Sterk opgezet maar afgeraffeld eerste deel
Na The 100 flikt Kass Morgan het opnieuw. In het eerste deel van haar nieuwe serie, Lichtjaren, creëert ze wederom een bijzondere dystopische wereld in de eindeloze ruimte. Deze keer betreft het een wereld met verschillende planeten in het zonnestelsel. Na jaren van oorlog tussen Tri, Loos, Deva en Chetire komt er eindelijk een moment van samenwerken. Jongeren van Loos, Deva en Chetire krijgen voor het eerst de kans met Tri-leden te studeren aan de Quatra Fleet Academy, om zo samen te strijden tegen de naderende Schimmen.
Zoals een goede dystopie-schrijver betaamt weet Morgan in no time een prachtige nieuwe wereld te scheppen. Ze neemt de lezer mee in de wereld vol verschillende planeten en ontwikkelt een geheel nieuw perspectief. Ze laat vier jongeren – Cormak (Deva), Arran (Chetire), Orelia (Loos) en Vesper (Tri) – hun verhaal vertellen. Elk is door de selectie van de Academie gekomen en gaat om persoonlijke redenen de uitdaging aan. Tijdens de selectie worden ze samen in één viertal geplaatst en zullen ze het op moeten nemen tegen andere viertallen. Degene die de meeste opdrachten met onder andere het oorlogsschip wint, zal het jaar mogen afsluiten met een echte missie.
Wie Lichtjaren openslaat, voelt niet direct vernieuwing. Het verhaal lijkt in alles een soort samenraapsel van elementen uit boeken als Divergent van Veronica Roth en Broederband van John Flanagan: jongeren worden door de grotere macht geleid in hun leven (‘Bij aankomst op de Academie had iedere nieuwe cadet een link aangemeten gekregen, waarmee je niet alleen toegang kreeg tot de gewoonlijke gegevens, maar die ook persoonlijke instructies uitdeelde.’), maken keuzes die opgelegd worden door moderne technologie, moeten met elkaar – in een niet door hunzelf gekozen samenstelling - teamwork verrichten en strijden tegen andere teams. Tegelijkertijd hebben ze een verborgen agenda waarin ze geheimen voor de anderen bewaren en leugens gebruiken om ‘veilig’ te blijven. Het klinkt als het bekende riedeltje…
Toch weet Morgan met Lichtjaren wél indruk te maken. Haar toegankelijke schrijfstijl, waarbij korte zinnen en sterke dialogen afgewisseld worden met goede beschrijvingen van de toch wel nieuwe omgeving, draagt daar volledig aan bij. Als lezer heb je weinig tijd nodig je de enscenering eigen te maken, waardoor je het verhaal al snel goed kunt volgen; Morgan heeft de wereld compleet gemaakt.
Dan volgt een superspannend plot vol geheimen, mysteries, liefdesrelaties en actie. Morgan besteedt veel tijd aan de gedachtes van de personages en werpt zo diverse rookgordijnen op. Elk personage heeft zo zijn of haar eigen beweegredenen en angsten en slechts jij als lezer kent ze allemaal: ‘Dus kon ze al haar aandacht richten op het voornaamste doel: de coördinaten van de geheime locatie van de Academie te pakken krijgen en die doorsturen naar de militaire leiding op Sylvan.’
Allen zorgen op die manier voor een prachtige spanningsopbouw die gedurende het hele verhaal strakgespannen blijft. Naast veel actievolle gebeurtenissen maakt Morgan bovendien ethische en maatschappelijke dilemma’s als machtsmisbruik, discriminatie, onmogelijke liefdes en wraak bespreekbaar. Wel bewandelt ze regelmatige het lijntje dat de grens tussen logisch en onrealistisch scheidt. Diverse verhaalelementen fungeren slechts als gegevens om de plotontwikkeling te kunnen verklaren – zoals het contact tussen Cormak en zijn thuisfront – maar vallen niet logisch binnen het verhaal. Toch blijkt dit niet de grootste boosdoener.
In de slotakkoorden verliest Morgan zelf de macht over het oorlogsschip. Een einde waarin gebeurtenissen elkaar veel te snel opvolgen volgt. Er lijkt nauwelijks aandacht te zijn voor de climax waar het lezerspubliek de eerdere 200 bladzijden op zat te wachten en binnen enkele ademhalingen en na een paar keer knipperen met de ogen sta je vanaf de zijlijn toe te kijken hoe de jongeren hun eerste etappe afsluiten. Zonde? Jazeker; hier had meer in gezeten. De dubbele agenda’s, startende liefdesrelaties en onzekere posities van de jongeren in het machtige universum verdienden meer. Maar wellicht is dat iets voor deel twee. Een onwijs spannend slotstuk vraagt namelijk wel om een vervolg.
Reageer op deze recensie