Sterk vervolg prikkelt lezer
In 2016 debuteert Jeroen van Unen met het veelbelovende De nachtuilen waarin hij het spannende avonturenverhaal van Tobias uiteenzet. De slotregels van dit verhaal beloven veel goeds: deel twee kan nog spannender en avontuurlijker worden. Met De slang van Havilah vervolgt Van Unen het avontuur van Tobias. En inderdaad; al snel blijkt dit tweede deel in veel opzichten sterker dan het eerste.
Met de eerste hoofdstukken van De slang van Havilah zorgt Van Unen voor een allesbehalve gespreid bedje. Een mysterieuze proloog en een uitgebreide dialoog tussen Tobias en kat Loesje laten de lezer spartelen; deze wereld is weer even onbekend, we moeten wennen. In eerste instantie herhaalt Van Unen weinig uit het eerste deel en biedt hij de lezer niet heel veel houvast. Samen met Tobias werpt hij je direct in het avontuur.
Tobias heeft inmiddels wat meer controle over zijn magie en van Elianne heeft hij diverse trucjes geleerd. Samen met zijn vriendengroep de Nachtuilen, onder wie Rika, zoekt hij zijn vader Thommes op. Hij wil hem helpen strijden tegen de slechte Malic. Bovendien wil hij helpen zoeken naar de geheime tempel.
Vrijwel direct bouwt Van Unen de spanning in het boek zorgvuldig op. Door handig gebruik te maken van perspectiefwisselingen zorgt hij voor informatievoorsprong voor de lezer. Al snel weet je meer dan Tobias en zie je het onheil aankomen. Zijn nieuwsgierige karakter gaat voor problemen zorgen. Tegelijkertijd legt Van Unen na de eerste hoofdstukken meer linkjes met het eerste deel van de serie. Op die manier schept hij vaste grond onder de voeten van de lezer; dit herkennen we en dit kunnen we plaatsen.
Wanneer Tobias met zijn Nachtuilen naar de aarde keert, om te strijden tegen Malic, komen ze in de problemen. Op aarde hebben diverse ontvoeringen en gijzelingen plaatsgevonden en Rika wordt op gruwelijke wijze te grazen genomen. Al snel legt Tobias de schuld bij Malic en zijn onderdaan Bash. Terwijl Thommes samen met de andere Nachtuilen de zoektocht naar de geheime tempel voortzet, laat Tobias zich min of meer vrijwillig opsluiten in de kerker van Malic. Wanneer hij weet te ontsnappen, kan hij Rika redden, zo is hem verteld. Voor hem breekt een bijzondere periode aan waarin hij leert over zichzelf, over de geschiedenis en over het gebruik van zwarte magie.
Vanaf het vertrek van Tobias ontstaat een zeer aantrekkelijke tweedeling verhaal. Enerzijds maakt de lezer via Rika mee wat er gebeurt in de wereld van Thommes. Anderzijds leef je mee met Tobias die in de kerkers zit en vecht voor het leven van Rika. Beide verhalen lopen over van de avontuurlijke en spannende gebeurtenissen. Van Unen gunt geen enkel personage lange tijd rust, waardoor de lezer ook weinig rust krijgt. Gebeurtenissen volgen elkaar in rap tempo op en houden de spanning hoog. Goed gevonden zijn daarbij de cliffhangers van Van Unen; ze zorgen voor een continu gevoel van onrust bij de lezer en maken het boek bij vlagen tot een ware pageturner.
Anders dan in het eerste deel van de serie heeft kat Loesje een betekenisvolle rol in dit deel. Hoewel het nog steeds bizar aanvoelt dat ze kan spreken, gedachten kan uitwisselen en van gedaante kan verwisselen, lijkt haar aandeel in het verhaal logischer en belangrijker. Daarmee wint De slang van Havilah in aantrekkingskracht.
Helaas maakt Van Unen in het slot een en ander kapot. Waar het grootste deel van het boek gekenmerkt wordt door zorgvuldigheid en gedetailleerdheid, verdwijnen deze elementen in de laatste hoofdstukken. Het verhaal van Tobias en de zoektocht van Thommes komen vrij plotseling in een stroomversnelling en worden zo niet nog sneller en zelfs vrij plotseling opgelost. Het gevolg is tweeledig: het verhaal blijft spannend en aantrekkelijk maar verliest iets aan aannemelijkheid.
Toch lijkt het de pret niet te drukken. De slang van Havilah is een aantrekkelijk en zeer avontuurlijk fantasyverhaal dat de lezer prikkelt. Het smaakt naar meer.
Reageer op deze recensie