dat het boek leest als een filmscenario. Waarbij de lezer op de eerste rij zit. Voor even in een elektrische rolstoel, de wereld een explosie van geuren en kleuren.
En woorden, woorden, woorden…
Het laatste woord is aan Sharon Draper: als je Melody ooit ontmoet, wees dan niet onwennig, maar ‘glimlach gewoon en zeg “hallo!”’
Reageer op deze recensie