Lezersrecensie
Het paradijs werd een hel
In het heerlijke boek “De eilanden van goed en kwaad” van Adwin de Kluyver is het eerste hoofdstuk gewijd aan de bewoners van het Galápagoseiland Floreana, hun onderlinge strijd en hun strijd met de buitenwereld.
Voor wie hier meer over wil weten, is er nu het boek “De duivel kwam naar Eden” van Abbott Kahler.
Het verhaal begint met de arts Friedrich Ritter. Hij is een arts die eerder vrees dan vertrouwen opwekt met zijn roofdierachtige uitstraling. Hij is uitgesproken rigide en fanatiek in zijn ideeën over voeding, met een voorkeur voor rauwe groenten en een afkeer (zegt hij) van vlees. Een van zijn patiënten is de vijftien jaar jongere Dore Koerwin die lijdt aan multiple sclerose. Zij leidt een saai en liefdeloos huwelijk met een man die negentien jaar ouder is met saaie ingesleten gewoontes. Zij denkt dat ze hem kan “genezen”, maar niets is minder waar. Nu raakt ze in de ban van dokter Ritter. Zij worden betoverd door het boek “Galápagos: World’s End” van de Amerikaan William Beebe en besluiten zich daar te vestigen om hun echtgenoten achter te laten en samen een paradijselijk leven te leiden op het onbewoonde Floriana. In 1929 komen ze daar aan. Bij een bron beginnen zij aan de bouw van hun huis en het ontginnen van een stuk grond. Zij zijn vastbesloten hier hun paradijs te creëren, ver weg van de bewoonde wereld en van alle andere mensen. De enige link met de buitwenwereld was een brievenbusvat bij Post Office Bay, waar passerende schepen berichten konden oppikken of achterlaten. Op een dag arriveerde er een Amerikaanse miljonair met zijn jacht, waarop ook een aantal journalisten was. Zij vinden een briefje waarin de bewoners vragen om medicijnen en voorraden. Dit bezoek is het begin van een mediahype en het einde van hun afzondering. Er komen telkens weer bezoekers, waarvan een aantal ook, vaak aangedikte, verhalen publiceert.
In 1932 voegt zich het Duitse stel Margret Waldbröl en Heinz Wittmer bij hen, samen met Heinz’ bijna blinde zoon Harry. Beiden zien dit als dé kans om uit hun eerste huwelijk te ontsnappen en een paradijselijk leven te gaan leiden. De Ritters zijn niet blij met hun komst en gedragen zich ronduit vijandig, maar zij kunnen natuurlijk niets tegen hen inbrengen. De Wittmers bouwen een eigen huis. In alles blijken zij beter te functioneren dan de tirannieke Ritter en de volgzame Dore. Inmiddels is Margret ook al vijf maanden zwanger, wat het begin op het eiland er niet gemakkelijker op maakt. Zij zal later bevallen van een zoon.
In datzelfde jaar brengt de Amerikaanse miljonair Hancock zijn eerste van vele bezoeken aan het eiland. Hij zal de komende jaren van groot belang blijken voor Ritter, daar hij bij ieder bezoek veel materialen en voedsel voor hem meebrengt. De “vegetarische” en “zelfvoorzienende” Ritter heeft telkens weer een lange lijst met wensen voor artikelen en eten (vaak vlees) dat Hancock een volgende keer meeneemt.
Tegen het einde van datzelfde jaar wordt de betrekkelijke harmonie op het eiland verder verstoord door de aankomst van een vrouw die zich barones noemt, in het gezelschap van twee jonge minnaars. Zij is van plan om op het eiland een luxueus hotel te bouwen en daarmee haar fortuin te maken. Deze vrouw is een geboren intrigante en speelt niet alleen de andere bewoners maar ook haar twee minnaars telkens tegen elkaar uit. Wat volgt is een onafzienbare rij van conflicten die van kwaad tot erger gaan. Een van de minnaars, Rudolph, raakt op gegeven ogenblik uit de gratie en zwerft haveloos rond over het eiland. Soms wordt hij kortstondig opgevangen en geholpen door de andere bewoners, maar van enige onderlinge harmonie is geen sprake. Het eiland is een broedplaats van achterdocht en conflicten.
Uiteindelijk leidt dit tot de plotselinge verdwijning van de “barones” en haar overgebleven minnaar. Hun lot blijft tot op de dag van vandaag onzeker. De eilandbewoners verdenken elkaar ervan dat zij de twee hebben vermoord. Het meest waarschijnlijk is echter dat Rudolph hier de hand in heeft gehad. Op een dag verdwijnt hij ongemerkt aan boord van een schip met een Noorse regelmatige bezoeker van het eiland. Veel later worden hun twee lichamen gevonden op het noordelijk in de archipel gelegen eiland Marchena, waar zij een natuurlijke dood zijn gestorven.
Dokter Ritter sterft uiteindelijk (naar alle waarschijnlijkheid) aan het eten van bedorven vlees, waarbij ook de mogelijkheid niet moet worden uitgesloten dat hij bewust is vergiftigd door Dore, die zich hoe langer hoe meer probeert te ontworstelen aan zijn invloed. Zij keert daarna terug naar Duitsland, nadat ze in Ecuador aan een grondig verhoor is onderworpen.
De enigen die iets van hun idealen kunnen waarmaken, zijn de Wittmers, die op het eiland blijven wonen. Zij krijgen later nog een dochter die nu, samen met één van haar dochters, een hotel op het inmiddels meer toeristische eiland runt.
Kahler vertelt het verhaal met veel oog voor detail, aan de hand van officiële documenten en dagboeken, waarbij hij benadrukt dat geen enkele dialoog of gebeurtenis is verzonnen. Al met al is het een intrigerende inkijk in een wereld die paradijselijk lijkt, maar die beheerst wordt door wantrouwen en ruzie.
