De mens vernietigt zichzelf
‘Dit is een boek over mensen en ons opmerkelijke vermogen om van alles en nog wat te verkloten.’ Zo begint Tom Phillips zijn boek De Mens. Phillips is journalist en cabaretier, en dat laatste is ontegenzeglijk merkbaar in zijn boek. Zijn komische manier van schrijven tovert geregeld een lach op je gezicht, in weerwil van de ernst van de onderwerpen.
Want echt lachen is het niet als je leest over de American Dust Bowl, droogte en stofstormen in de jaren 30 veroorzaakt door onder andere de zeer intensieve landbouw. Of over hoe het Aralmeer, ooit zo groot als de Benelux, een schim van zichzelf werd en hiermee de florerende visindustrie liet verdwijnen. En dit alles aangericht door de mens die het noodzakelijk vond om belangrijke rivieren om te leggen voor een nieuw project in de woestijn waar water voor nodig was. De verstrekkende gevolgen zijn op zijn minst schrijnend te noemen.
Zoals Phillips al zegt: ‘Zodra wij ergens neerstrijken, holt de buurt achteruit.’ Gedurende de 10 hoofdstukken ontdek je al snel een patroon van denkfouten, gecombineerd met pure domheid (noem het onwetendheid) en destructie. Dat er vaak geld en macht bij komt kijken zal niemand verbazen. Hij heeft ongelofelijke verhalen over politieke landsleiders waar de lezer zich bijwijlen in het theater van de lach waant.
Na ieder hoofdstuk geeft hij in kaders nog wat extra blunders weer die betrekking hebben op het besproken onderwerp. Denk hierbij aan: wetenschappers die bezweken aan hun eigen uitvinding of ontdekkingsreizigers die de mist in gingen. Sarcasme viert hoogtij. In een korte geschiedenis van onze blinde vlekken laat hij de allereerste auto-, trein,- en vliegtuigongelukken passeren. Dit zijn werkelijk heel bizarre tragedies. In ‘voorspellingen van prominenten die nooit uit zouden komen’ haalt hij de zeer grappige uitspraak aan (gemaakt in 1977): ‘Individuen hebben geen reden om thuis een computer te hebben.’ En: ‘In het jaar 2000 zal de politiek simpelweg verdwenen zijn dankzij de grote welvaart.’ In het nawoord schrijft hij in een conclusie dat we naar alle waarschijnlijkheid precies dezelfde fouten blijven maken als in het verleden. Hoe actueel is dit boek!
Phillips gebruikt het woord: ‘waarschijnlijk’, wanneer hij iets niet zeker weet. Het hoofdstuk over kolonialisme is minder grappig geschreven en wellicht wat saai, daar waarschuwt hij dan ook voor. Verder leest zijn boek De Mens, Een kleine geschiedenis van onze allergrootste fuck-ups zeer vlot en is echt vermakelijk, soms cartoonachtig geschreven.
Reageer op deze recensie