Nét even anders dan andere genderboeken
‘Ik ben gewoon een heteromeisje dat gevangen zit in een jongenslichaam.’ Al vanaf zijn achtste weet David het zeker: hij wil een meisje worden. Wanneer hij veertien jaar is, stelt hij zich als doel dat hij het dit jaar aan zijn ouders zal gaan vertellen. Echter, voor dat gaat gebeuren, zal hij nog wel een paar drempels over moeten.
Davids verhaal vormt de basis voor het interessante verhaal in Wie is nou normaal? van Lisa Williamson. In 2016 debuteerde zij met haar verhaal over transgenders. Daarmee sluit ze aan in een steeds langer wordende reeks boeken over jongeren die in het verkeerde lichaam zijn geboren.
Williamson verrijkt Wie is nou normaal? door een tweede hoofdpersoon toe te voegen: Leo. Leo woont samen met zijn tweelingzus Amber en zijn kleine zusje Tia bij hun moeder. Thuis hebben ze het allesbehalve breed en zijn moeder verwaarloost haar kinderen min of meer. Nadat Leo ‘voor zijn eigen veiligheid’ van school gestuurd wordt, start hij op een nieuwe school. Het is de school waar David met zijn vrienden Felix en Essie naartoe gaat.
Vrijwel direct trekt Williamson de lezer mee in haar verhaal. Met twee zeer verschillende hoofdpersonen in twee zeer verschillende leefomstandigheden maakt ze haar verhaal direct bijzonder. Haar uiterst scenische weergave van de verhaalgebeurtenissen zorgt er bovendien voor dat je als lezer naast Leo en David staat. Je lijdt mee, je huilt mee en je lacht mee. Daarbij houdt een gezonde dosis humor in dialogen en beschrijvingen het verhaal lange tijd luchtig: ‘Om me te steunen heeft Essie haar bovenlip naar binnen gedraaid, en Felix zijn oogleden omgeklapt.’
In slechts weinig woorden weet Williamson exact de juiste sfeer te creëren, bij zowel David thuis als bij Leo. Dit doet ze zo gedetailleerd dat menig lezer zich niet alleen toeschouwer voelt, maar onderdeel van het verhaal of onderdeel van Leo of David. Precies op de juiste momenten voelt de lezer hetzelfde leed, verdriet of dezelfde vreugde: ‘Ik krijg geen vlinders in mijn buik, ik word niet misselijk. Mijn spraakvermogen wordt niet aangetast. Ik word niet knalrood. En toch voel ik wel degelijk iets. Ik ben er alleen nog niet uit wat het is, en dat drijft me tot waanzin.’
Maar niet alleen de schrijfstijl en de verteltrant maken Wie is nou normaal? tot een succes. De verhalen van David en Leo vormen de belangrijkste succesfactor van het boek. Williamson besteedt veel aandacht aan de gedachten en gevoelens van de beide jongens, waardoor ze beide verhalen van extra diepgang voorziet. Geen enkel element in de levensverhalen doet onrealistisch of onnatuurlijk aan. Vanaf het moment dat David en Leo met elkaar in aanraking komen, krijgt het verhaal bovendien een extra dimensie. De lezer ziet hoe eenzaam beide jongens zijn, elk op hun eigen manier. Tevens voelt de lezer hoe de jongens langzaam veranderen en meer mens worden. Williamson weet dit prachtig en uiterst geloofwaardig in beeld te brengen.
Slechts twee verhaalelementen verdienen kritiek. Het behelst Leo’s zoektocht naar zijn vader en het toch wel clichématige einde. Waar het hele verhaal gekenmerkt wordt door gedetailleerdheid en zorgvuldigheid, lijken beide elementen zoek in de passages waarin Leo ontdekt wie zijn echte vader is. In tegenstelling tot de rest van het verhaal, lijkt dit stuk uit de lucht gegrepen en doet het onnatuurlijk aan. Het mist de zorgvuldigheid van de rest van het verhaal. Een niemendalletje binnen een verder prachtig verhaal.
Met een clichématig einde waarbij het element ‘eind goed al goed’ toch wel van groot belang lijkt, sluit Williamson haar debuut af. Ze stopt de verhalen van David en Leo, maar beëindigt ze niet. Een nieuwe toekomst ligt open voor de mannen.
Wie is nou normaal? is een hartverscheurend, prachtig debuut dat niet ongelezen mag blijven. Het vormt een uniek exemplaar in de lange reeks genderboeken. ‘Dat ik niet normaal ben. Het zou voor iedereen veel makkelijker zijn als ik normaal was.’
Reageer op deze recensie