Lezersrecensie
Allemaal willen we de hemel voor nu en later
Heel af en toe lees je een boek dat indruk maakt. Een boek dat je bijblijft, lang nadat je het hebt dichtgeslagen. Het is altijd bijzonder als dat gebeurt en ik gun iedereen zo’n ervaring. Daarom raad ik Allemaal willen we de hemel van Els Beerten van harte aan.
Allemaal willen we de hemel behandelt de Tweede Wereldoorlog op een voor mij nieuwe manier. Het gaat niet om veldslagen, om onderduiken en trotse verzetshelden. Het gaat om menselijke relaties, persoonlijke keuzes en het gegeven dat een enkel moment in je leven, alles kan veranderen. Wat je gelooft, bepaalt je wereld, lijkt Beerten te zeggen. Dat is zo in oorlogstijd, maar ook daarbuiten.
Het grootste gedeelte van het boek speelt zich af van in de periode 1942 - 1945. Daarin wordt het verhaal verteld van de Vlaamse familie Claessen met Jef, zijn zus Reneé en jongere broer Remi. Je maakt kennis met hun vriend Ward en leest hoe de oorlog verloopt voor elk van hen. Cruciaal is de scene waarin Ward en Jef overgehaald worden om aan het Oostfront te gaan vechten, met de Duitsers, om de communisten tegen te houden. Ward wil zijn plicht niet verzaken en het goede doen voor volk en vaderland. Jef voelt zich ook geroepen, maar wordt door zijn familie tegengehouden. Een kantelpunt.
In 1947 komt Ward terug naar België, hoewel hij weet dat hem een proces te wachten staat wegens heulen met de Duitsers. In afwachting van het proces leef je mee met Ward en ook met de familie Claessen. Het gaat dan over de voorbereiding, het proces zelf en de afloop.
Je moet wel concluderen dat Els Beerten een ingetogen vrouw is. Zonder veel ophef, zonder theatrale scenes, weet zij je pagina na pagina te boeien met klare taal. Doorspekt met Vlaamse uitdrukkingen die het voor een Nederlandse lezer des te authentieker doen klinken. Door niet te veel te vertellen, zet de schrijfster je aan het denken. Er staat niet dat Jef homoseksueel is bijvoorbeeld, maar tussen de regels door krijg je, in elk geval als volwassen lezer, wel de indruk dat er mogelijk in zijn relatie tot Ward meer speelt.
De vorm die Beerten gekozen heeft, is opvallend. Maar liefst vier ik-figuren wisselen elkaar af; het bracht me even in verwarring. Zonder dat het wordt aangekondigd, verandert in hoofdstuk twee de stem van de verteller. Zo wisselt het perspectief vaker en zie je de wereld vanuit vier verschillende personen: hoofdrolspelers Jef Claessen en Ward Dusoleil (alias Martin Lenz), en de zus en kleine broer van Jef: Renée en Remi. Renée wordt verliefd op Ward, en Ward op haar. Remi is vooral gericht op Jef. Beerten weet met de taal en de beschrijvingen elk personage een eigen geluid en een eigen sfeer te geven. Daarbij speelt muziek een belangrijke rol. Op mij kwam dit heel overtuigend over.
Naast de verschillende ik-figuren heb je als lezer ook nog te maken met wisselingen in de tijd: een extra uitdaging. Het verhaal loopt niet zuiver chronologisch, maar speelt zich in verschillende jaren af. Er wordt vaak teruggekeken op gebeurtenissen in het verleden. Het voelt alsof je langzaam de stukjes van een puzzel op de juiste plaats kunt leggen. En zonder iets te verraden, kan ik zeggen dat de laatste puzzelstukjes verrassend zijn.
Het boek is niet onopgemerkt gebleven en won meerdere prijzen. Els Beerten liet in haar dankwoord voor de cultuurprijs weten dat zij een verhaal wilde schrijven over iemand die vol goede bedoelingen op pad vertrok om gaandeweg vast te stellen dat hij niet enkel zichzelf, maar ook zijn omgeving de vernieling in sleurde. Het is zeker gelukt om uit de buurt te blijven van het standaardstramien waarin de held obstakels overwint, om er uiteindelijk sterker uit te komen. Beerten slaagt erin een genuanceerd beeld te schetsen over lafheid en moed, over eerlijk zijn en oneerlijk, goed doen en kwaad. En zoals zij zelf zegt “de nuance is het wapen tegen elke vorm van extremisme.” Dat maakt het boek in mijn ogen nog meer het lezen waard.
Allemaal willen we de hemel is dus een oorlogsboek dat verrast. Het laat je de wereld zien door de ogen van mirakelmaker Remi, de verliefde Renée die worstelt met hoofd en hart, en de jongens Jef en Ward die helden willen worden, maar dat brengt hen niet de hemel op aarde. Elk van hen wil het goede doen, voor nu en voor later, voor zichzelf, maar misschien nog meer voor anderen. Maar ten koste waarvan? Het boek geeft je geen duidelijk antwoord. En dat leidt tot een bijzondere leeservaring.
