Lezersrecensie
Een boek dat blijft steken in fragmenten
Het boek “Tutti dormono nella valle” is in Italië bijzonder goed ontvangen. Inmiddels is de Nederlandse vertaling, door Manon Smits, beschikbaar. Wij hebben dit gelezen in een Hebban leesclub. Deze recensie weerspiegelt ook de mening van een aantal medelezers.
Het -gedeeltelijk autobiografische- boek belooft het volgen van de vrouwelijke lijn van een gezin. Het boek focust echter hoofdzakelijk op de tweede in de lijn, Costanza. De moeder, Augusta en de dochter, Gaia, komen veel minder aan bod.
De in de titel genoemde vallei is een plaats waar wienig ligt komt. Gaia is de enige van de drie vrouwen die hier niet is geboren, maar in de afkickkliniek, waar haar vader, Claudio, onder behandeling is.
Uitvoerig worden de pogingen van Costanza beschreven om zich los te maken van het kleurloze leven in de vallei. Enkele malen vertrekt zij uit de vallei, vaak in het gezelschap van een vriendin, maar even vaak keert zij weer terug. Het lijkt wel of echt loskomen niet mogelijk is.
Costanza loopt tegen de charismatische Claudio aan. Hij is een kruising tussen een junk, een dealer en een charlatan. Op de een of andere manier slaagt zij er niet in om zich geheel van hem los te maken. Zij volgt hem naar een afkickkliniek en wordt ook betrokken in zijn pogingen om zijn bestaan als drugsdealer te overleven.
Het boek kent een vrij chaotische en fragmentarische opbouw. Ondanks de goede en invoelbare beschrijving van het bijna zielloze leven in de vallei slaagt de schrijfster er niet in om de lezer mee te nemen in het verhalen, juist omdat de lijn soms vrij ver te zoeken is. Voorin het boek staat een soort stamboom, die wel enige (erg noodzakelijke) hulp biedt bij het ontwarren van de onderlinge verhoudingen, maar die ook een chaotische opbouw kent. Zo kan een horizontale lijn duiden op een huwelijk, een siblingrelatie of een liefdesrelatie. Er wordt vrij veel van de lezer gevraagd.
Al met al had dit een boeiend boek kunnen worden, maar het blijft steken in een serie fragmenten waar de lezer zelf een verhaal van moet maken.
Het -gedeeltelijk autobiografische- boek belooft het volgen van de vrouwelijke lijn van een gezin. Het boek focust echter hoofdzakelijk op de tweede in de lijn, Costanza. De moeder, Augusta en de dochter, Gaia, komen veel minder aan bod.
De in de titel genoemde vallei is een plaats waar wienig ligt komt. Gaia is de enige van de drie vrouwen die hier niet is geboren, maar in de afkickkliniek, waar haar vader, Claudio, onder behandeling is.
Uitvoerig worden de pogingen van Costanza beschreven om zich los te maken van het kleurloze leven in de vallei. Enkele malen vertrekt zij uit de vallei, vaak in het gezelschap van een vriendin, maar even vaak keert zij weer terug. Het lijkt wel of echt loskomen niet mogelijk is.
Costanza loopt tegen de charismatische Claudio aan. Hij is een kruising tussen een junk, een dealer en een charlatan. Op de een of andere manier slaagt zij er niet in om zich geheel van hem los te maken. Zij volgt hem naar een afkickkliniek en wordt ook betrokken in zijn pogingen om zijn bestaan als drugsdealer te overleven.
Het boek kent een vrij chaotische en fragmentarische opbouw. Ondanks de goede en invoelbare beschrijving van het bijna zielloze leven in de vallei slaagt de schrijfster er niet in om de lezer mee te nemen in het verhalen, juist omdat de lijn soms vrij ver te zoeken is. Voorin het boek staat een soort stamboom, die wel enige (erg noodzakelijke) hulp biedt bij het ontwarren van de onderlinge verhoudingen, maar die ook een chaotische opbouw kent. Zo kan een horizontale lijn duiden op een huwelijk, een siblingrelatie of een liefdesrelatie. Er wordt vrij veel van de lezer gevraagd.
Al met al had dit een boeiend boek kunnen worden, maar het blijft steken in een serie fragmenten waar de lezer zelf een verhaal van moet maken.
1
Reageer op deze recensie