Voor wie hier meer over wil weten, is er nu het boek “De duivel kwam naar Eden” van Abbott Kahler.
Het verhaal begint met de arts Friedrich Ritter. Hij is een arts die eerder vrees dan vertrouwen opwekt met zijn roofdierachtige uitstraling. Hij is uitgesproken rigide en fanatiek in zijn ideeën over voeding, met een voorkeur voor rauwe groenten en een afkeer (zegt hij) van vlees. Een van zijn patiënten is de vijftien jaar jongere Dore Koerwin die lijdt aan multiple sclerose. Zij leidt een saai en liefdeloos huwelijk met een man die negentien jaar ouder is met saaie ingesleten gewoontes. Zij denkt dat ze hem kan “genezen”, maar niets is minder waar. Nu raakt ze in de ban van dokter Ritter. Zij worden betoverd door het boek “Galápagos: World’s End” van de Amerikaan William Beebe en besluiten zich daar te vestigen om hun echtgenoten achter te laten en samen een paradijselijk leven te leiden op het onbewoonde Floriana. In 1929 komen ze daar aan. Bij een bron beginnen zij aan de bouw van hun huis en het ontginnen van een stuk grond. Zij zijn vastbesloten hier hun paradijs te creëren, ver weg van de bewoonde wereld en van alle andere mensen. De enige link met de buitwenwereld was een brievenbusvat bij Post Office Bay, waar passerende schepen berichten konden oppikken of achterlaten. Op een dag arriveerde er een Amerikaanse miljonair met zijn jacht, waarop ook een aantal journalisten was. Zij vinden een briefje waarin de bewoners vragen om medicijnen en voorraden. Dit bezoek is het begin van een mediahype en het einde van hun afzondering. Er komen telkens weer bezoekers, waarvan een aantal ook, vaak aangedikte, verhalen publiceert.
In 1932 voegt zich het Duitse stel Margret Waldbröl en Heinz Wittmer bij hen, samen met Heinz’ bijna blinde zoon Harry. Beiden zien dit als dé kans om uit hun eerste huwelijk te ontsnappen en een paradijselijk leven te gaan leiden. De Ritters zijn niet blij met hun komst en gedragen zich ronduit vijandig, maar zij kunnen natuurlijk niets tegen hen inbrengen. De Wittmers bouwen een eigen huis. In alles blijken zij beter te functioneren dan de tirannieke Ritter en de volgzame Dore. Inmiddels is Margret ook al vijf maanden zwanger, wat het begin op het eiland er niet gemakkelijker op maakt. Zij zal later bevallen van een zoon.
In datzelfde jaar brengt de Amerikaanse miljonair Hancock zijn eerste van vele bezoeken aan het eiland. Hij zal de komende jaren van groot belang blijken voor Ritter, daar hij bij ieder bezoek veel materialen en voedsel voor hem meebrengt. De “vegetarische” en “zelfvoorzienende” Ritter heeft telkens weer een lange lijst met wensen voor artikelen en eten (vaak vlees) dat Hancock een volgende keer meeneemt.
Tegen het einde van datzelfde jaar wordt de betrekkelijke harmonie op het eiland verder verstoord door de aankomst van een vrouw die zich barones noemt, in het gezelschap van twee jonge minnaars. Zij is van plan om op het eiland een luxueus hotel te bouwen en daarmee haar fortuin te maken. Deze vrouw is een geboren intrigante en speelt niet alleen de andere bewoners maar ook haar twee minnaars telkens tegen elkaar uit. Wat volgt is een onafzienbare rij van conflicten die van kwaad tot erger gaan. Een van de minnaars, Rudolph, raakt op gegeven ogenblik uit de gratie en zwerft haveloos rond over het eiland. Soms wordt hij kortstondig opgevangen en geholpen door de andere bewoners, maar van enige onderlinge harmonie is geen sprake. Het eiland is een broedplaats van achterdocht en conflicten.
Uiteindelijk leidt dit tot de plotselinge verdwijning van de “barones” en haar overgebleven minnaar. Hun lot blijft tot op de dag van vandaag onzeker. De eilandbewoners verdenken elkaar ervan dat zij de twee hebben vermoord. Het meest waarschijnlijk is echter dat Rudolph hier de hand in heeft gehad. Op een dag verdwijnt hij ongemerkt aan boord van een schip met een Noorse regelmatige bezoeker van het eiland. Veel later worden hun twee lichamen gevonden op het noordelijk in de archipel gelegen eiland Marchena, waar zij een natuurlijke dood zijn gestorven.
Dokter Ritter sterft uiteindelijk (naar alle waarschijnlijkheid) aan het eten van bedorven vlees, waarbij ook de mogelijkheid niet moet worden uitgesloten dat hij bewust is vergiftigd door Dore, die zich hoe langer hoe meer probeert te ontworstelen aan zijn invloed. Zij keert daarna terug naar Duitsland, nadat ze in Ecuador aan een grondig verhoor is onderworpen.
De enigen die iets van hun idealen kunnen waarmaken, zijn de Wittmers, die op het eiland blijven wonen. Zij krijgen later nog een dochter die nu, samen met één van haar dochters, een hotel op het inmiddels meer toeristische eiland runt.
Kahler vertelt het verhaal met veel oog voor detail, aan de hand van officiële documenten en dagboeken, waarbij hij benadrukt dat geen enkele dialoog of gebeurtenis is verzonnen. Al met al is het een intrigerende inkijk in een wereld die paradijselijk lijkt, maar die beheerst wordt door wantrouwen en ruzie.
1
Reageer op deze recensie