Allemaal willen we de hemel behandelt de Tweede Wereldoorlog op een voor mij nieuwe manier. Het gaat niet om veldslagen, om onderduiken en trotse verzetshelden. Het gaat om menselijke relaties, persoonlijke keuzes en het gegeven dat een enkel moment in je leven, alles kan veranderen. Wat je gelooft, bepaalt je wereld, lijkt Beerten te zeggen. Dat is zo in oorlogstijd, maar ook daarbuiten.
Het grootste gedeelte van het boek speelt zich af van in de periode 1942 - 1945. Daarin wordt het verhaal verteld van de Vlaamse familie Claessen met Jef, zijn zus Reneé en jongere broer Remi. Je maakt kennis met hun vriend Ward en leest hoe de oorlog verloopt voor elk van hen. Cruciaal is de scene waarin Ward en Jef overgehaald worden om aan het Oostfront te gaan vechten, met de Duitsers, om de communisten tegen te houden. Ward wil zijn plicht niet verzaken en het goede doen voor volk en vaderland. Jef voelt zich ook geroepen, maar wordt door zijn familie tegengehouden. Een kantelpunt.
In 1947 komt Ward terug naar België, hoewel hij weet dat hem een proces te wachten staat wegens heulen met de Duitsers. In afwachting van het proces leef je mee met Ward en ook met de familie Claessen. Het gaat dan over de voorbereiding, het proces zelf en de afloop.
Je moet wel concluderen dat Els Beerten een ingetogen vrouw is. Zonder veel ophef, zonder theatrale scenes, weet zij je pagina na pagina te boeien met klare taal. Doorspekt met Vlaamse uitdrukkingen die het voor een Nederlandse lezer des te authentieker doen klinken. Door niet te veel te vertellen, zet de schrijfster je aan het denken. Er staat niet dat Jef homoseksueel is bijvoorbeeld, maar tussen de regels door krijg je, in elk geval als volwassen lezer, wel de indruk dat er mogelijk in zijn relatie tot Ward meer speelt.
De vorm die Beerten gekozen heeft, is opvallend. Maar liefst vier ik-figuren wisselen elkaar af; het bracht me even in verwarring. Zonder dat het wordt aangekondigd, verandert in hoofdstuk twee de stem van de verteller. Zo wisselt het perspectief vaker en zie je de wereld vanuit vier verschillende personen: hoofdrolspelers Jef Claessen en Ward Dusoleil (alias Martin Lenz), en de zus en kleine broer van Jef: Renée en Remi. Renée wordt verliefd op Ward, en Ward op haar. Remi is vooral gericht op Jef. Beerten weet met de taal en de beschrijvingen elk personage een eigen geluid en een eigen sfeer te geven. Daarbij speelt muziek een belangrijke rol. Op mij kwam dit heel overtuigend over.
Naast de verschillende ik-figuren heb je als lezer ook nog te maken met wisselingen in de tijd: een extra uitdaging. Het verhaal loopt niet zuiver chronologisch, maar speelt zich in verschillende jaren af. Er wordt vaak teruggekeken op gebeurtenissen in het verleden. Het voelt alsof je langzaam de stukjes van een puzzel op de juiste plaats kunt leggen. En zonder iets te verraden, kan ik zeggen dat de laatste puzzelstukjes verrassend zijn.
Het boek is niet onopgemerkt gebleven en won meerdere prijzen. Els Beerten liet in haar dankwoord voor de cultuurprijs weten dat zij een verhaal wilde schrijven over iemand die vol goede bedoelingen op pad vertrok om gaandeweg vast te stellen dat hij niet enkel zichzelf, maar ook zijn omgeving de vernieling in sleurde. Het is zeker gelukt om uit de buurt te blijven van het standaardstramien waarin de held obstakels overwint, om er uiteindelijk sterker uit te komen. Beerten slaagt erin een genuanceerd beeld te schetsen over lafheid en moed, over eerlijk zijn en oneerlijk, goed doen en kwaad. En zoals zij zelf zegt “de nuance is het wapen tegen elke vorm van extremisme.” Dat maakt het boek in mijn ogen nog meer het lezen waard.
Allemaal willen we de hemel is dus een oorlogsboek dat verrast. Het laat je de wereld zien door de ogen van mirakelmaker Remi, de verliefde Renée die worstelt met hoofd en hart, en de jongens Jef en Ward die helden willen worden, maar dat brengt hen niet de hemel op aarde. Elk van hen wil het goede doen, voor nu en voor later, voor zichzelf, maar misschien nog meer voor anderen. Maar ten koste waarvan? Het boek geeft je geen duidelijk antwoord. En dat leidt tot een bijzondere leeservaring.
1
3
Reageer op deze recensie