Ongestilde honger
Hoewel het posttraumatisch stresssyndroom (PTSS of PTSD) altijd al heeft bestaan, raakt deze gecompliceerde psychische aandoening vooral bekend tijdens en na de Vietnamoorlog. Ettelijke duizenden oorlogsveteranen en burgers blijken gekweld te worden door pijnlijke herinneringen in de vorm van nachtmerries en flashbacks. Als reactie daarop vermijden ze mensen, gesprekken, plaatsen of situaties die hen herinneren aan de traumatische gebeurtenis, wat op den duur kan leiden tot sociaal isolement. Mensen met PTSS zijn sterk onderhevig aan stemmingsveranderingen, hebben dikwijls een negatief beeld van zichzelf, anderen of de wereld, en worstelen daardoor vaak met gevoelens van angst, boosheid, schaamte en schuldgevoel. Veelal is er ook sprake van een verminderde belangstelling voor activiteiten die men vroeger belangrijk vond. Genezen zonder psychologische bijstand is bijna niet voor te stellen.
Maarten van Steenwijk, de hoofdpersoon uit Arthur Eijs’ tweede roman Beauchamps, is een schoolvoorbeeld van iemand met PTSS. Wanneer hij voor zijn werk in Mali is, belandt hij samen met zijn collega Moussa midden in een terroristische aanslag die hij ternauwernood overleeft. Mousa heeft echter minder geluk: hij brengt het er niet levend van af. Die gebeurtenis is bepalend voor het verdere verloop van de roman en Maartens leven. Hij zit met een torenhoog schuldbesef en belandt in een depressie die leidt tot verregaande lusteloosheid, geestelijke inertie en behoorlijk wat zelfbeklag. Desondanks vindt hij het niet nodig om professionele hulp te zoeken. Daardoor vertroebelt zijn blik op zijn omgeving en ziet hij niet dat zijn vrouw stilaan van hem vervreemdt, tot ze hem voor een voldongen feit stelt.
Geheel in de geest van de roman ziet Maarten uiteindelijk toch het licht, laat zich behandelen en beslist in de loop van die behandeling, als een soort queeste naar persoonlijke loutering, op bezoek te gaan bij de moeder van Moussa om haar te vertellen hoe haar zoon is gestorven. Die beslissing leidt hem naar een hotel in de buurt van Straatsburg, waar hij de vrolijke en levenslustige hoteleigenares Claire leert kennen, een ondernemende jonge vrouw die erin slaagt Maarten te helpen met het terugvinden van zijn geestelijke evenwicht. Dat de familie van Claire een kolossaal trauma uit het verleden met zich meesleept, biedt de schrijver de kans om zijn roman te verruimen met een bijkomende verhaallijn. Op die manier kan hij het boek meteen wat nieuw leven inblazen, want de beschrijving van Maartens mentale neergang is niet van dien aard dat je als lezer op het puntje van je stoel gaat zitten.
Dat ligt niet aan het thema, dat leent zich namelijk zeer goed voor aangrijpend en imponerend proza, zoals de Engelse schrijfster Rebecca West in 1918 al bewees met haar intussen klassieke ‘shell-shock’-roman The return of the soldier. Nee, het ligt aan de wijze waarop Eijs zijn verhaal vertelt. Hij wil te veel verklaren en geeft ondubbelzinnig aan in welke richting het verhaal en de personages zullen evolueren, waardoor hij bijzonder weinig bewegingsruimte biedt aan de fantasie en het inlevingsvermogen van de lezer. Die wordt aan de hand van opzichtige aanwijzingen bij de hand genomen en naar de uiteindelijke zuivering van Maarten geleid. Ook is het heel snel duidelijk wélk drama de familie van Claire al jarenlang achtervolgt, wat er zich jaren geleden afspeelde in Beauchamps, de naam van het huis waar de moeder van Claire als kind woonde. En het is helaas al even snel zonneklaar dat het allemaal wel goed komt met de protagonisten van dit verhaal.
Die benadering ontneemt de roman een fundamenteel deel van zijn spankracht, je ziet ruim van te voren immers wat er achter de volgende bocht op je staat te wachten, en dat zet niet direct aan tot geïnteresseerd verder lezen. Die neiging om uit te leggen, om alle elementen naadloos in elkaar te laten passen, om elke mogelijke vraag te beantwoorden, kortom om het volledige verhaal te willen controleren – noem het een soort van literair micromanagement dat alle details sluitend wil maken – haalt de verrassing uit het verhaal en laat de lezer achter met het gevoel dat hij met honger van tafel moet. Terwijl een goed boek de honger zou moeten stillen, zij het slechts voor heel even.
Reageer op deze recensie