Meditaties over hout en overleven in koud Noorwegen
De man en het hout geeft de lezer een kans om de binding met de natuur te hernieuwen via deze ode aan het bos en de relatie met vuur. Dit boek is een praktische handleiding voor alles wat te maken heeft met het kappen, hakken, stapelen, drogen en verstoken van alle soorten hout. Auteur Lars Mytting (1968) is geboren in Fåvang in Noorwegen en hij is journalist en schrijver. In Nederland is zijn roman De Vlamberken verschenen.
Een man met een zaag, bijl en een auto met aanhanger kan in Noorwegen hout voor de hele winter hakken, kloven en stapelen (om te drogen). Hij moet volgens de Noorse wet naast elektriciteit een andere bron van warmte in zijn huis hebben om niet te bevriezen bij calamiteiten, zoals zware storm, kabelbreuk en strenge vorst. Velen kiezen voor de houtkachel. Hout is – zeker in Noorwegen – meestal dicht bij huis te vinden.
Het boek biedt de harde cijfers over hoeveel berken er omgezaagd moeten worden om een winterseizoen door te komen voor een gezin in een woonhuis. In dit geval is dat driehonderd kilogram hout per hoofd van de bevolking; dat is slechts 12% van de totale bijgroei in bossen per jaar. Het besef dat olie, gas en steenkool stoken schade veroorzaakt zoals verzuring van bodems en klimaatverandering is doorgedrongen, blijkt uit dit boek. Houtstook daarentegen is CO2 neutraal.
Innovaties zoals betere kettingzagen, houtkloofmachines en efficiëntere kachels zijn inmiddels beschikbaar. Die laatste zijn nodig, omdat houtstook fijnstof en rook geeft. Dat wordt tegengegaan door efficiëntere kachels met strenge emissienormen. Denk dan aan de zogenaamde schoonbranders: met een glazen deur, waardoor elektromagnetische stralingswarmte en infraroodgolven voor een aangename warmtebeleving zorgen. Dat zorgt voor een revolutie in het stoken met 75% energieomzetting in warmte, waar een openhaard maar 10 tot 15% energieomzetting in warmte geeft.
In het boek zijn humoristische verhalen opgenomen, die goed weergeven hoe mensen in Noorwegen met hout omgaan. Enerzijds vertelt de auteur hoeveel werk in de vrije tijd het vergt om voldoende hout voor de winter bij huis te hebben en anderzijds geeft hij aan hoeveel plezier het geeft om het werk te doen. De gemiddelde jonge Noorse man heeft echter nog niets op met hout hakken. Na zijn veertigste jaar begint hij er mee en na zijn vijfenvijftigste jaar is het een passie. Daardoor voelt hij zich na het pensioen toch weer kostwinner. De Noorse vrouw klooft en stapelt ook, en zij kiest ook nog eens de kachel uit.
Het gereedschap wordt besproken, van het gebruik in het bos, tot aan het hakblok: de merken van machines en de kwaliteit ervan komen allemaal aan de orde. Ook de stapel- en stooktechnieken worden gedegen doorgenomen en benadrukt wordt dat eens per jaar de schoorsteen geveegd moet worden.
Het boek is lichtvoetig geschreven en is geschikt voor leek, amateur en professional. Het is een naslagwerk en een praktische gids voor het gebruik van hout, van bos tot kachel, waarin ook plaats is voor meditatie over menselijk overleven. Ook de Nederlandse man zal zich aangesproken voelen.
Deze recensie is geschreven door bosbouwer en landgoedbeheerder Peter Lindeboom.
Reageer op deze recensie