Lezersrecensie
keuzes, ontwikkeling, opstand
Het meisje uit de Mandenmakerssteeg heb ik in braille gelezen. Deze uitgave is beschikbaar bij Passend lezen. Het bestond uit 11 banden en liet mij duidelijk in mijn hoofd teruggaan in de tijd en mijn beleving werd daardoor anders van die tijd.
In het decor van het Amsterdamse Pachtersoproer in 1748 maken we kennis met de jonge Leentje. Leentje groeit op in een tijd van armoede als dochter van een visvrouw. Haar moeder Mat wordt tot wanhoop gedreven door de enorme pachtgelden en komt in opstand tegen de pachters. Dit organiseert ze in het geheim. Leentje besluit haar eigen pad te volgen en te laten zien dat ze kan ontwikkelen. Ze krijgt de kans als dienstmeisje bij een van de meest gehate vispachters. Dit levert een patstelling op met haar moeder en ze staan dan ook lijnrecht tegenover elkaar. Lukt het Leentje zich verder te ontwikkelen?
Je leest het verhaal van Leentje. Ze leven in een tijd waarin de leefomstandigheden heel slecht zijn en financieel moeilijk rondkomen is. De voornaamste redenen zijn dan ook de hoge belastingen die ze moeten betalen. Leentje wil zich verder ontwikkelen en eigenlijk in een omgeving komen te leven waarin ze niet naar vis stinkt. Ze krijgt dan ook het aanbod om dienstbode te worden bij een van de ‘welgestelde’ families, een van de meest gehate vispachters.
Als lezer zijnde voelde je de strijd waarin Leentje zat. De angst voor de reactie van haar moeder op het moment dat ze ervoor koos om aan de slag te gaan bij die familie. Het advies van Pieter om te voorkomen dat ze recht tegenover haar moeder zou komen te staan. Maar ook de armoede waarin ze opgroeide en de lessen in het leren lezen en schrijven die ze kreeg. Je leest hier wel over dat dit zijn vruchten afwierp maar niet hoe dit verder verliep. Toch vond ik het verhaal wel iets bijzonders hebben en bij zich dragen: keuzes maken om je eigen leven te verbeteren, je zal het zelf moeten doen wil je dat er iets verandert. Een strijd waarin Leentje uiteindelijk toch tegenover haar moeder staat.
De gehate vis pachter vond ik een raar mannetje. Ik kreeg een raar beeld van de man, ook wel een beetje geniepig.
Het verhaal leest voor mij wel lekker weg. Ik kon me een goed beeld vormen van wat er in die tijd gebeurde.
Het meeste wat mij in dit verhaal bij bleef, is de ontwikkeling van de band met de moeder van Jacob waar Leentje gaat werken als dienstbode. Je voelt de eenzaamheid van de oudere dame die geniet van de nabijheid van Leentje en haar de kans geeft eerder een dochter band met haar op te bouwen dan een dienstverband. Het leren lezen, schrijven, borduren en eigenlijk het voeren van een huishouden, vaardigheden die Leentje uit de Mandenmakerssteeg thuis niet direct kon ontwikkelen. Maar daar tegenover stond dan ook de strijd die ontstond met haar moeder Mat die met de Pachtersoproer ook voor haar belangen opkwam.
Eerder las ik het nieuwste boek van Marja Visscher, ‘de Weduwe van de Kolonie’ over een stukje Nederlands erfgoed en Het verdwenen kind, een boek dat zich afspeelde in de Hoeksche Waard.
In het decor van het Amsterdamse Pachtersoproer in 1748 maken we kennis met de jonge Leentje. Leentje groeit op in een tijd van armoede als dochter van een visvrouw. Haar moeder Mat wordt tot wanhoop gedreven door de enorme pachtgelden en komt in opstand tegen de pachters. Dit organiseert ze in het geheim. Leentje besluit haar eigen pad te volgen en te laten zien dat ze kan ontwikkelen. Ze krijgt de kans als dienstmeisje bij een van de meest gehate vispachters. Dit levert een patstelling op met haar moeder en ze staan dan ook lijnrecht tegenover elkaar. Lukt het Leentje zich verder te ontwikkelen?
Je leest het verhaal van Leentje. Ze leven in een tijd waarin de leefomstandigheden heel slecht zijn en financieel moeilijk rondkomen is. De voornaamste redenen zijn dan ook de hoge belastingen die ze moeten betalen. Leentje wil zich verder ontwikkelen en eigenlijk in een omgeving komen te leven waarin ze niet naar vis stinkt. Ze krijgt dan ook het aanbod om dienstbode te worden bij een van de ‘welgestelde’ families, een van de meest gehate vispachters.
Als lezer zijnde voelde je de strijd waarin Leentje zat. De angst voor de reactie van haar moeder op het moment dat ze ervoor koos om aan de slag te gaan bij die familie. Het advies van Pieter om te voorkomen dat ze recht tegenover haar moeder zou komen te staan. Maar ook de armoede waarin ze opgroeide en de lessen in het leren lezen en schrijven die ze kreeg. Je leest hier wel over dat dit zijn vruchten afwierp maar niet hoe dit verder verliep. Toch vond ik het verhaal wel iets bijzonders hebben en bij zich dragen: keuzes maken om je eigen leven te verbeteren, je zal het zelf moeten doen wil je dat er iets verandert. Een strijd waarin Leentje uiteindelijk toch tegenover haar moeder staat.
De gehate vis pachter vond ik een raar mannetje. Ik kreeg een raar beeld van de man, ook wel een beetje geniepig.
Het verhaal leest voor mij wel lekker weg. Ik kon me een goed beeld vormen van wat er in die tijd gebeurde.
Het meeste wat mij in dit verhaal bij bleef, is de ontwikkeling van de band met de moeder van Jacob waar Leentje gaat werken als dienstbode. Je voelt de eenzaamheid van de oudere dame die geniet van de nabijheid van Leentje en haar de kans geeft eerder een dochter band met haar op te bouwen dan een dienstverband. Het leren lezen, schrijven, borduren en eigenlijk het voeren van een huishouden, vaardigheden die Leentje uit de Mandenmakerssteeg thuis niet direct kon ontwikkelen. Maar daar tegenover stond dan ook de strijd die ontstond met haar moeder Mat die met de Pachtersoproer ook voor haar belangen opkwam.
Eerder las ik het nieuwste boek van Marja Visscher, ‘de Weduwe van de Kolonie’ over een stukje Nederlands erfgoed en Het verdwenen kind, een boek dat zich afspeelde in de Hoeksche Waard.
1
Reageer op deze recensie